Hij glimlachte haar verleidelijk toe. ‘We zijn blij dat je er bent, is het niet, jochie?’ Hij draaide de baby zodat die haar kon zien. Nikos begon te stralen. Toen ze zag hoe blij hij was haar te zien, nam ze hem vrolijk lachend van Andreas over.
‘Hoe is het met mijn grote jongetje?’ Hem bijna smorend onder de kussen liep ze naar het achterdek. Over zijn zwarte krulletjes heen keek ze naar Andreas. In zijn zwarte coltrui en jeans was hij ongelooflijk knap. ‘Dit had ik totaal niet verwacht. Dank je.’ Haar stem brak.
‘Ik wist dat je hem miste.’ Toen hij haar gezicht zag, werden zijn ogen spleetjes. ‘Dit is voor ons allebei een dag vol verrassingen geweest, te beginnen bij jouw vlucht naar Heraklion.’
Ze voelde zich ongemakkelijk.
‘Ik zal niet vragen waarom je de helikopter niet hebt genomen, of waarom je zo snel bent weggegaan… Zodat ik geen kans kreeg jou en je ouders uit te nodigen voor een afscheidsdiner.’
Ze drukte Nikos nog steviger tegen zich aan. ‘Dat zouden we heel leuk hebben gevonden maar Leon had je nodig en je familie ook.’
‘En?’ drong hij aan.
‘Meer heb ik niet te zeggen.’
‘Ja, dat heb je wel,’ zei hij ruw. Ze verplaatste Nikos naar haar andere arm en gaf hem een zoen. ‘Je wilde Irena’s naam ook noemen.’
Al haar moed verzamelend vroeg ze: ‘Waarom was ze niet bij je in het ziekenhuis?’
‘Omdat ik haar niet had gevraagd.’
‘Andreas –’ Stomverbaasd keek ze hem aan. ‘Dat is niets voor jou.’
Hij trok één wenkbrauw op. ‘Een interessante opmerking. Je bent dus een soort expert van mijn psyche. Dat bevalt me wel,’ besloot hij peinzend.
Nerveus keek ze hem aan. ‘Dat had ik niet moeten zeggen.’
‘Je mag zeggen wat je wilt.’
Geërgerd riep ze: ‘Dat is juist wat ik bedoel. Normaal gesproken ben je tegen iedereen warm en vriendelijk. Hebben Irena en jij soms ruziegemaakt? Ik kan me anders niet voorstellen dat ze er vanochtend niet was t-toen –’
‘Het een situatie op leven en dood was?’ maakte hij de zin voor haar af.
‘Zoiets, ja.’ Geagiteerd liep ze met Nikos naar het raam dat uitkeek op de haven. ‘Ik weet zeker dat ze van streek is sinds ze het weet van de tweeling maar ze hoeft zich geen zorgen meer te maken. De kinderen wonen nu bij hun vader en ik vertrek morgen dus –’
‘Gabi –’ onderbrak hij haar. ‘Voor je verdergaat, is er iets wat je moet weten.’
Ze hield haar adem in. ‘Wat dan?’
‘Een week geleden hoorde ik van Leon dat Deline jou en de tweeling had opgezocht in Apollonia. Ik heb begrepen dat ze zei dat ik naar Athene was gegaan om mijn vriendin Irena Liapis te zien, de vrouw met wie ik ging trouwen. Klopt dat?’
Ze beefde van top tot teen. ‘Ja.’
Hij keek op haar neer. ‘Helaas was Deline niet op de hoogte van de laatste feiten.’
‘Welke feiten?’ fluisterde ze.
‘Dat ik met Irena had gebroken. Het klopt dat ze mijn vriendin was.’
Was? Gabi’s hart maakte een sprongetje. ‘Maar Deline zei dat de familie verwachtte dat je met haar zou trouwen.’
‘Dat was ik ook van plan, tot jij in mijn kantoor opdook. Na het zien van de foto van de tweeling trilde mijn wereld op zijn grondvesten. Om alles te kunnen verwerken heb ik haar tijdelijk niet meer gezien.’
‘Andreas…’
‘Het bleek de juiste beslissing. Toen ik haar niet meer zag, realiseerde ik me dat we, als ik van haar had gehouden zoals een man van een vrouw behoort te houden, al maanden geleden zouden zijn getrouwd.’
‘Hoe kun je dat nu zeggen?’ riep ze uit. ‘Ik heb haar gezicht gezien toen ze naar de villa kwam en ons met de kinderen zag.’
‘Wat jij zag was verbazing dat wij er waren in plaats van Leon. Ze is goed bevriend met Deline en ze kwam de beroemde Simonides-tweeling nog even bekijken voor ze op vakantie ging naar Italië.’
Intussen had hij het zich gemakkelijk gemaakt op de leren bank, zijn armen op de rugleuning, zijn gespierde benen voor zich uitgestrekt. ‘Nu Kris buiten gevaar is, leek het me een goed plan even te ontspannen bij een etentje en een gesprek.’
‘Er valt niets te bespreken.’ Met Nikos in haar armen ging ze tegenover hem zitten.
‘Dus je bent vast van plan weg te gaan?’
Ze fronste. ‘Ja, dat weet je best.’
‘Zou je het erg vinden je vertrek één dag uit te stellen?’
Ja, heel erg. Ze zou sterven als ze nog langer in zijn nabijheid bleef. ‘Dat kan ik niet. Ik heb mijn baas al gebeld. Overmorgen heb ik een lunchafspraak met hem om over mijn promotie te praten.’