Reading Online Novel

Onwankelbaar verlangen(23)



Maar wat wilde zij zelf eigenlijk?



Zephyr vond Piper liggend op een smeedijzeren bank op het balkon van hun slaapkamer.

‘Ben je moe, pethi mou?’

‘Wat zeg je?’ Haar ogen, die dezelfde kleur hadden als de zee, keken hem verstrooid aan. ‘Ik lag wat te mijmeren om mijn gedachten op een rijtje te krijgen, maar ik raak eigenlijk alleen maar meer in de war.’

‘Heb je een klankbord nodig?’

‘Nu liever niet.’

Hij fronste zijn wenkbrauwen. Dat was niet wat hij graag wilde horen. ‘Wat vind je van het huis?’

‘Prachtig, meer een kasteel dan een huis trouwens. Hoeveel slaapkamers heeft het wel niet?’

‘Twaalf, waaronder vier suites zoals deze.’

‘Hoe weet je dan dat dit de master bedroom is?’

‘Dat heb je toch uit jezelf al ontdekt?’

‘Het dienstmeisje stond hier onze koffers uit te pakken.’

‘Was dat alles?’ vroeg hij ironisch.

‘Nee, dat was niet alles, maar dat weet je best.’

Zephyr knikte. ‘Het bed.’

‘Zo’n bed hoort in de master bedroom thuis.’

‘Precies.’ Hij ging voor haar staan en nam haar hand in de zijne. ‘Ik ben blij dat we de villa niet afbreken.’ Soms zat er niets anders op dan alles te slopen en van de grond af weer op te bouwen, maar dat was hier gelukkig niet nodig.

‘Wordt dit huis onderdeel van het resort?’ vroeg Piper niet al te vrolijk bij het vooruitzicht.

Hij liet zich naast haar op de bank vallen en trok haar op schoot. ‘Aanvankelijk was dat wel mijn bedoeling, maar hoe vaker ik hier kom, hoe meer ik aan het huis gehecht raak. Neo ook, trouwens. Ik denk dat we het voor onszelf moeten houden, maar dan moet hij maar een eigen slaapkamer inrichten, want ik houd deze.’

‘Heus?’

‘Verbaast je dat? We waren het er toch over eens dat er een heerlijk bed staat?’

‘Dat bedoelde ik niet.’ Ze kroop lekker tegen hem aan. ‘Ik bedoelde dat jullie mij allebei niet ontspannen genoeg lijken om er echt van te profiteren.’

‘Neo gaat binnenkort trouwen. Er zullen ongetwijfeld kinderen komen, en dit is een heerlijke plek om ze mee naartoe te nemen. Cass houdt van reizen maar verblijft liever in een eigen huis dan in hotels.’

‘Logisch.’

Hij trok haar wat dichter tegen zich aan. ‘En jij? Zie jij jezelf hier nu en dan een vakantie doorbrengen?’

Met een diepe zucht liet ze haar hoofd tegen zijn schouder rusten. ‘Zeker wel, maar als ik zo’n huis had zou ik er nooit een vakantiehuis van maken. Ik zou hier het liefst het hele jaar wonen.’

Het verlangen dat doorklonk in haar stem verraste hem ‘Zou je het niet lastig vinden om van hieruit je bedrijf te runnen?’

‘Dagdromen hoeven toch niet praktisch te zijn?’

‘Droom dan maar lekker verder.’

Ze paste goed bij hem en dat was gevaarlijk. Als hij niet uitkeek, zou hij haar nog meer geheimen over zichzelf vertellen, maar hij wilde juist meer over háár te weten komen.

‘Het zou een droom zijn om hier te wonen,’ zei ze. ‘Maar om je prozaïsche vraag te beantwoorden: met internet, telefoon en een scanner zou ik hier zonder problemen kunnen werken.’

‘Je zou dan wel vaak moeten reizen.’

‘Ik reis nu ook veel.’

Daar wist hij alles van, en hij begreep heel goed waarom ze graag hier zou wonen. ‘Soms vergeet ik wel eens hoe ik van de zon geniet, maar na een paar dagen Griekenland kan ik er al nauwelijks meer buiten.’

‘In Seattle zien we de zon inderdaad veel te weinig.’

‘Het eerste jaar dat Neo en ik daar woonden, dachten we dat er nooit een eind aan de regen zou komen,’ antwoordde hij grinnikend.

‘Maar je hebt er wel vier seizoenen.’

‘En in elk seizoen regent het.’

‘Liever regen dan die sneeuwstormen in New York.’

‘Hier in Griekenland is het altijd mooi weer.’

‘Maar je moet wel van warmte houden.’

‘Daar ben ik dol op.’

Piper slaakte een diepe zucht. ‘Ik ook. Misschien had ik naar Californië moeten verhuizen toen ik uit New York wegging.’

‘Dan zouden we elkaar nooit hebben ontmoet.’

‘Misschien was je dan beter af geweest.’

Hij schudde resoluut zijn hoofd. ‘Wil je soms beweren dat onze vriendschap mij nadeel berokkent?’ vroeg hij bij het zien van haar sombere blik.

‘Ik heb begrepen dat ik niet de vrouw ben die jij voor ogen had als moeder van je kinderen.’

In haar stem klonk een triestheid door die hij niet had verwacht.

‘Ik heb er nooit serieus over nagedacht wie die vrouw zou moeten zijn.’ Voor hij met haar naar bed ging, had hij zich wel eens voorgesteld dat zij die rol zou vervullen. Hij was ervan overtuigd dat ze een geweldige moeder en echtgenote zou zijn, en hij bewonderde haar sterke karakter.