Krijgsraad(117)
'Let op je woorden, Lap!' waarschuwt Gregori hem streng. 'Ik draag mijn dienstpet, dus wens ik geen kritiek op de helden van de Sovjet-Unie te horen! In de Pravda staat dat de Duitsers zo stom zijn als het achtereind van een varken. Weet je wel zeker dat je niet tegen een NKVD-grenspatrouille bent opgelopen?'
'Ja,' zegt de Lap vastbesloten, terwijl hij een grote pul bier van Sjenta aanneemt. 'Ze hadden geen nagajka's bij zich om alle loslopende krankzinnigen in de toendra mee af te ranselen!'
'Hoe zagen hun uniformen eruit?' ondervraagt Nikolai hem met een slimme blik in zijn ogen.
'Als ieder ander uniform,' antwoordt de Lap, zijn armen uitbreidend. 'Maar geloof me maar gerust, het waren Duitsers! Ze rookten kapitalistische sigaretten en géén matsjorka – en ze hadden een rendier bij zich dat even hooghartig deed als een Finse generaal. Het wilde niet eens aan mijn rendieren snuffelen, hoewel die ook uit Finland afkomstig zijn!'
'Ik heb de Duitsers gezien!' brult Poetsjal, die met groot kabaal de kroeg binnen komt stormen. 'Een heel leger, met kanonnen en allerlei moorddadige wapens!'
'Waar?' vraagt Gregori zakelijk.
'Op vijf werst hier vandaan – en ze zullen spoedig hier zijn. Ze verplaatsen zich snel!'
'Nou, ik ga maar eens naar de molen,' zegt Kosnov nerveus, zijn bontjas dichtknopend. 'Ik moet koren maken. Nu de Duitsers hier zijn weet geen mens wanneer ik het anders zal kunnen doen. Die duivels kunnen allerlei krankzinnigheden uithalen!'
'Jij blijft hier!' beveelt Gregori streng. 'Jij kunt jouw koren met je kont malen, óf wachten tot de oorlog voorbij is. Ik ben hier de hoogste militair!' Met grote moeite klimt hij op een stoel. 'Bek dicht en luisteren!' schreeuwt hij. 'Towaritsjs, de Sovjet-Unie verwacht dat iedere man in dit verheven uur zijn plicht zal doen...'
'Laat dat geouwehoer,' valt Fjedor hem zonder enig ontzag in de rede. 'Je staat hier niet in Moermansk om indruk te maken! Kom van die stoel af! Zet die verdomde pet af en praat als een gewoon mens!'
Gregori zet gehoorzaam zijn pet af en gaat zitten. De storm huilt door de dakspanten, alsof hij het hele dak eraf wil rukken. In de kroeg ontstaat een angstige, gespannen sfeer. Een poosje blijven ze in stilte zitten drinken, verdiept in hun eigen gedachten. Iedereen vraagt zich af hoe hij zich er het beste doorheen kan slaan als de Duitsers er zijn.
Sjenta staat op en krabt peinzend haar reusachtige achterste.
'Laat iemand me helpen om water te koken,' zegt ze, weglopend naar de keuken.
'Waar wil jij voor de duivel water voor koken?' vraagt Gregori. 'Om over de Duitsers heen te gooien als ze hier komen,' antwoordt ze gedecideerd. 'Dat zal ze een beetje aan het denken zetten. Dat deden ze in de oude tijd ook als de vijand een beetje te dichtbij kwam.'
'Tegenwoordig kan dat niet meer,' zegt Michail. 'Die duivels beginnen al te moorden als ze nog twee werst van je vandaan zijn. En zelfs een Kenau als jij kan niet zó ver gooien met kokend water!'
'Ik ga met alle vrouwen achter de deur in hinderlaag liggen,' legt Sjenta vaderlandslievend uit, 'en zodra die Duitsers hun verdorven smoelen naar binnen steken gooien we meteen een emmer koken Russisch water in hun gezicht. Dat zal ze leren om hier zonder uitnodiging binnen te vallen!'
'Jij begrijpt niet waar je het over hebt,' zegt Fjedor ernstig. 'Voor ze die deur openmaken gooien ze allerlei helse apparaten naar binnen. Tegen die tijd heb je geen haar meer op je kop over!'
'Waarschijnlijk kunnen we ze het beste buiten in de sneeuw doodmaken,' oppert Sofija, die een jachtgeweer zit schoon te maken. 'Als het achter de rug is stapelen we hierachter alle dooie Duitsers op,' zegt Misja trots. 'En dan sturen we bericht naar Moermansk dat ze iemand moeten sturen om de lijken te tellen!'
'Een Duitser neerschieten is niet moeilijk,' legt Fjedor uit. 'Als je er een raakt draait hij als een tol in de rondte, zonder te weten wat hij moet doen. Zelfs de slimsten raken in de war als er kogels in hun hoofd beginnen te sproeien!'
'Waar ga jij heen?' brult Gregori, als Kosnov probeert naar de deur te sluipen.
'Ik ga mijn koren malen, kerel! We moeten ook aan de dag van morgen denken, niet alleen aan de oorlog van vandaag! Een Russische Fin heeft me verteld dat de Duitsers ons het meel laten houden, maar het nog niet gemalen graan voor zichzelf houden. Mensen die zonder enige reden hun koren niet malen zullen verhongeren nog voor de winter voorbij is!'
'Laten we naar de molen gaan en dat koren malen,' zegt Polakov, opvrolijkend. 'Gregori, jij bent hier belast met de verdediging. Jij blijft hier om "De rode engel" te verdedigen. Zodra we horen schieten komen we terug om je te helpen. We zullen de Duitsers omsingelen en van achteren aanvallen, zoals ze ons bij de burgerwacht hebben geleerd. Het is even gemakkelijk als je kont krabben. Zelfs Duitsers hebben geen ogen in hun achterhoofd. Je blijft schieten totdat je ons hoort roepen: 'Staakt het vuren!'