Home>>read Wraak & verlangen free online

Wraak & verlangen(120)

By:Lynne Graham


Hij verstarde en sloeg zijn ogen neer, waardoor ze de uitdrukking daarin niet meer kon zien.

‘We gaan het niet op een bureau doen,’ zei ze gedecideerd, min of meer in de verwachting dat hij haar belachelijk zou gaan maken. ‘Ik ben in mijn leven heel wat malloten tegengekomen, maar geen van hen heeft ooit aanstalten gemaakt me te nemen op een bureau!’

‘Meen je dat nou?’ Hij deed een stap achteruit, waardoor ze haar rokje eindelijk omlaag kon trekken.

‘Ja, echt waar,’ zei ze, vechtend tegen de tranen. ‘Ik eis wel een beetje respect, ja. Er zijn grenzen aan wat je van iemand kunt verlangen.’

‘En ik krijg de indruk dat het bureau volgens jouw normen ver buiten die grenzen valt,’ mompelde hij.

‘Het is een kwestie van fatsoen.’

Nu pas keek hij haar weer aan. ‘Erg avontuurlijk ben je niet, hè?’

‘Van gevrij in de lift of op een bureau moet ik niets hebben, nee.’ Ze liet zich van het bureau af glijden en trok haar kleren recht.

‘Ik was anders niet echt van plan om tot het uiterste te gaan.’

‘Hoe kon ik dat weten? Ik kan je gedachten toch niet lezen? Je bracht me behoorlijk in verlegenheid.’

‘Er bestaat zoiets als voorspel, weet je. Ooit van gehoord?’

Ze merkte dat hij zijn best deed om niet te lachen en werd daardoor nog kwader. ‘Doe niet zo misselijk. Ik ben heus niet op mijn achterhoofd gevallen! Ik ben hier niet gekomen om de hele tijd door jou voor gek te worden gezet, Rafaello Grazzini, als je dat maar –’

‘En je bent hier ook niet om een snelle wip op mijn bureau te maken.’ Gauw voegde hij eraan toe: ‘Sorry, ik kon het niet laten, cara. Misschien moesten we maar eens een lijstje maken.’

‘Een wat?’

‘Een lijstje van de plaatsen waar een seksverbod geldt. Zijn er misschien nog meer van die plekken die naar jouw idee niet geschikt zijn voor, eh… intieme lichamelijke activiteiten?’

Een blos steeg naar haar wangen. ‘Je denkt zeker dat je leuk bent, hè?’

‘Nee, helemaal niet. Ik ben geïntrigeerd,’ antwoordde hij suikerzoet. ‘Zo’n gesprek als dit heb ik van mijn leven nog niet gevoerd. Het ziet ernaar uit dat je moeder degene is die het laatst lacht. En dat is niet bedoeld als belediging aan haar adres.’

Prompt schoot ze vol. Op een moment dat ze – weliswaar gedwongen door de omstandigheden – op het punt stond van haar principes af te stappen, wenste ze vooral niet aan haar moeder te worden herinnerd.

Misschien had ze in de zenuwen wat al te snel haar conclusies getrokken, bedacht ze toen. Misschien had hij alleen maar willen kussen en strelen. Ze had niet zo hysterisch moeten reageren.

‘Fijn dat je om me hebt kunnen lachen,’ mompelde ze.

Opnieuw trok hij haar naar zich toe, al gaf ze niet echt mee. ‘Ik lachte anders niet, hoor.’

‘Wel waar.’ Nog steeds stond het huilen haar nader dan het lachen.

‘Wie zich zo sexy kleedt, wekt niet de indruk erg preuts te zijn.’

‘Ik ben helemaal niet preuts,’ protesteerde ze. Nu moest hij ook niet meteen gaan doen alsof ze een oude vrijster was!

‘Goed, goed. Je voelde je beledigd, maar dat is nu weer rechtgezet. Ga maar vast naar boven. Ik zal even je vader bellen, en dan kom ik ook.’

Ze bevroor. ‘Waar moet ik heen?’

‘Naar mijn slaapkamer. O, dat is waar ook. Je bent natuurlijk nog nooit boven geweest. Ik loop wel even met je mee.’

‘Nee, dat hoeft niet,’ haastte ze zich te zeggen. ‘Vertel me maar waar het is.’

Op dat moment ging de telefoon.

Rafaello mompelde een verwensing in zijn moedertaal, aarzelde een ogenblik en liep toen zichtbaar geïrriteerd naar het rinkelende toestel op zijn bureau. ‘Mijn privélijn,’ zei hij. ‘Ik moet even aannemen. Het kan belangrijk zijn.’

‘Zeg even snel waar je kamer is,’ zei ze terwijl ze haar regenjas aantrok.

‘Zodra je boven bent, de eerste deur aan je linkerhand.’ Uitnodigend stak hij een hand naar haar uit. ‘Kom eens hier.’

Ze weifelde, maar bij het zien van zijn overredende glimlach was ze verkocht – net als vroeger – en liep naar hem toe.

Hij pakte haar hand en nam de telefoon aan. ‘Grazzini.’ Toen fronste hij zijn wenkbrauwen. Na een paar vragen te hebben gesteld, legde hij verstoord de hoorn terug op de haak en liet ook haar hand los. ‘Het lot is ons vanavond niet gunstig gezind,’ zei hij met een spijtig gezicht. ‘Dat was namelijk mijn vader.’

‘O…’ zei ze onbehaaglijk.

‘Hij verblijft momenteel in Londen en deelde me zojuist mee dat hij op weg hierheen is en over een minuut of tien op de stoep staat. Hij schijnt iets belangrijks met me te willen bespreken, iets wat kennelijk niet tot morgen kan wachten.’ Hij haalde zijn vingers door zijn dikke zwarte haren en slaakte een diepe zucht. ‘Misschien begint het leven van een pensionado hem te vervelen. Alleen had ik sterk de indruk dat hij ergens mee zat, en dat is niets voor hem.’