Wraak en liefde(24)
Onwillekeurig zette ze een klein stapje naar hem toe, waarna ze één hand op zijn borstkas legde en de andere op zijn frisgeschoren kaak. Het gevoel van zijn huid onder haar handpalm stuurde elektrische schokjes door haar hele arm.
Hij boog langzaam zijn hoofd en nam bezit van haar mond met een kus die haar het gevoel gaf te zweven van verlangen. Nooit eerder had ze zich zo vol levenslust gevoeld.
Met beide armen om haar heen trok hij haar tegen zich aan, en het werd haar duidelijk dat hij opgewonden begon te raken. Ze genoot ervan dat ze kennelijk nog steeds in staat was een man op te winden, ondanks alles wat haar overkomen was.
Zijn tong stootte als een zachte en sensuele dolk in haar mond, nam strelend bezit van haar tong en veroorzaakte in haar het verlangen om hem op de meest intieme manier in zich te voelen.
Na enige tijd verbrak Andreas de kus. Hij keek haar langdurig aan, zijn donkere ogen gevuld met een vlammende begeerte. ‘Ik vraag me af wie hiermee begonnen is,’ zei hij met een scheef lachje.
Ze sloeg haar ogen neer. ‘Het spijt me, ik denk dat ik dat was.’
‘Je hoeft je niet te verontschuldigen, Gemma. Je hebt alle recht om lichamelijk contact met me te zoeken; per slot van rekening zijn we binnen vierentwintig uur echtgenoten. Wat dreef je ertoe me te kussen? Begin je je mij misschien weer een beetje te herinneren?’
‘J-Ja… Ik bedoel… nee. Ik herinner me helemaal niets.’
‘Je hebt een onvergetelijke mond,’ zei hij, terwijl hij zijn vingers naar haar bovenlip bracht. ‘Tien jaar lang heb ik aan je mond gedacht en gefantaseerd over hoe het zou zijn je te kussen.’
‘Maar, eh…’ Ze trok een frons in haar voorhoofd om hem ervan te overtuigen dat ze echt geen herinnering aan die periode had. ‘Hebben we, eh… elkaar eerder gekust? Vroeger, bedoel ik.’
‘Geloof me, Gemma…’ Zijn ogen glinsterden. ‘…als we elkaar ooit eerder gekust hadden, dan had je dat nog wel geweten.’
Even later stapte Gemma met wild kloppend hart in de auto. Tien jaar geleden had ze zich te goed gevoeld om zijn mond zelfs maar in de buurt van de hare toe te laten. Wat zou er gebeurd zijn als hij haar toen had gekust? Zou ze hem dan ook zo verachtelijk behandeld hebben, of zou ze, net als daarnet, van verlangen in zijn armen zijn weggesmolten?
Het huis van Andreas was een pas gerenoveerde villa met twee verdiepingen, een prachtig aangelegde tuin, een zwembad, een sportruimte en een fantastisch uitzicht vanuit bijna elke kamer op de jachthaven van Middle Harbour. De inrichting in gedempte kleuren was modern en minimalistisch, de comfortabel uitziende bank in de woonkamer donkergrijs, de stereoapparatuur hypermodern. De kunstwerken aan de muur waren onderkoelde, bescheiden bewijzen van rijkdom waar Gemma stilletjes diep van onder de indruk was.
‘Mijn huishoudster heeft voor ons gekookt,’ zei Andreas, terwijl hij haar naar de eetkamer bracht. ‘Wil je je misschien even opfrissen voordat we gaan eten?’
‘Ja, graag. Ik ben zo terug.’ Ze liep naar beneden en verdween in de grote badkamer, die de uitstraling van een luxe kuuroord had, compleet met marmeren wanden, een dubbele wastafel en een enorme spiegel, aan weerszijden verlicht door grote lantaarnachtige lampen.
Ze waste haar handen en bracht met trillende vingers een nieuw laagje lipgloss aan. Doe niet zo gek, zei ze tegen zichzelf, je bent niet alleen met hem; zijn huishoudster is er ook. Nadat ze haar schuin geknipte pony over het litteken had geschikt liep ze terug naar de eetkamer. Daar aangekomen zag ze een donkerharige vrouw van middelbare leeftijd bij de tafel staan.
De vrouw draaide zich om en nam Gemma met een onmiskenbaar laatdunkende blik van top tot teen in zich op. ‘Hallo, Miss Landerstalle. Ik ben Susanne Vallory, de huishoudster van Signor Trigliani. U herkent me vast niet meer, maar ik heb vroeger in het hotel van uw vader gewerkt.’
Gemma staarde even naar de vrouw en voelde een enorme schaamte naar boven komen over de manier waarop ze vroeger met het huishoudelijke personeel was omgegaan.
Susanne had zich van schoonmaakster opgewerkt tot hoofd Huishouding van het Landerstalle Hotel, maar dat betekende niet dat ze verschoond was gebleven van Gemma’s onvergeeflijke pesterijen.
‘Eh… jawel hoor, ik herken u wel,’ zei ze, en ze stak haar hand uit. ‘Hoe gaat het met u, Mrs. Vallory? Dat is lang geleden, ik –’
‘Gefeliciteerd met uw aanstaande huwelijk,’ zei Susanne zonder de uitgestoken hand van Gemma een blik waardig te gunnen.
‘Dank u.’ Gemma liet haar hand weer vallen.
‘Ik vond heel erg om te horen van het overlijden van uw vader,’ vervolgde de huishoudster. ‘Wat een geluk dat u op het laatste moment nog een miljardair aan de haak hebt weten te slaan, zodat u het hotel kunt erven. Wie had dat ooit gedacht?’