Home>>read Wraak en liefde free online

Wraak en liefde(26)

By:Melanie Milburne


‘Hoe moet ik dat weten? Ik heb je verteld dat ik me niets meer herinner.’

Hij gelooft me niet, dacht ze met een groeiend gevoel van paniek. Lieve hemel, hij gelooft me niet! Met zachte stem zei ze: ‘Als ik dat soort… vreselijke dingen gezegd heb, dan spijt me dat. Dat moet afschuwelijk voor je zijn geweest. Er is geen enkel excuus voor mijn gedrag. Misschien had je gelijk, misschien heb ik inderdaad geluk dat ik het me niet meer herinner.’

Ze hield haar adem in, telde de seconden en hoopte dat hij ervoor zou vallen. Ondertussen werd ze weer verteerd door zelfhaat over het feit dat ze zo tegen hem aan het liegen was, maar met nog minder dan vierentwintig uur te gaan voordat ze haar doel zou bereiken, kon ze niet meer terug. Als hij erachter kwam dat ze haar geheugenverlies veinsde om te krijgen wat ze wilde, zou hij het huwelijk afblazen. Dat wist ze zeker. Het zou de perfecte wraak zijn.

Zijn vingers ontspanden zich rond haar polsen, maar hij liet haar niet los. Zijn aanraking was zo zacht en teder, alsof hij een zeldzame maar geplette bloem in zijn handen koesterde.

‘Ik had er niet over moeten beginnen, cara,’ zei hij zachtjes. ‘Ik zie dat het je overstuur maakt, en het is niet goed om de dingen te forceren. We zijn tien jaar verder, en het is allemaal voorbij, het doet er voor ons niet meer toe.’

Ze sloeg haar ogen naar hem op en vroeg zich af hoe ze hem in het verleden zo ongelooflijk verkeerd had kunnen inschatten. Waarom had ze haar jeugd verspild aan oppervlakkige jongens die alleen maar uit waren op haar lichaam en haar geld, en haar niet respecteerden om wie ze werkelijk was? Hoe had ze zo blind kunnen zijn voor het fatsoenlijke, rechtschapen karakter van Andreas?

‘Het spijt me,’ zei ze gelaten. ‘Andreas…’ Zijn naam kwam als een zucht over haar lippen.

Opeens leek hij zich voor haar af te sluiten. Hij liet haar los en zei: ‘Eerst dit even opruimen. Ik wil niet dat Susanne morgen nóg een reden heeft om je te beledigen.’

Gemma bukte zich om hem te helpen, maar hij wuifde haar met een handgebaar weg. ‘Ik doe het wel,’ zei hij. ‘Jij moet nodig je been laten rusten. Je staat al veel te lang.’

‘Maar ik –’

‘Doe nou maar wat ik zeg, Gemma. De vloer is spekglad met al dat water en die wijn. Als je uitglijdt en valt, kun je me straks misschien niet meer geven wat ik wil.’

Maar ik kan je nú al niet geven wat je wilt, dacht ze. Ze hoorde de woorden door haar hoofd galmen en draaide zich snel om voordat ze aan de verleiding zou toegeven ze uit te spreken.

Nog heel even… en dan zou ze de moed vinden het hem te vertellen.





Hoofdstuk 9





De volgende ochtend hoefde Gemma, nadat haar spullen opgehaald waren door een verhuisbedrijf, alleen nog maar te wachten tot Andreas haar kwam ophalen voor de trouwplechtigheid.

Ze droeg een eenvoudig lichtroze pak, een mouwloze blouse in een bijpassende kleur en open schoenen met een lage hak. Ze had haar haren gewassen en geföhnd, haar pony nauwkeurig over het litteken gedrapeerd en met zorg de nodige make-up aangebracht.

Om halfdrie, stipt op de afgesproken tijd, stond Andreas voor haar deur. ‘Je ziet er mooi uit, Gemma,’ zei hij nadat hij zijn donkere ogen over haar heen had laten glijden.

‘Voor een meisje dat mank loopt,’ flapte ze eruit voor ze er erg in had.

‘Dat je mank loopt, is bijna niet te zien. Bovendien vind ik uiterlijke schoonheid totaal nutteloos als het niet gepaard gaat met innerlijke beschaving.’

Daar wist ze niets op te zeggen. Zolang ze zich kon herinneren had ze een hekel aan de lelijke kanten van haar ziel, en ze had haar best gedaan om te veranderen. Haar woede-uitbarsting van gisteren bewees echter dat ze nog een lange weg te gaan had.

‘Dit is voor jou,’ zei hij, haar een klein pakje overhandigend. ‘Gefeliciteerd met je verjaardag.’

Ze staarde naar het rechthoekige doosje in haar hand. Ze had niet verwacht van wie dan ook een cadeau te krijgen, en zeker niet van Andreas. Ze had haar verjaardag al jaren niet meer gevierd; om te ontsnappen aan de pijnlijke herinneringen die eraan verbonden waren, negeerde ze die dag doorgaans zo goed mogelijk.

‘Maak maar open,’ zei hij.

Ze trok het smalle lint los en begon met onvaste hand het plakband los te peuteren.

‘Zal ik je helpen, mia piccola?’

‘H-Het gaat wel, denk ik. Ik moet mijn nagels eens laten groeien…’

Hij pakte een van haar handen en bekeek haar nagels. ‘Je hebt prachtige handen, Gemma, maar je mishandelt ze.’ Zijn duim streelde zachtjes over een van haar ingescheurde nagelriemen. ‘Je moet niet zo’n hekel aan jezelf hebben. Kom…’ Hij nam het pakje uit haar hand. ‘…laat mij het maar openmaken.’ Met een paar snelle bewegingen verwijderde hij het cadeaupapier, waarop hij haar het doosje teruggaf. Ze opende het en vond een diamanten hanger aan een ragfijne gouden ketting, gedrapeerd op een kussentje van donkerblauw fluweel. Haar lichaam vulde zich met een warme gloed bij het idee dat Andreas de tijd had genomen om zo’n persoonlijk cadeau voor haar uit te zoeken. ‘Het is… schitterend! Dank je wel,’ zei ze met hese stem.