Voor altijd de baas(53)
Ze had het allemaal gehad, tot ze haar eigen ruiten had ingegooid.
Over een man in haar leven had ze nooit nagedacht – niet serieus in elk geval – tot ze voor Jake begon te werken. Terwijl de maanden waren verstreken, was ze zich steeds sterker gaan afvragen of er niet iets ontbrak in haar leven… iets als haar lange, donkere en knappe baas, die haar vaak bezocht in haar dromen.
Dat had ze altijd weten te verdringen, tot zondagnacht, toen ze constant over Jake had gedroomd. Uiteraard waren dat heel andere dromen geweest. In een ervan had ze hem levend begraven in een berg sneeuw. In een andere had ze hem vastgeketend aan het bed en hem koppotige weekdieren gevoerd tot hij om genade smeekte.
Nadat ze de ovendeur met een klap had gesloten, liep ze naar de voorraadkast om een ui en wat aardappelen te halen.
Genoeg over haar dromen, en genoeg over Jake. Ze was thuis, en dat vond ze prima. Rochester was een grote stad. Ze zou een goede baan vinden, een leuke flat, en ze zou geen seconde van haar leven meer verspillen aan Jake McBride.
Ze had al heel wat tranen voor hem vergoten, en waarom? Wat zij hadden gedaan, het slaapkamergedoe, was een vlaag van waanzin geweest. Meer niet. Haar hart was gelukkig nog intact.
Serena en Angela dachten daar anders over. ‘Het is een man,’ bleven ze maar zeggen. ‘Dat moet wel. Je bent verliefd geworden en hij brak je hart. Daarom ben je weggelopen.’
Tot Emily ten slotte had toegegeven dat er inderdaad een man was, maar dat ze niet verliefd was en dat ze evenmin was weggelopen. ‘Ik werd New York gewoon beu,’ had ze gezegd. ‘Niemand heeft mijn hart gebroken.’
Absoluut niet, dacht ze, terwijl ze de ui begon te snipperen. Dat ze haar flat had opgezegd, haar meubels had verkocht aan de beheerder, haar boeken en andere spullen had ingepakt en verstuurd, en dat alles in één dag, betekende niet dat ze was weggelopen.
Een traan gleed langs haar wang omlaag. ‘Stomme uien,’ prevelde ze, het vocht wegvegend met haar schort.
Ze was niet weggelopen. Waarom zou ze? Ze had haar relatie met Jake verbroken. Als je één nacht al een relatie kon noemen. Nee, ze had er goed over nagedacht en besloten dat de eerste klap een daalder waard was. Ze zou ontslag nemen, hem de lol ontnemen het te doen, op staande voet, hem lekker voor het blok zetten. Het was een fantastisch gevoel geweest.
Terwijl ze de aardappelen schilde en in kwarten sneed, glimlachte ze bibberig. Wat zou ze graag zijn beteuterde knappe smoel willen zien wanneer hij woensdag op kantoor kwam. Geen Emily om afspraken voor hem te maken. Zijn brieven te typen. Zijn archief bij te houden. Koffie voor hem te zetten, dictaat op te nemen, zijn aantekeningen te ordenen…
In zijn armen te liggen.
Ze fronste, pakte een pan, smeet de aardappelen erin en vulde hem daarna met water.
Waar kwam die idiote gedachte ineens vandaan? Alsof Jake daarmee zou zitten. Voor het eind van de week zou hij alweer een ander hebben. Ze had hooguit een deukje in zijn ego geslagen, omdat hij altijd degene was die besloot wanneer het voorbij was. Per slot van rekening was hij de grote Jake McBride.
‘Grote egocentrische knuppel, zul je bedoelen,’ zei ze kwaad, terwijl ze de pan op het vuur zette.
Dacht hij nu echt dat elke vrouw waarmee hij naar bed ging de rest van haar leven met hem wilde doorbrengen?
‘Ha,’ zei ze schamper. De enige man met wie zij haar leven wilde delen was Horatio. En wat die rare hersenspinsels van haar betroffen, dat ze verliefd zou zijn op Jake…
‘Ha,’ zei ze nogmaals, en Horatio tsjirpte instemmend. Ze hield niet van Jake. Dat had ze zichzelf alleen wijsgemaakt vanwege de seks. Al dat vuurwerk…
Ja, de seks was geweldig geweest. Maar liefde?
‘Uitgesloten,’ zei ze, met een overtuiging die niets deed voor de pijn in haar hart, en verdorie nog aan toe, nu stond ze alweer te grienen. Het was belachelijk. Sinds zondagavond barstte ze om de haverklap in snikken uit. Was het dan een wonder dat Serena en Angela steeds van die veelbetekenende blikken uitwisselden…
‘Wie is hij?’ had Serena vanmorgen nog gevraagd.
‘Vast zo’n gladde verkoper van tweedehands auto’s, zoals de vent waarvan ik me heb laten scheiden,’ had Angela gezegd toen Emily geen antwoord had gegeven.
‘Nee,’ had Serena gemeend, ‘hij is waarschijnlijk de dubbelganger van de rokkenjagende hufter die ik heb geloosd.’ Daarna had ze Emily even stevig geknuffeld. ‘Lieverd, wat kunnen we je vertellen? Mannen zijn allemaal hetzelfde. Zelfs al zien ze eruit als een knuffelbeer, dan nog zijn het gewoon ratten in vermomming.’
‘Jake heeft niets van een knuffelbeer,’ had Emily met onvaste stem gezegd, ‘maar jullie hebben wel gelijk. Hij is een onvervalste rat.’