‘Nee. Ze heeft een zus in Clapham, geloof ik. Daar gaat ze naar toe.’
‘O. Waarom logeert Sam daar dan niet?’ Zo’n rare vraag is dat toch niet, dacht ze bij het zien van zijn bevreemde blik. ‘Per slot van rekening wordt ze zijn stiefmoeder.’
Hij haalde zijn schouders op. ‘Maud is het ziekenhuis bijna niet uit geweest sinds je vader er is opgenomen.’ Hij liep de hal door en opende een deur waarachter zich een slaapkamer bleek te bevinden. Vervolgens vertelde hij haar waar ze een reservesleutel van de voordeur kon vinden. Het was overduidelijk dat hij haar zo snel mogelijk uit het zicht wilde hebben.
Ze sloot de deur achter zich en liet zich snikkend op het bed vallen. Niet lang daarna viel ze, gekleed en al, in slaap.
Toen ze in de loop van de middag wakker werd, voelde ze zich alsof ze onder een stoomwals had gelegen. Een blik in de spiegel vertelde haar dat er ook zo uitzag. Ze verdween naar de badkamer ernaast – een riante lichte ruimte met veel spiegels.
Na een heerlijke warme douche voelde ze zich weer enigszins mens, maar de pijn in haar onderrug bleef. Om haar veranderende figuur te verhullen was ze de laatste tijd steeds krommer gaan lopen. Het werd tijd dat ze daar maar eens mee ophield, besloot ze terwijl ze een badlaken om zich heen sloeg. Ze rechtte haar schouders en liep met haar borst vooruit terug naar de slaapkamer… net op het moment dat Rafaello zijn hoofd om de deur stak.
‘Ik héb aangeklopt… Ik dacht dat je nog sliep,’ zei hij. ‘Sam is net terug uit het ziekenhuis. Je vader vraagt naar je.’
‘Echt waar?’ vroeg ze, aangenaam verrast en een beetje ontroerd. Ze draaide hem de rug toe om haar koffer te pakken, die aan het voeteneinde van het bed stond. ‘Ik ga er meteen heen. Even snel aankleden.’ Ze hoorde Rafaello zijn adem inhouden. Toen ze opkeek, zag ze dat hij als gehypnotiseerd naar haar lichaam staarde.
‘Per meraviglia…’ mompelde hij. ‘Je doet me denken aan een of andere godin van de vruchtbaarheid.’
Ze kreeg een kleur en kromp inwendig ineen. Dit was nu bepaald niet een opmerking waarop ze zat te wachten! Ze trok haar buik zo ver mogelijk in. Hoe moest ze zich hieruit redden? ‘Het is niet erg aardig om een vrouw erop te wijzen dat ze is aangekomen, Rafaello. Maar ja, je weet hoe ik kan bunkeren. Ik wil graag groot en sterk worden en –’
‘En… zwanger?’ Hij wendde zijn blik af van haar buik en keek haar geschokt aan.
‘Zwanger?’ piepte ze ademloos. ‘Hoe kom je erbij?’
‘Laat me dan eens kijken. Doe die handdoek af en haal eens normaal adem.’
Ze deinsde achteruit. Als ze die handdoek zou afdoen, was ze verloren!
‘Glory,’ zei hij dreigend. ‘Ik moet de waarheid weten.’
Ze slikte.
‘Ik ben de vader, natuurlijk. Dat kan gewoon niet anders. Je bent op zijn minst een paar maanden ver.’
‘Goed, jij je zin,’ fluisterde ze, zijn blik mijdend. ‘Moeder natuur heeft haar zin gekregen, kan ik eigenlijk beter zeggen. En ja, natuurlijk ben jij de vader.’
‘Waarom heb je je dan in allerlei bochten gewrongen om me ervan te overtuigen dat er geen vuiltje aan de lucht was?’ vroeg hij kwaad. ‘Had je je gewoon vergist misschien? Ontdekte je soms dat je zwanger was nadat je was weggelopen?’
‘Nee,’ bekende ze. Ineens voelde ze zich weer vreselijk schuldig. ‘Ik ben na een bezoek aan de kapper stiekem even naar een huisarts gegaan. Die bevestigde dat ik zwanger was.’
Die mededeling moest hij kennelijk even op zich laten inwerken. ‘Maar waarom heb je dat toen niet aan me verteld?’ vroeg hij na een korte stilte.
Het huilen stond haar nader dan het lachen. ‘Jij wilde er toch niets van weten!’
‘Dat is helemaal niet waar!’
‘Dat is wel waar! Ik merkte toch hoe opgelucht je was toen je dacht dat ik niet zwanger was.’
Hij sloot zijn ogen alsof hij de hemel om geduld smeekte en keerde haar zijn rug toe. ‘Ik was opgelucht, omdat ik heel even bang was dat de geschiedenis zich zou herhalen. Ik wilde niet dat het ons net zo zou vergaan.’
‘Dat de geschiedenis zich zou herhalen?’ Ze kon er geen touw aan vastknopen. ‘Wat bedoel je?’
Hij draaide zich weer naar haar toe en keek haar aan. ‘Iets dergelijks is al eens eerder in de familie voorgekomen.’
‘O.’ Ze ging op de rand van het bed zitten. ‘Ik wist echt niet wat ik moest toen ik inderdaad zwanger bleek te zijn. En kennelijk heb ik de gewoonte om mensen te vertellen wat ze graag willen horen.’
‘Dat is geen excuus. Je kunt best hard zijn als het moet, dat weet ik. Het ene moment spring je zo ongeveer boven op me, het volgende laat je me even zo gemakkelijk vallen. Maar dit is andere koek. We hebben het hier over een kind dat ook van mij is. Ik heb gezegd dat ik best met je wilde trouwen, weet je nog? Maar nee, zo wanhopig was je nu ook weer niet, zei je toen.’