Cassandra glimlachte. 'Ja, dat weet ik zeker. ' Maar haar wetenschappelijk geschoolde geest zag zijn lichaam in de koelkamer van de patholoog-anatoom liggen, waar het stukje bij beetje werd ontmanteld, als een motor die niet meer werkte.
Ze streek Sara's haar achter haar oren.
Sara kromp ineen. 'Mama, niet doen. '
'Schatje, weet je zeker dat je nog steeds met het kampioenschap mee wilt doen?'
Sara, die helemaal was opgegaan in het kijken naar Andy Pettitte, die zich los stond te gooien, keek haar moeder verstoord aan.
'Ik bedoel, niemand zal het je kwalijk nemen, na wat er gebeurd is, als je ervan afziet... '
'O God, je snapt er ook niets van, ' zei Sara. 'Dat is wel het laatste wat ik zou doen. Pap zou me vermoorden. Ik bedoel, dat is toch precies wat hij voor me wilde, dat ik in het kampioenschap zou werpen?'
'Ja, maar is het ook wat je zelf wilt?'
'Zie je nu wat ik bedoel? Hoe kun je dat nu vragen?'
Er viel een ijzig stilzwijgen tussen hen, dat enkele innings aanhield. Cassandra was zo van streek dat ze niets kon bedenken om tegen haar dochter te zeggen of om zelfs maar het spel, waarvan Bobby haar de eerste beginselen had bijgebracht, te volgen.
Ze was zo opgelucht toen Sara zich uiteindelijk naar haar toe draaide en vroeg: 'Zal oom Jon nu vaker bij ons langskomen?' dat ze eruit flapte: 'Als hij tijd heeft. Waarom vraag je dat?'
'Omdat hij zei dat hij dat zou doen, en omdat ik hem graag vaker wil zien. ' Sara keek haar met een schuin hoofd aan. 'Wil jij dat niet, dan?'
'Je weet dat ik... ' Cassandra voelde een blos over haar wangen trekken en ze glimlachte onzeker. 'Dat zou ik prettig vinden. '
'Want je weet dat hij ons net zo hard nodig heeft als wij hem. Is het goed als ik hem vraag om vaker langs te komen?'
'Natuurlijk is dat goed. ' Cassandra aarzelde. De vorige uitbarsting stond haar nog levendig voor de geest. Wat had ze gedaan? 'Sara?'
'Ja, wat is er?'
Cassandra keek naar haar dochter, die ineengedoken en vol overgave naar elke beweging keek die Andy Pettitte maakte, en voelde zich verslagen. 'Niets. '
5
'Laten we de laatste gegevens even met elkaar doornemen, ' zei Christopher. 'We hebben er vandaag ook brigadier Lewis bij zitten, want hij heeft de leiding over de speurtocht naar het wapen van de Tompkins Square Park-moord. '
Jerry Lewis was een lange man met donker haar en de ogen van een kleermaker. Christopher mocht die ogen wel; het waren de ogen van een man die elk detail zagen. 'Het is ons helaas nog niet gelukt het wapen op te sporen, ' zei hij.
'Dat verbaast me niets, ' zei D'Alassandro. 'We hebben er bij niet een van die moorden eentje gevonden. '
'Emma, jouw beurt, ' zei Christopher. Hij en zijn team zaten in wat hij De Zaak noemde, een zes vierkante meter grote ruimte in het bepaald niet officiële hoofdkwartier van zijn team in een winkelpand in de Lower East Side. De enorme roestvrijstalen koelkast en het gigantische Vulcan-fornuis in het vertrek erachter kwamen goed van pas tijdens de soms lange uren die de teamleden hier doorbrachten. De Zaak was helemaal zwart geschilderd - dikke, gepleisterde muren, een plafond van geslagen blik, een oude houten parketvloer waarvan Christopher persoonlijk het zestig jaar opgehoopte vuil en was had afgekrabd alvorens hem te schilderen. Alles in De Zaak was zwart - tafels, stoelen, antieke houten dossierkasten, telefoons, faxapparaten. Alleen de plastic computerterminals lichtten wit als gebleekte botten op in de spookachtige sfeer. Het duurde even voor je aan het vertrek gewend was; de matte reflecties van de glansverf gaven je het vreemde idee dat je in een onbegrensde ruimte zat. Het werkte desoriënterend en bezorgde nieuwelingen begrijpelijkerwijs de kriebels, hetgeen ook de bedoeling was. Christopher, die zo zijn eigen manieren had om de zaken aan te pakken, was blij dat hij hiermee bezoekjes van de korpsleiding of van hun ergerlijke loopjongens van One Police Plaza zoveel mogelijk ontmoedigde.
Hij en zijn team zaten rond een zwarte tafel waaraan met gemak zes mensen konden zitten, en met enig passen en meten zelfs acht. De vertrekken eromheen krioelden van de agenten die de commissaris op deze zaak had gezet, en van het extra personeel dat Christopher zelf had ingezet om de buurt uit te kammen en op zoek te gaan naar enig bewijs in de omgeving van het Tompkins Square Park.
Emma D'Alassandro tuurde naar het scherm van haar laptop. 'Oké. Zoals ik na het eerste, vluchtige onderzoek al vermoedde, vertoont het slachtoffer van Tompkins Square Park geen enkel teken van verzet. '
'Dat past in de werkwijze van de Witte Engel, ' zei Christopher. 'Geen tekenen van verzet betekent dat er geen worsteling is geweest. Logische conclusies: één, hij kende de Witte Engel. '
'Dat zou dan voor alle eenentwintig slachtoffers gelden, nog afgezien van onze eigen man die in het bureau werd vermoord, ' zei Esquival. 'Niet waarschijnlijk. '
'Daar ben ik het mee eens, ' zei Christopher. 'Hetgeen ons op de andere conclusie brengt. Zou jij die nog eens voor ons willen herhalen, Reuven?'