Reading Online Novel

Storm op komst(46)



Felson draafde naar de deur en snuffelde aan de onderkant. Plotseling verdween zijn staart tussen zijn poten en zacht jammerend dook hij onder een tafel weg. Von Bliecke liep met grote stappen naar de deur, schoof de vier zware grendels weg en opende hem met een zwaai.

Mina Schlitz kwam met haar gevolg de zaal in. Ze was ongeveer van Jakes leeftijd, maar straalde een angstaanjagende ongenaakbaarheid uit. Ze had donkere ogen en lang, steil, ravenzwart haar. Ze droeg een elegante plooirok en een strak wambuis. Een fluwelen kapje omlijstte haar volmaakt witte gezicht en rond haar hals droeg ze een karmijnrood snoer met een enkele parel. Een dunne slang met een rode tekening op zijn rug had zich om haar onderarm gewikkeld. Terwijl het meisje het dier met haar bleke vingers streelde deinde hij zacht heen en weer.

‘Guten Tag, Fräulein Schlitz, een voorspoedige reis gehad?’ mompelde Von Bliecke. Hij was een geharde soldaat en twee keer zo oud als zij, maar zelfs hij leek nu bedeesd.

Het meisje negeerde zijn vraag. Ze hield de slang omhoog en kuste zijn kop, waarna ze hem voorzichtig in een doosje aan haar riem deed. Terwijl ze haar scherpe ogen door de zaal liet dwalen durfde nog steeds niemand zich te verroeren.

‘Maak jullie tekening af,’ instrueerde ze de architecten met een stem die klonk als bijtend zuur, ze wendde zich tot Von Bliecke. ‘Kapitein, ik wil dat je de gevangengenomen agenten onmiddellijk naar Kasteel Schwarzheim overbrengt,’ beval ze met een licht Duits accent.

Jake spitste zijn oren. Dit ging vast en zeker over Topaz, Nathan en de anderen. Hij putte enige troost uit het nieuws dat ze blijkbaar nog in leven waren.

‘Und Doktor Talisman Kant, ein...’ begon Von Bliecke, maar Mina snoerde hem de mond.

‘Geen Duits!’ beet ze hem toe. ‘Engels is de koninklijke taal.’

Von Bliecke haalde diep adem. ‘En doctor Kant? Het rendez-vous in Bassano?’ vroeg hij.

‘Jouw taak is gewijzigd. Ik zal doctor Kant bezoeken.’ Mina keek naar de soldaten. ‘Deze soldaten zullen me vergezellen. Daarna kom ik ook naar kasteel Schwarzheim. Dat was het.’

Von Bliecke wierp Mina een kwade blik toe. Hij draaide zich om, raapte zijn wapens bijeen, floot Felson en liep naar de deur.

Jakes hart ging tekeer toen Von Bliecke voor hem langs de zaal door liep. Hij wilde dolgraag achter hem aan. Als deze man inderdaad de gevangengenomen agenten ging overbrengen zou hij Jake regelrecht naar de anderen leiden. Maar hij kon niet weg. In plaats daarvan prentte hij het gesprek in zijn geheugen: Bassano, doctor Talisman Kant, Kasteel Schwarzheim... In gedachten herhaalde hij de woorden.

Toen Von Bliecke bij de deur was sprak Mina opnieuw. ‘In jouw eigen belang vertrouw ik erop dat er geen fouten meer zullen worden gemaakt.’ De kapitein verstijfde en bleef met zijn rug naar haar toe staan. ‘De voorbereiding heeft ons vier jaar gekost,’ zei ze op zachte, scherpe toon. ‘Nog maar vier dagen tot aan de apocalyps. Dit mag niet misgaan.’

Von Bliecke knikte somber en verliet de zaal.

Jake werd bleek. Van alle uitspraken die hij sinds zijn aankomst in Italië had gehoord was dit wel de meest alarmerende. Nog maar vier dagen tot aan de apocalyps, had Mina gezegd. Welke apocalyps? Wat had vier jaar voorbereiding gekost?

‘Leg het werk neer!’ beval Mina. Ze liep langs de tafels en stopte alle tekeningen van de architecten in een grote map. Toen luidde ze een bel, en er kwamen nog twaalf soldaten in rode mantels de zaal in.

‘Attentie!’ riep ze en iedereen, inclusief Jake, ging in een lange rij staan. ‘We verlaten de stad door de Veneto-tunnel,’ kondigde ze aan. ‘In colonne naar de rijtuigen.’

De andere soldaten wisten wat hun te doen stond: ze draaiden zich op hun hakken om en marcheerden naar de kamer met het enorme gat in de grond. Jake volgde hun voorbeeld. Ze gingen de wenteltrap af naar de onderaardse wereld. Hun rode mantels wapperden achter hen aan en hun afgemeten voetstappen echoden door de grotachtige ruimte. Naarmate ze dieper kwamen werd het donkerder en warmer en groeide er meer mos op de vochtige muren. Terwijl Jake zich afvroeg waar ze zouden uitkomen wierp hij een blik omhoog en zag dat Mina Schlitz de rij sloot.

Na een lange, duizeligmakende afdaling marcheerden ze onder een poort door naar drie rijtuigen met paarden ervoor en een koetsier op de bok. Twee ervan waren open en hadden ruwe banken. De derde was slank en zwart, en versierd met het symbool van het schild met de slang.

Toen Jake zich omdraaide om te zien waar de rijtuigen naartoe gingen, werden zijn ogen groot van verbazing. Voor hem strekte zich een lange tunnel uit in de diepte onder Venetië, net zo volmaakt rond als die van de metro in Londen en op regelmatige afstanden verlicht door zacht flakkerende toortsen.

Een voor een namen de in rood gehulde soldaten plaats op de banken van de twee open rijtuigen. Jake was de laatste van zijn rijtuig. Toen hij erop klom hoorde hij een zacht gerinkel: de zilveren schaar was uit zijn zak gevallen. Hij verstijfde en aarzelde of hij hem zou oprapen. Op dat moment kwam Mina Schlitz onder de poort door en Jake besloot zo min mogelijk aandacht te trekken. Hij nam plaats op de bank, waarbij hij per ongeluk op de mantel van zijn buurman ging zitten.