Reading Online Novel

Vanuit Het Graf(102)



'Midden in de nacht? Doet dan niemand nog iets gewoon overdag?'

'Dat vroeg ik me ook al af. Volgens Holly had Margie net een briefje in haar auto gevonden dat was ondertekend met de naam Tye. Ze neemt aan dat dat briefje in de week voor Susans dood uit diens tas moet zijn gevallen toen Margie en Susan samen gingen lunchen.'

'Holly en ik hebben Margie al eens gesproken,' zei Caleb. Met een hand krabde hij zijn blote buik, terwijl hij met de andere de koffiepot vulde. 'Ze leek me heel betrouwbaar, maar...'

Gibbons viel hem in de rede. 'Of ze nou wel of niet betrouwbaar is, een eenvoudige vergelijking van handschriften en misschien vingerafdrukken kan aantonen of dat briefje inderdaad van Tye komt.'

Caleb zette de koffiepot op het aanrecht. 'Een briefje van Tye zou wel heel merkwaardig zijn. Je zei net nog dat zijn bloedgroep niet past bij het bloed op het laken. En nu zou er opeens bewijs zijn dat hij en Susan elkaar hebben gekend?'

'Dat snap ik ook niet.'

Ergens klopte er iets niet. Nadenkend schudde Caleb zijn hoofd.

'Zullen we maar bij Margies huis afspreken?' vroeg Gibbons.

Caleb nam de telefoon in zijn andere hand zodat hij zijn rechterhand vrij had om zijn broek dicht te knopen. 'Vraag je me echt of ik ook kom?' vroeg hij schamper. 'Toen je Susans auto had gevonden, moest ik bijna je arm breken om mee te mogen.'

'Yeah, nou, je weet dat ik geen burgers mee mag nemen. Een ex-politieman is al iets. Holly is weer wat anders. Maar volgens Holly wil die vrouw alleen met me praten als jij erbij bent. Het zou wel prettig zijn als het voor de verandering eens van een leien dakje ging. Als Tye toch onze moordenaar is, dan moeten we opschieten, voordat hij vlucht of iemand anders iets aandoet.'

'Waarom zou Margie jou niet zonder mij willen spreken?' vroeg Caleb. Dat klonk ook al zo vreemd. Hij had Margie pas één keer ontmoet, en sindsdien hadden ze elkaar niet meer gesproken.

'Weet ik veel? Holly zei dat Margie je vertrouwde omdat ze je al eens eerder heeft gezien. Ik heb natuurlijk aangevoerd dat Margie mij ook kan vertrouwen, maar ze herhaalde dat ze Margie had beloofd dat jij ook zou komen. Je weet hoe vrouwen soms kunnen denken. Als het goed is je één keer iets te vertellen, is het nog beter het vijftig keer te herhalen, ook al sloeg het de eerste keer ook al nergens op.

'Waar is Holly nu?' vroeg Caleb.

'Thuis. Ze gaf aan dat ze ook wilde komen, maar ik heb gezegd dat daar geen sprake van kon zijn. Ik zit niet te wachten op een herhaling van haar gedrag bij Lance Perkins.'

'Heeft ze nog aangedrongen?'

'Nee. Ze zei dat ze zich erbuiten zou houden zolang jij er was. En geloof me, ik heb liever jou erbij dan haar.'

'Bedankt, maar ik heb niet het gevoel dat ik dat als een compliment moet beschouwen,' zei Caleb op droge toon.

Gibbons grinnikte. 'We nemen de verklaring van die vrouw op en nemen het briefje mee. Dat is zo gepiept. Als ik Tye daarna moet aanhouden, neem ik een paar agenten mee. Toen we hem ondervroegen, werd hij bijna gewelddadig.'

'Dat briefje blijft een vreemd verhaal,' mompelde Caleb nog.

'Ik moet het in elk geval nagaan,' zei Gibbons. 'Kom je?'

'Ik ben al onderweg.' De hemel wist dat hem die nacht geen slaap meer werd gegund.

Madison bekeek de schets die ze zojuist had voltooid van Calebs borstkas en schouders. Het was frustrerend.

Zijn gebeeldhouwde lijf leende zich werkelijk uitstekend voor het potlood van een kunstenaar. Net als zijn mooie kop. Desondanks zat ze nu al meer dan twee uur te tekenen zonder dat het haar lukte om het beeld dat ze van hem in haar hoofd had, op papier te krijgen.

Gelaten dacht ze dat ze toch maar een amateur was. Ze legde haar potlood neer. Ze had Calebs mond wel eens getekend, en dat was toen veel beter gegaan. Die schets lag op de tafel, naast haar elleboog. Weer dwaalde haar blik daarheen. Op papier leken zijn lippen bijna net zo sensueel als in het echt. Bijna. Bij Caleb was het wel heel moeilijk om met de realiteit te wedijveren.

Waarom ze zichzelf bleef kwellen door hem te schetsen, zou ze niet kunnen zeggen. Er lag meer dan genoeg werk dat nog gedaan moest worden. Tekenen was echter het enige wat haar ervan weerhield steeds aan Tye te denken. Zou hij de gevangenis in moeten, of zou een nog zwaardere straf hem wachten?

Morgen zou ze het misschien al weten...

Ze schoof haar stoel achteruit, stond op en rekte zich uit. Ze was veel te lang opgebleven. Haar leven mocht dan in een stroomversnelling zijn geraakt, maar haar verantwoordelijkheden had ze ook nog. Morgen was het maandag. Dan moest Brianna naar school en zijzelf aan het werk. Ze had haar voicemail al afgeluisterd en wist dus dat er een flink aantal berichten op stond. Dat moest natuurlijk ook. Als de zaken niet snel beter liepen, dan bleven haar zorgen niet beperkt tot de mogelijke aanhouding van Tye of een toekomst zonder Caleb.

Ze legde haar schetsboek en potloden netjes op het aanrecht. Daarna bleef ze nog wat in de keuken rondhangen, veegde de kraan af, maakte de magnetron schoon en gaf haar planten water, alles om de nacht zo lang mogelijk uit te stellen. Alles leek zo rustig, zo stil... Net de stilte voor de storm.