Onbewaakt ogenblik(23)
‘Nou, het is al bijna negen uur en ik heb nog niets gegeten. Als we daar nou eens mee beginnen, dan zien we daarna wel verder.’
‘Na al die jaren sta je ineens onaangekondigd voor de deur en dan verwacht je dat ik voor je ga staan koken. Jij hebt wel lef, hè?’
‘Dat komt toch zeker niet als een verrassing, neem ik aan?’
Terwijl hij het eten klaarmaakte, speurde Joan met de gin en tonic die hij voor haar had ingeschonken in de hand de benedenverdieping van zijn huis af en ging daarna op de rand van het aanrecht zitten. ‘Hoe gaat het met je vinger?’ vroeg ze.
‘Het doet alleen maar pijn als ik echt nijdig ben. Net als bij een stemmingsring. En op dit moment voel ik hem helemaal kloppen.’
Ze reageerde er niet op. ‘Echt spectaculair, dit huis. Ik heb gehoord dat je het helemaal zelf hebt gebouwd.’
‘Zo had ik tenminste iets om handen.’
‘Ik wist niet dat je kon timmeren.’
‘Ik heb mijn studie betaald door dingen te maken voor mensen die dat zich konden veroorloven. En toen dacht ik: ach, waarom ook niet?’
Ze gingen zitten eten aan de tafel vlak naast de keuken, waar je een weids uitzicht had over het meer. Ze dronken er een fles merlot bij die hij uit zijn wijnkelder had gehaald. Onder andere omstandigheden zou het een romantische setting zijn geweest.
Na het eten gingen ze koffiedrinken in de woonkamer, met zijn hoge gewelfde plafond en glazen wanden. Toen hij haar even zag huiveren, maakte King een vuur in de open haard aan en gooide haar een plaid toe. Ze zaten tegenover elkaar op leren banken. Joan schopte haar pumps uit, trok haar benen onder zich en legde de plaid eroverheen. Daarna hief ze haar glas op en keek hem aan. ‘Ik heb heerlijk gegeten.’ Ze snoof het bouquet op. ‘En zo te ruiken ben je tegenwoordig nog vinoloog ook.’
‘Goed, je hebt je buikje rond gegeten en je bent een beetje aangeschoten. Wat kom je hier doen?’
‘Als er iets buitengewoons gebeurt, iets wat tot een uitgebreid rechercheonderzoek naar een voormalig agent van de Secret Service leidt, dan wekt dat bij iedereen belangstelling.’
‘Dus je bent hierheen gestuurd?’
‘Ik heb inmiddels wel het niveau bereikt waarop ik mezelf kan sturen.’
‘Dus je bent hier officieus? Of kom je alleen maar spioneren voor de Secret Service?’
‘Ik zou het liever als officieus bestempelen. Ik wil graag jouw versie horen.’
King warmde zijn glas met zijn handen en moest zich inhouden om haar de wijn niet in het gezicht te gooien. ‘Ik héb helemaal geen versie. De man heeft een tijdje voor me gewerkt. Hij is vermoord. Vandaag ben ik erachter gekomen dat hij deel uitmaakte van het witsec, het federale getuigenbeschermingsprogramma. Ik weet niet wie hem heeft vermoord. Einde verhaal.’
Ze reageerde niet, maar tuurde alleen maar in het vuur. Een tijdje later stond ze op en liep naar de open haard, knielde daar neer en streek met haar hand over de schoorsteenmantel.
‘Timmerman én metselaar?’
‘Dat heb ik iemand anders laten doen. Ik ken mijn beperkingen.’
‘Verfrissend. De meeste mannen die ik ken, willen helemaal niet toegeven dat er ook maar iets is wat ze niet kunnen.’