En Andreas Trigliani trouwde met haar om een kind te krijgen, een kind dat ze hem nooit zou kunnen geven. Wat zou hij doen als hij achter de waarheid kwam?
‘Goed,’ zei ze in een poging haar geweten weer stil te krijgen. ‘Hoe gaan we te werk?’
‘Laat het maar aan mij over,’ antwoordde hij. ‘Ik heb contacten die het proces kunnen versnellen. We kunnen de plannen die je met je verloofde had gemaakt gewoon aanhouden. Hadden jullie een grote bruiloft in de kerk gepland?’
‘Nee, het zou een simpele ceremonie worden bij de burgerlijke stand. Ik had geen zin om met mijn manke been door het middenpad van de kerk te lopen.’ Ze voelde zijn intense blik op zich rusten en had er meteen spijt van dat ze haar kwetsbaarheid aan hem getoond had.
‘Ik weet zeker dat je een mooie bruid zult zijn, ongeacht de omvang van de bruiloft,’ zei hij met een glimlachje.
‘Dank je wel. Maar, eh…’ Ze sloeg haar ogen neer. ‘…ik hoop niet dat je een witte jurk en een sluier verwacht. Zo… maagdelijk ben ik niet meer.’
Hij lachte. ‘Het zou ook wel een beetje onredelijk zijn om te verlangen dat je op je achtentwintigste nog maagd zou zijn.’
Gemma wist dat haar gedrag in het verleden haar de reputatie van mannenversierder had bezorgd. Ze was weliswaar maar met een klein aantal vriendjes naar bed geweest, maar door een gebeurtenis in de nacht van haar eenentwintigste verjaardag was ze opgezadeld met een herinnering die ze het liefst voorgoed kwijt zou zijn.
‘Ik was niet van plan om te veel aandacht te trekken met dit huwelijk,’ zei ze. ‘Als de pers hier lucht van krijgt, zullen ze en masse uitrukken, dus ik wil het zo discreet mogelijk houden.’
‘Dat begrijp ik. Ik wil op dit moment ook niet te veel aandacht op mezelf vestigen. Ik ben een relatief nieuwe burger van dit land en ik wil me hier in alle rust kunnen vestigen, zonder al te veel speculatie over mijn plannen.’
‘Ben je Australisch staatsburger?’ vroeg ze verbaasd.
‘Ja.’
‘Dus je bent van plan je hier permanent te vestigen?’
‘Dat is toch wat Australische burgers doen?’
‘Jawel, maar… je hebt nog zoveel familie in Italië. Het lijkt me zo’n grote stap om van land te wisselen.’
‘Ik heb in Australië ook veel familie. Verre familie weliswaar, maar ik zie ernaar uit ze allemaal te leren kennen,’ zei hij. ‘Ik heb nog wat zakelijke belangen in Rome en in Milaan, maar ik vond het tijd om mijn imperium uit te breiden. Sydney is een prachtige stad met een mooie haven, een klimaat dat veel toeristen aanspreekt en een fantastische levensstandaard. Dus ik vond het hoog tijd om mijn deel te nemen van wat Sydney allemaal te bieden heeft.’
Gemma volgde het niet helemaal meer. Ze had gehoopt dat hij hier alleen maar zou zijn totdat ze haar vaders erfenis had ontvangen. Ze zou op haar huwelijksdag al een gedeelte ontvangen, net genoeg om het doel te bereiken waar ze zich op gericht had, maar ze had er niet op gerekend dat Andreas zich permanent in Australië zou vestigen. ‘Hoe wist je eigenlijk van mijn… situatie? Per ongeluk of op een andere manier?’ vroeg ze.
‘Ik heb in de loop der jaren geregeld contact gehad met je vader. Hij heeft me veel belangrijke zakelijke adviezen gegeven. Ik had grote bewondering voor hem en ik ben hem altijd dankbaar geweest voor alles wat hij voor me gedaan heeft toen ik nog, eh… hoe zeg je dat ook alweer… nog nat achter de oren was?’
Geschrokken staarde ze hem aan. Wanneer had haar vader deze vriendschap, die zij doelbewust en eigenhandig de nek had omgedraaid, weer nieuw leven ingeblazen? Ze kon het met geen mogelijkheid weten, aangezien ze haar vader bijna vijf jaar niet gesproken had.
‘Dus je hebt je succes aan hem te danken?’
‘Op een bepaalde manier wel, ja. Hij was een voorbeeld voor me. Hij behandelde me met het respect waar hij iedereen, van hoog tot laag, mee behandelde. Misschien herinner je je zijn filosofie nog: het is belangrijk om altijd alle personeelsleden met respect te behandelen, ongeacht hun positie. Ik zag hem geregeld tijd maken voor een praatje met de schoonmakers, de accountants, de managers. Dat heb ik erg bewonderd in je vader.’
Gemma hield haar mond. Vol schaamte dacht ze terug aan haar verachtelijke gedrag en tergende houding van vroeger. Ze was natuurlijk prima op de hoogte geweest van haar vaders filosofie, maar uit een of ander pervers verlangen om hem te kwetsen had ze die levenswijsheid niet van hem overgenomen. Ze had altijd neergekeken op schoonmakers, managers en baliepersoneel, had zich te goed gevoeld om hen zelfs maar te groeten, en had zichzelf daarmee de reputatie van een kleine arrogante prima donna bezorgd.
Maar het bleef vreemd dat Andreas Trigliani opeens op haar stoep stond om haar de hulp te bieden die ze zo hard nodig had, ongeacht hoe goed haar vader hem behandeld had.