Reading Online Novel

Biljonairs & Baby's 10(36)



Simon schudde zijn hoofd. ‘Jacob heeft me bedonderd.’

‘Zijn dochter niet.’

‘Ze heeft tegen me gelogen. Over wie ze is. Misschien over waarom ze in mijn huis is.’

‘Dat weet je niet. Vraag het haar gewoon.’

Zijn vriend een waarschuwende blik toewerpend, zei Simon: ‘Je begrijpt het niet.’

‘Je hebt gelijk,’ vertelde Mick hem. ‘Ik begrijp het niet. De aflopen week leek je bijna… gelukkig. Ik zou het vreselijk vinden als je dat voor jezelf vergooide.’

Hij zei niets toen Mick vertrok. Wat viel er te zeggen? Hier lag een kans om Hawthorne terug te pakken en tegelijk toe te geven aan het genot van de vrouw die hij meer wilde dan hij eigenlijk wilde bekennen.

Een beeld van Tula kwam in hem op, en bijna gelijk werd zijn lichaam hard en zwaar. Zich herinnerend hoe gretig ze was in bed zorgde ervoor dat hij haar zo wanhopig graag wilde, dat hij alles gedaan zou hebben om haar op dat moment te krijgen. Zelfs die vervloekte ruzie die ze hadden gehad, had hem niet afgekoeld. Het vuur in hem was alleen maar verder opgelaaid. Hij had nog nooit eerder zo genoten van een ruzie.

Dat betekende echter niets, hield hij zichzelf voor. Ja, hij moest toegeven dat hij haar mocht. Maar dat was voordat hij had geweten wie ze echt was. Nu wist hij niet of ze haar ware persoonlijkheid had laten zien. Misschien was alles wat ze had gedaan, sinds ze in zijn huis was, onderdeel van een goed ontworpen toneelstuk.

Als dat zo was, zou hij het laatste lachen. Zo niet… Hij schudde zijn hoofd. Dat wilde hij niet overwegen. Tula Hawthorne was een volwassen vrouw. Ze kon haar eigen beslissingen nemen. En als ze besloot om samen met hem in bed te kruipen – en dat zou ze weer doen – zou dat haar eigen keuze zijn.

Het zou wel goed komen met haar.

Hij zou zijn wraak hebben genomen.

En zijn zoon hebben.





‘Hij was een regelrechte klootzak,’ zei Tula in haar mobieltje, en zag toen dat de baby haar raar aankeek. Het maakte haar niet uit wat sommige mensen dachten over kinderen en hun bewustzijn voor de wereld om hen heen. Ze wist dat Nathan gevoelig was voor toon en stemmingen, dus forceerde ze een glimlach, ondanks het laagje ijs dat zich in haar binnenste vormde.



‘Liefje,’ zei Anna op meelevende toon. ‘Jij bent degene die mij er altijd aan herinnerde dat de meeste mannen op het een of andere moment klootzakken zijn.’

‘Ja, maar op dát moment?’ siste Tula, die nog steeds lachte voor Nathan. ‘Echt, Anna, de gloed was nog niet eens aan het verdwijnen, en toen keerde hij zich tegen mij als een dolle hond.’

‘Nou, ik hoop dat je hem de volle laag hebt gegeven.’

‘Dat heb ik,’ zei ze, terwijl ze terugdacht aan de ruzie van de vorige avond. Het had alles wat daaraan vooraf was gegaan veranderd, en dat wilde iets zeggen.

Seks met Simon was verbazingwekkender geweest dan ze ooit had kunnen bedenken. Maar het was om woest van te worden dat hij dat allemaal had bedorven doordat hij weer in de huid van zakenman was gekropen.

‘Niets van wat ik zei drong tot hem door, dus het maakte nauwelijks uit dat ik iets terug zei,’ overpeinsde ze. ‘Hij was zo koel. Zo…’

‘Geloof me, ik weet er alles van,’ verzekerde Anna haar. ‘Weet je nog hoe afschuwelijk Sam in het begin deed?’

‘Dat is anders.’

‘Echt? Hoe anders?’

Tula lachte zonder enthousiasme. ‘Omdat dit over míj gaat.’

‘Ach ja, natuurlijk. Nu begrijp ik het.’

Een hulpeloze lach borrelde op in Tula’s keel. ‘Oké, oké. Jij hebt geleden, alle vrouwen lijden. Maar mijn lijden is nu aan de gang.’

‘Ja, daar heb je gelijk in.’

‘Dank je. Dus. Raad?’

‘Genoeg, maar goede raad is niet wat jij nodig hebt, Tula. Je weet al hoe je dit aan moet pakken.’

‘Ja hoor, hoe dan?’

‘Zorg ervoor dat Simon in staat is om voor Nathan te zorgen en kom dan naar huis. Waar je thuishoort.’

Waar ze thuishoorde.

Al zoveel jaar was haar huisje thuis geweest. Haar toevluchtsoord. De enige plek ter wereld die ze zich eigen had gemaakt. Maar als ze dacht aan hoe ze terug zou gaan naar haar oude leventje van werken en vrienden, klonk dat opeens op de een of andere manier… leeg.

Haar blik richtte zich op de baby die op de deken lag in Simons achtertuin. Ze wist niet of ze wel naar huis terug zou kunnen. Haar huisje zou vol zijn met herinneringen aan een baby die de boel zo kort had opgevrolijkt. Ze zou ’s nachts Nathan horen huilen, zijn speelgoed onder de bank vinden. Ze zou zich altijd afvragen hoe het met hem ging, wat hij aan het doen was.

Net zoals ze zich dat over Simon zou afvragen.

De rotzak.

Hoe durfde hij ervoor te zorgen dat ze om hem ging geven en zich dan opeens te gedragen als… een mán? Hoe kon hij zomaar de knop omzetten en zijn gevoelens net zo gemakkelijk uitschakelen als hij het licht uitdeed?