Storm op komst(16)
Charlie keek Jake aan alsof hij gek was geworden. ‘Je hebt te veel sciencefiction gelezen. Ons leven is hetzelfde als dat van iedereen. Het begint bij het begin en stopt bij het eind. We kunnen maar op één plek zijn: in het nu... waar dat nu ook is. Kijk.’ Hij hield zijn pols omhoog en liet Jake zijn horloge zien (dat net als zijn bril gehavend was en met tape aan elkaar zat). ‘Die getallen daar’ – hij wees naar een venstertje midden op de wijzerplaat – ‘dat is mijn leeftijd. Veertien jaar, zeven maanden en twee dagen. Waar ik ook in de tijd ben, dit horloge telt de dagen. Op mijn verjaardag speelt het een deuntje voor me – de vijfde van Beethoven.’
Hij streek verliefd over zijn horloge en floot zijn verjaardagslied. Hij zweeg toen hij zag dat iets anders Jakes aandacht had getrokken. Topaz Saint Honoré was op het dek verschenen. Jake knipperde met zijn ogen en slikte moeizaam toen hij haar naar de voorsteven van het schip zag lopen.
‘O jee,’ verzuchtte Charlie. ‘Le sphinx français heeft weer iemands hart gestolen.’
Jake bloosde beschaamd.
‘Dat effect heeft Topaz op de meeste jongens,’ vervolgde Charlie.
‘Nee, helemaal niet, ik...’ stamelde Jake. ‘Ze is alleen zo... mysterieus... Woont ze in Normandië?’ vroeg hij in een poging de aandacht van zichzelf af te leiden.
‘Ja, sinds ze door Nathans familie is geadopteerd. Het grootste deel van de tijd woont ze bij hen in Punt Nul. Nathan en zij vliegen elkaar natuurlijk voortdurend in de haren, zoals alle broers en zussen.’
‘Nathan?’ vroeg Jake.
‘Nathan Wylder. Je zult hem wel zien wanneer we aankomen. Liever gezegd: eerst hóren. Hij heeft de luidste stem aan deze kant van Constantinopel. Hij is een Amerikaan. Kind van de burgeroorlog.’ Met meer bewondering dan afgunst voegde Charlie eraan toe: ‘En onbetwistbaar de ster van de Dienst. Op en top een held.’
Jake was nog met zijn gedachten bij Topaz. ‘Geadopteerd? Wat is er met haar ouders gebeurd?’
Charlie boog zich naar hem toe en fluisterde in zijn oor: ‘Dat is een lang en verdrietig verhaal waar niemand het over heeft.’ Hij nam Jake met samengeknepen ogen op. ‘Voel je het atomium al?’
Jake knikte. Het was plotseling opgekomen. Zijn hoofd was gaan bonzen en het was alsof hij zweefde zonder echt van de grond te komen. Binnen enkele seconden was het misselijke gevoel tien keer zo erg geworden en hij klapte dubbel. Charlie ving hem op en liep met hem naar een bank.
‘Ga maar zitten. Het ergste is zo voorbij.’
Jake staarde over de zee. Hij wist dat het de zee was, maar tegelijkertijd herkende hij hem niet. Hij had het niet meer koud en alle geluiden om hem heen leken van mijlenver te komen.
Een voor een kwamen de andere passagiers aan dek om zich voor te bereiden. Oceane Noire keek naar de zee alsof die van haar was. Ze haalde diep adem en greep Jupitus bij zijn schouder, maar hij negeerde haar.
‘Nog vijf minuten!’ kondigde kapitein Macintyre aan. Jake draaide zich om en zag de andere Constantor naast het grote houten stuurwiel. Hij zag er hetzelfde uit als het instrument in de hut benedendeks, maar was groter en van een steviger metaal. De drie glinsterende ringen vielen nu bijna samen.
‘Vier minuten!’ riep de kapitein.
Jakes hoofdpijn en misselijkheid waren weggetrokken en hij voelde alleen nog een koortsachtige opwinding. Topaz draaide zich om en keek hem glimlachend aan – en plotseling zag Jake dingen, wonderbaarlijke dingen: legers, koninkrijken, immense halfvoltooide kathedralen, schemerige paleizen, maanlicht, kaarslicht, bergpassen, heldhaftige avonturiers. Er had zich iets in hem geopend en hij werd overweldigd door de pracht van de wereld.
‘Eén minuut...’ liet de kapitein weten.
Er viel een stilte. Charlie kwam dichter bij Jake staan en aan zijn andere kant pakte Rose zijn hand stevig beet. Alle ogen waren gericht op het maanverlichte punt voor hen. Ze wachtten.
Nauwelijks hoorbaar telde kapitein Macintyre de seconden af. ‘Tien, negen, acht, zeven...’
Jake sperde zijn ogen open. Hij hield zijn adem in. Vanuit het niets stak er een wervelwind op; een woeste draaikolk die het hele gezelschap omhulde. Kleuren flitsten. Rose en Charlie gingen zo dicht mogelijk tegen Jake aan staan. Toen klonk het geluid van een ontploffing in slow motion – en plotseling zag hij diamantvormen alle kanten uit spatten, vanuit een epicentrum dat zich in hem bevond. Het was alsof hij als een raket werd gelanceerd en boven het schip, boven de oceaan uit steeg. Jake had wel eens gehoord van ‘uittredingen’ maar net als de meeste mensen had hij het zelf nooit meegemaakt. Hij wist dat hij nog steeds op het dek stond, maar het was alsof hij er hoog boven zweefde en zichzelf in de diepte zag staan. De diamanten vlogen naar de randen van Jakes gezichtsveld, de kleuren flitsten in een waanzinnig tempo – tot er een supersonische knal klonk.