Home>>read Zonovergoten Romance & Italiaans Geluk free online

Zonovergoten Romance & Italiaans Geluk(89)

By:Rebecca Winters


Langzaam liet Vincenzo haar los. Met zijn blik nog in de hare zei hij: ‘Kom maar binnen, papa. Ik wil je graag voorstellen aan mijn vrouw, Irena Liapis Valsecchi. Irena, dit is mijn vader, Guilio.’

Het moment had niet slechter gekozen kunnen zijn. Geschrokken draaide ze zich om naar de deur die naar de privélift leidde. Bij het zien van zijn vader kreeg ze een indruk van de manier waarop Vincenzo eruit zou zien als hij zeventig was.

Guilio Valsecchi was een knappe man. In zijn dunner geworden zwarte haar liepen zilverkleurige strepen. Qua lichaamsbouw mocht zijn zoon dan op hem lijken, qua vitaliteit verschilden ze van elkaar als dag en nacht. Het was duidelijk dat de ernstige ziekte waaraan de oudere man leed zijn tol had geëist.

Hij kwam dichterbij. Met zijn scherpe, bruine ogen nam hij haar onderzoekend op. Net als zijn zoon kon hij je het gevoel geven dat hij dwars door je heen keek. Hij mocht dan lichamelijk ernstig ziek zijn, noch zijn leeftijd, noch de kanker had zijn autoritaire uitstraling aangetast.

Hij reikte naar haar hand en drukte er een kus op. ‘Ik heb ernaar uitgekeken de vrouw te ontmoeten die verantwoordelijk is voor dit wonder,’ zei hij in het Engels.

‘Wonder?’ herhaalde ze zachtjes.

‘Ik had nooit gedacht dat er nog eens een dag zou komen waarop Vincenzo van gedachten zou veranderen en in mijn voetsporen zou treden.’ Zijn blik ging naar het grote schilderij. ‘Mijn voorvader was bang voor sterke vrouwen. Terecht.’ Opnieuw keek hij haar aan. ‘Nadat ik met Dino over je had gepraat, begreep ik waarom. Hij gelooft dat je van hem houdt alsof hij je eigen zoon is.’

Ze slikte moeilijk. ‘Het is niet moeilijk om van Dino te houden.’

Guilio perste zijn lippen op elkaar. ‘Mijn schoondochter heeft het er moeilijk mee.’

Het verbaasde haar dat dit het eerste was dat hij tegen haar zei. Misschien had ze echter, zijn zoon kennende, beter moeten weten. Bij Vincenzo had ze er ook aan moeten wennen dat hij geen blad voor de mond nam. ‘Ik kan het haar niet kwalijk nemen. Een moeder wil dat iedereen van haar kind houdt, maar het wordt een ander verhaal als die liefde dieper gaat dan de oppervlakte.’

De oudere man wist niet wat hij van haar antwoord moest denken. ‘Hoe kun jij weten hoe het is om moeder te zijn?’

Zijn vraag was een belediging voor haar lichaam, een lichaam dat een kind droeg. Zou ze haar kind leren kennen? Zou de test een succes zijn? Of zou ze deze kostbare baby verliezen? Bij de gedachte aan de laatste mogelijkheid begon ze te beven van angst. ‘Mijn moeder is altijd een fantastisch voorbeeld voor me geweest.’

Vincenzo sloeg zijn arm om haar schouder, en trok haar tegen zich aan. ‘Waarom vraagt u haar niet naar haar werk, papa? Haar vader is een van de vooraanstaandste zakenlieden in Griekenland. Zijn krantenconcern is wijd en zijd bekend. Irena is ermee opgegroeid. Ze heeft op bijna alle afdelingen gewerkt en ervaring opgedaan.’

Zwijgend keek zijn vader van de een naar de ander.

‘Tot op twee maanden geleden was ze redactrice van de lifestylerubriek. Daarvoor moest ze op reis in heel Europa. De fotograaf die met haar meekwam naar Italië vertelde me dat ze jarenlang haar vaders rechterhand is geweest.’

Ze had geen idee dat de twee mannen het over haar gehad hadden.

‘Het gerucht gaat dat haar vader haar naam zal noemen als hij terugtreedt, maar daarvoor is het nu te laat.’

‘Hoezo?’ vroeg Guilio met opgetrokken wenkbrauwen.

‘Omdat ik haar benoemd heb tot mededirecteur. Ze gaat me helpen om Valsecchi te leiden. Ik ben te lang alleen geweest om nu al gescheiden te worden van mijn nieuwe vrouw. We zullen samen werken en reizen.’

Ze wist niet hoe ze het had. Tot haar verbazing was Guilio’s gezicht echter onbewogen gebleven.

‘Ik heb Bruno verzocht om bij ons te komen werken als onze assistent. Het komende weekend richt hij zijn werkkamer hier in.’

Dokter Santo had haar op het hart gedrukt om goed voor zichzelf te zorgen en hevige emoties te vermijden, maar Vincenzo’s mededeling sloeg in als een bom.

Met een frons op zijn voorhoofd keek zijn vader hem aan. ‘Gun je Fabbio geen kruimeltje?’

‘Ik heb speciale plannen voor hem, waarmee hij het druk genoeg zal krijgen. Omdat hij de neiging schijnt te hebben verliefd te worden op de vrouwen in mijn leven, vind ik het verstandiger om hem in een ander gebouw te laten werken, een eind bij ons vandaan.’

De opmerking moest een snaar bij Guilio geraakt hebben, want hij protesteerde niet. ‘En Dino?’ vroeg hij in het Italiaans.

‘Dino gaat natuurlijk met ons mee op reis of logeert bij ons als we hem hebben.’

‘Maar dat is absurd! Je vrouw kan niets omdat ze niet eens de taal spreekt!’

Haar man had haar voor het blok gezet, maar ze wilde in het bijzijn van zijn vader niet helemaal de indruk wekken dat ze met zich liet sollen. ‘Uw zoon en uw kleinzoon hebben me les gegeven,’ merkte ze in redelijk goed Italiaans op. ‘Dino is een uitstekende leraar.’