Reading Online Novel

Storm op komst(97)



‘Over mijn lijk!’ brulde hij en hij stak beide handen uit. Miriam nam het flesje voorzichtig tussen haar lippen, pakte zijn rechterhand beet, liet toen de waterspuwer los en greep zijn linkerhand.

Paolo hapte naar adem toen ze met haar volle gewicht aan hem hing. Zijn rugwervels dreigden ontwricht te raken, maar zijn tranen van wanhoop hadden plaatsgemaakt voor een uitdrukking van trotse onverzettelijkheid. Hij hield uit alle macht vol, terwijl Alan en Jake hem langzaam weer het dak op trokken en Miriam zichzelf uiteindelijk in veiligheid kon brengen. Triomfantelijk hield ze het duivelse flesje omhoog.

Alan nam zijn vrouw in zijn armen en drukte haar tegen zich aan. Paolo, die nog steeds gevaarlijk dicht bij de rand stond, rechtte zijn rug en nam het flesje uit Miriams hand om de dodelijke inhoud te bestuderen. Onmiddellijk floepte het uit zijn vingers en vloog de lucht in. Iedereen schrok en beelden van een gewisse dood doemden voor hun ogen op. Maar Paolo ving het netjes op in een hand.

‘Rustig maar,’ zei hij. ‘Dat was humor.’

Er verscheen een ondeugende glimlach om Alans lippen en hij barstte in lachen uit. Toch nam hij voorzichtig het flesje van Paolo over; ze konden geen risico’s meer nemen.

Met z’n vieren klommen ze terug naar de klokkentoren. Nu het gevaar was geweken, gingen Jakes gedachten meteen weer uit naar Topaz.

‘Ik ga achter haar aan,’ kondigde hij vastberaden aan. ‘Zeldts galjoen is nog maar een kilometer of vijf weg. Ik neem de Aal. Als ik alleen ga, heb ik ze zo ingehaald.’

‘Achter de Lindwurm aan? Nee, Jake, dat is geen goed idee,’ zei Miriam.

‘Onze missie is geslaagd. Wat houdt ons tegen?’

Miriam keek Alan aan. Ze vervolgde op zachte maar resolute toon: ‘Onder andere dat we orders hebben gekregen. Nathan Wylder was heel duidelijk: we mochten agent Saint Honoré niet redden, ook niet als we onze taak hadden volbracht.’

‘Orders?’ Jake schudde vol ongeloof zijn hoofd. ‘Ik zou er niet mee kunnen leven als ik het niet op z’n minst had geprobeerd!’

‘Je zou überhaupt niet meer leven!’ Miriam wendde zich tot haar echtgenoot. ‘Zeg het hem, Alan.’

‘Ze heeft gelijk. Een heel slecht plan.’

‘Topaz is niet jouw zorg,’ voegde Miriam eraan toe. ‘Haar situatie is... heel gecompliceerd.’

‘Dat is-ie niet!’ Jake voelde de hitte naar zijn wangen stijgen. ‘Haar situatie is heel simpel: als niemand haar redt gaat ze dood. En sinds wanneer houden jullie je aan de orders? Hielden jullie je aan de orders toen jullie op zoek gingen naar Philip?’

Jake maakte snel gebruik van de plotselinge stilte die viel. Hij had erop gerekend dat hij op weerstand zou stuiten en had zijn plan klaar. Eerst griste hij de telescoop uit het leren wambuis van zijn vader. Toen sprong hij naar de grote mand met stenen die naar boven was getakeld. Hij gooide hem leeg, controleerde snel de katrol, schopte de mand over de rand van de steiger en sprong erin. Alan en Miriam slaakten tegelijkertijd een gil toen Jake in razende vaart omlaag suisde en het tegengewicht met dezelfde snelheid omhoogkwam.

‘Sorry,’ schreeuwde hij naar boven, terwijl hij door de lucht vloog. ‘Wacht hier op me.’

‘Jake!’ riepen zijn ouders hem hulpeloos achterna.

Hij stoof op de grond af en vlak voordat hij neerkwam pakte hij het touw beet om zijn vaart te minderen. Terwijl onder hem de mand in stukken brak liet hij zich op de grond vallen en rende door het lange schip de kerk uit.

Miriam draaide zich om naar Alan. Ze verwachtte een gezicht als een donderwolk te zien, maar wat ze zag was een uitdrukking van vaderlijke trots.

‘Haal die uitdrukking onmiddellijk van je gezicht,’ zei ze dreigend.

‘Weet je niet meer hoe wij elkaar hebben ontmoet? De Egyptische missie, 872?’ vroeg Alan. ‘Je bent twee vijandelijke linies overgestoken en hebt op twintig meter diepte een tunnel onder de grote piramide van Gizeh gegraven om bij me te komen. Zo te zien herhaalt de geschiedenis zich.’

Hij keek neer op zijn zoon, die door de grote deuren naar buiten stoof, op weg naar de kade. ‘Inderdaad een échte avonturier,’ zei hij hoofdschuddend. ‘Daar helpt geen moedertjelief aan.’





29

De verschrikkelijke waarheid


Jake stoomde de bochtige Rijn af, zorgvuldig de draaikolken in de grote rivier vermijdend. Hij zocht zijn weg tussen de galjoenen, handelsschepen en veerboten door en liet zich meevoeren op de golven van de grotere schepen. Zijn vastberaden blik was strak op de horizon gericht, op zoek naar de rode zeilen van Zeldts oorlogsschip.

Om de twintig minuten dook hij, als het op de rivier veilig was, naar het benedendek om hout in de ketel te gooien. Weldra zou hij door de stapel brandstof heen zijn, maar Jake zette die gedachte resoluut van zich af.