Reading Online Novel

Wat de doden weten(74)



Misschien zijn ze meegenomen door een vriendelijk gezin, fluisterde de griffioen van hoop in zijn oor. Een vriendelijk gezin dat bij het vredeskorps zit. Of ze hebben een gioepje vrije geesten gevonden, jongere versies van Kesey en zijn vrienden, en zijn ze samen op pad gegaan, preties zoals jij zou doen als je geen kinderen had.

Waarom bellen ze dan niet?

Omdat ze een hekel aan je hebben.

Waarom?

Omdat kinderen gewoon een hekel aan hun ouders hebben. Jij had ook een hekel aan jouw ouders. Want kinderen hebben nu eenmaal een hekel aan hun ouders. Wanneer heb je je moeder voor het laatst gebeld? Zoveel kost het nu ook weer niet om naar een andere staat te bellen.

En toch, zijn dat mijn enige keuzes? Levend, maar zozeer vervuld van haat voor mij dat ze weigeren te bellen? Of vol liefde voor mij, maar dood?

Nee, dat waren niet de enige opties. Er was ook nog de mogelijkheid dat ze waren vastgeketend in een kelder van een of andere viezerik die…

Hou op, hou op, hou op, HOU OP.

Eindelijk was het tijd om naar De Blauwe Gitaar te gaan. De winkel zou pas over drie uur opengaan, maar tot die tijd was er genoeg te doen. Van alle ironie in zijn leven, was dat het meest pijnlijk en vreemd: de winkel had gefloreerd door alle publiciteit rond zijn dochters. In eerste instantie waren mensen naar binnen gekomen om zich aan de rouwende vader te vergapen, maar hadden er slechts de efficiënte en empathische mevrouw Wanda uit de bakkerij aangetroffen. Ze had hem haar tijd aangeboden, erop aandringend dat Dave op den duur niet alleen weer zou wíllen werken, maar dat hij zou móéten werken. De gapers veranderden in winkelaars en de mond-tot-mondreclame voor zijn winkel was zo goed geweest dat zijn bedrijfje een groter succes was geworden dan hij in zijn bescheidenheid ooit had durven dromen. Hij had zelfs kunnen uitbreiden met een kledinglijn en kleine huishoudelijke artikelen: ladegrepen, decoratieve muurborden. En de artikelen die hij uit Mexico importeerde waren juist nu in de mode. De houtgesneden haas waar mevrouw Baumgarten haar neus voor had opgehaald, waar ze onmogelijk dertig dollar voor had willen betalen? Een museum uit San Fancisco dat een vleugel voor volkerenkunst opende, had Dave er duizend dollar voor geboden, erkende hoe waardevol het object was… een vroeg, nauwelijks zelfbewust object van een Oaxaanse meester. Hij had het slechts uitgeleend voor de eerste expositie.

Hij hield stil op de veranda voor het huis, drinkend in het licht. Nu de bomen relatief kaal waren en de wereld nog maar een paar weken op zijn standaardtijd draaide, hadden de ochtenden een soort bitterzoete helderheid over zich. De meeste mensen waren blij met deze besparing van het daglicht, maar Dave had het altijd een slechte deal gevonden: dit soort ochtenden kwijtraken zodat je meer licht had aan het einde van de dag. De laatste keer dat hij gelukkig had gevoeld was op een ochtend geweest. Een soort van gelukkig. Hij had die ochtend geprobeerd om gelukkig te zijn door zich op de meisjes te richten, want hij wist dat Miriam iets uitspookte, hoewel hij er nog niet klaar voor was voor een confrontatie met wat dat ook mocht zijn. Hij had geprobeerd afleiding te zoeken door de supertoffe pa uit te hangen, en Heather had het gepikt, erin geloofd. Sunny… Sunny had zich niets wijs laten maken. Ze had geweten dat hij er niet echt bij was, dat hij verloren was in zijn eigen gedachten. Als hij maar hier was gebleven, als hij maar niet was uitgevallen tegen Sunny en erop aan had gedrongen dat Heather met haar mee zou gaan. Als hij maar… Maar wat probeerde hij nu te beredeneren? Dat hij dan maar één dode dochter zou hebben in plaats van twee? Dat was Sophies keuze – niet dat Dave zich ertoe kon brengen om dat boek te lezen. Styrons The Confessions of Nat Turner was altijd een van zijn favoriete boeken geweest. Styron had de Holocaust nodig om het allerergste wat een ouder kon overkomen uit te leggen. Het punt was alleen dat dit nog niet groots genoeg was. Zes miljoen doden betekenden niets als je je eigen kind was kwijtgeraakt.

Hij stapte in zijn oude Volkswagenbusje, nog zo'n oud reliek dat hij niet kon loslaten, een stukje bewijs van het bestaan van juffrouw Havisham. Zijn hoop sprong in de passagiersstoel, en terwijl het oude vinyl scheurde en kraakte onder haar immer actieve nagels, richtte ze haar galkleurige ogen op Dave en herinnerde ze hem eraan dat hij zijn gordel vast moest maken.

Wie kan het eigenlijk wat schelen of ik leef of niet?

Niemand, gaf Hoop toe. Maar als je doodgaat, wie zal er dan nog aan hen denken? Miriam? Willoughby? Hun oude klasgenoten, van wie er een aantal inmiddels al zijn afgestudeerd? Je bent alles wat ze hebben, Dave. Zonder jou bestaan ze echt niet meer.





25





Miriam had een geheime liefde: de room-pecanyoghurt van I Can't Believe it's Not Yogurt. Eigenlijk kon ze prima geloven dat het geen yoghurt was. Verder geloofde ze dat het lang niet zo gezond was als anderen wel dachten en dat de calorieën die hierin zaten net zo goed telden als iedere andere calorie. Miriam liet zich niet inpakken door de beloftes die door I Can't Believe It's Not Yogurt werden gemaakt of geïmpliceerd. Maar ze vond het lekker en ze was ernstig in de verleiding om nu meteen een kleine omweg te maken om wat te gaan halen. Het was een warme dag, zomers heet, misschien niet naar Texaanse maatstaven, maar in ieder geval wel naar die van haar. Heet genoeg om een middagje naar Barton Springs te kunnen verantwoorden. Miriam dacht erover om de middag vrij te nemen en precies dat te doen: naar het meer gaan. Maar ze had twee afspraken met mogelijke kopers in Clarksville.