Ze had hem een spottende blik toegeworpen. ‘Een gelijke? Laat me niet lachen.’
‘Ik ben een mens, net als jij,’ had hij koeltjes gezegd.
‘Je bent een boerenjongen, dat is alles,’ had ze met een wrede lach gezegd. ‘Dacht je echt dat ik dit door zou zetten? Wat verbeeld je je wel? Ik was echt niet van plan om met je naar bed te gaan, hoor. Je bent straatarm en je bent wel de laatste met wie ik naar bed zou gaan. Denk je nu werkelijk dat ik mezelf tot jouw niveau zou verlagen? Je zou niet eens weten hoe je een vrouw moest plezieren. Je bent geen echte man, je hebt zelfs niet één keer geprobeerd me te kussen.’
‘Dat kan makkelijk veranderen,’ had hij gezegd, haar armen stevig vastpakkend.
Toen was ze begonnen te schreeuwen.
‘Wat is hier aan de hand?’ De deur was opengevlogen, en in de deuropening had haar vader gestaan.
In een fractie van een seconde had ze een besluit genomen. Ze was naar haar vader toe gerend, had zich in zijn armen gegooid en was snikkend aan haar leugen begonnen. ‘Hij probeerde me te… te…’
De beschermende omhelzing van haar vader had haar doen stotteren. Wanneer had hij haar voor het laatst zo vastgehouden? Zijn armen voelden vreemd aan, alsof hij niet goed wist hoe hij haar moest omhelzen of troosten. Hoe had het zo ver kunnen komen? Het leek wel alsof alles en iedereen tussen hen in stond, inclusief Andreas.
Ze had haar gezicht in de warmte van haar vaders armen verborgen, en in een wanhopige poging zijn omhelzing te laten voortduren, was ze huilend begonnen de rest van haar verachtelijke leugen te vertellen.
Wat ironisch, dacht Gemma, dat Andreas nu een aantrekkelijke volwassen man was, een man die eruitzag alsof hij ondertussen wel degelijk wist hoe hij een vrouw moest plezieren. Hij straalde een zwoele seksuele aantrekkingskracht uit, was geduldig en vol vertrouwen dat het hem zou lukken haar in bed te krijgen, om zijn lusten op haar bot te vieren, om wraak te nemen. En hoezeer ze ook haar best deed, het was onmogelijk om niet te denken aan hoe hij met zijn gespierde lichaam zijn minnares in de zevende hemel zou kunnen brengen.
Maar zij kon nooit die minnares zijn.
Niet als ze wilde vasthouden aan het enige positieve dat ze uiteindelijk tussen alle ellende en fouten van haar leven had gevonden: haar hart.
Hoofdstuk 5
‘Vrijdagochtend stuur ik een verhuisbedrijf om je spullen op te halen,’ zei Andreas, waarmee hij Gemma direct uit haar pijnlijke herinneringen haalde en weer terugbracht naar het heden. ‘Om drie uur die middag trouwen we dan, en daarna vertrekken we zo snel mogelijk naar Italië. Mijn moeder en mijn zusjes staan te popelen om je te ontmoeten, dus dat heeft even voorrang. Eigenlijk had ik graag een paar dagen naar de Queensland Whitsunday-eilanden gewild. Dat wilde ik tien jaar geleden al doen, maar het is er toen niet van gekomen.’
Gemma had nooit aan haar vader durven vragen wat er met de piccolo gebeurd was na zijn ontslag. De herinnering aan de scène die ze in haar kamer had veroorzaakt was al erg genoeg. Andreas had haar vader trots in de ogen gekeken en had zich geen moment proberen te verdedigen. Zijn blik was even naar Gemma gegleden, en hoewel ze snel had weggekeken, had ze in dat korte moment een onmiskenbare belofte van wraak in de diepten van zijn ogen zien glitteren.
‘Waarom kwam er zo’n abrupt einde aan je werkvakantie?’ vroeg ze, hopend dat hij haar gespeelde onwetendheid niet doorzag.
‘Je vader heeft me ontslagen,’ zei hij, zijn blik strak op haar gericht.
‘W-Waarom?’
‘Ik werd beschuldigd van iets wat ik niet gedaan had.’
Ze slikte. ‘Ik weet zeker dat mijn vader naar je zou hebben geluisterd als je het hem had proberen uit te leggen.’
‘Misschien wel, maar ik vond het destijds niet de moeite waard om me te verdedigen,’ zei hij met een verbitterde grijns rond zijn mond.
‘Waarom niet?’
‘Trots is een sterke emotie. Mijn trots was te groot, en dat heeft me op beangstigende wijze parten gespeeld.’
De angst sloeg Gemma om het hart. ‘W-Wat is er gebeurd?’
‘Mijn vader was afhankelijk van het geld dat ik verdiende om een aantal schulden af te lossen. Hij had rugklachten en kon niet werken, en ik had tijdens mijn verblijf hier zo veel mogelijk geld naar huis gestuurd. Ik was van plan hier minstens een jaar te blijven, dus toen ik eerder thuiskwam, werden er vragen gesteld, en ik kon niet anders dan hem de waarheid vertellen.’ Hij liet een lange stilte vallen. ‘De week daarop is hij aan een hartaanval overleden. Ik heb altijd het gevoel gehad dat de stress van mijn oneervolle terugkeer, en dan ook nog zonder het geld dat nodig was om de familie financieel boven water te houden, hem te veel geworden was.’