Biljonairs & Baby's 02(38)
‘Wat geeft haar het recht teleurgesteld te zijn in mij? En waarom interesseert het mij iets wat zij van me vindt?’ mompelde hij. Het was zijn plan geweest haar in zijn bed te krijgen en haar daarna los te laten. Het was een goed plan geweest en dat was precies wat er was gebeurd. Hij zou opgetogen moeten zijn. In plaats daarvan bleef zijn verstand hem vragen waarom Jenna zo nijdig was geweest over de roodharige vrouw.
Was ze jaloers?
Gaf ze echt om hem?
Was dat belangrijk?
Toen keek hij naar het vel papier dat hij nog steeds in zijn hand had. De fax van het laboratorium in San Pedro liet nergens een misverstand over bestaan.
Zijn DNA was gelijk aan dat van Jenna’s tweeling.
Nick Falco was vader.
Hij was zowel trots als ontzet.
‘Ik heb twee zoons,’ zei hij. Hij moest die woorden hardop zeggen. Verwonderd schudde hij zijn hoofd, en hij kreeg een vreemd gevoel in zijn borst dat intenser werd tot hij nauwelijks nog adem kon halen.
Hij was vader
Hij had een gezin.
Twee kleine jongens die zich niet eens bewust waren van zijn bestaan, leefden dankzij hém. Hij stond op uit zijn stoel, liep naar de ramen die hem van de oceaan scheidden en legde een hand tegen het koele glas. Zoons. Een tweeling. Hij voelde die onderdrukte emotie weer naar boven komen en mompelde: ‘Nu is de vraag: hoe ga ik hiermee om? Wat is de beste manier om de situatie aan te pakken?’
Jenna was vertrokken en had aangenomen dat hij afstand zou bewaren, dat hij gebruik zou maken van de comfortabele buffer van een advocaat om alles te regelen. Boos keek hij naar de zee, en hij voelde een vage, maar onmiskenbare woede naar boven komen. Hij vocht tegen zijn trots en verwarring tot hij bijna trilde van allerlei gevoelens waaraan hij niet gewend was.
Hij was een man die weloverwogen afstand bewaarde van de meeste mensen. Hij vond het prettig om een muur om zich heen te hebben waarbinnen hij zich comfortabel voelde en die het anderen belette te dichtbij te komen. Nu zou dat echter veranderen. Het móést veranderen.
Jenna dacht dat ze hem kende. Ze dacht dat hij er geen problemen mee had om een vreemde te blijven voor zijn zoons. Ze dacht dat hij door zou gaan met zijn leven en Jacob en Cooper opzij zou schuiven. Haar kennende dacht ze dat hij het voldoende zou vinden om alleen een dikke portefeuille te zijn voor zijn zoons.
‘Ze heeft het bij het verkeerde eind,’ mompelde hij verstikt en hij klemde zijn hand om het glas. ‘Ik mag er dan geen idee van hebben hoe ik een goede vader moet zijn, maar die kinderen zijn van mij. En ik weiger me door wie dan ook bij hen weg te laten houden.’
Hij draaide zich om, drukte op een knop van de intercom en snauwde: ‘Teresa?’
‘Ja, baas?’
Hij vouwde de DNA-uitslag op, stopte die in de borstzak van zijn overhemd en zei: ‘Bel het vliegveld. Huur een privéjet. Ik ga terug naar Californië.’
Tegen de volgende ochtend leek het bijna alsof Jenna niet weg was geweest. De vorige avond was ze onderweg naar huis vanaf het vliegveld, langs het huis van Maxie gereden om de jongens te halen. De gedachte dat ze nog langer van hen gescheiden zou zijn, was ondraaglijk geweest. Nu de tweeling veilig in hun kamers lagen en ze haar koffer had uitgepakt, kon ze zichzelf er bijna van overtuigen dat ze nooit weg was geweest en dat die korte cruise nooit had plaatsgevonden. Dat ze niet opnieuw met Nick had geslapen. Dat ze niet bij hem weg was gegaan, terwijl er een naakte, roodharige vrouw in zijn slaapkamer lag.
De pijn die dat had veroorzaakt, had ze diep weggestopt. Uiteindelijk had dat allemaal niets met de realiteit te maken gehad. De cruise – Nick – was maar een kort uitstapje naar een voor haar andere wereld geweest. Nu was ze terug waar ze thuishoorde.
Ze was al uren op. De tweeling hield er geen rekening mee dat mammie afgelopen nacht niet veel had geslapen. Ze wilden nog steeds hun ontbijt om zes uur ’s morgens. Nu zat ze op de grond in haar kleine huiskamer en werkte, terwijl ze ondertussen haar jongens in de gaten hield.
‘Ik heb jullie gemist,’ zei ze, kijkend naar haar zoons die ieder in een schommelstoeltje zaten. Bij de geringste beweging bewoog het stoeltje. Dat vonden ze leuk, en ze grijnsden breed.
Jake zwaaide met zijn ene vuistje en wipte ongeduldig op en neer in zijn stoeltje, terwijl Cooper naar zijn moeder keek alsof hij zijn ogen eigenlijk niet van haar af durfde te wenden, omdat ze dan misschien zou verdwijnen.
‘Tante Maxie zei dat jullie heel lief waren geweest.’ Zoals altijd praatte ze met hen. Ze vouwde de eerste lading wasgoed van de dag op en stopte even om de geur van hun schone pyjama’s op te snuiven voordat ze alle kleren op een stapel legde. ‘Dus aangezien ik jullie verschrikkelijk heb gemist en jullie heel lief zijn geweest, zouden we vanmiddag een wandeling in het park kunnen maken.’