Vastberaden liep ze richting de receptie. De stilte in het gebouw gaf haar de kriebels. Het voelde als de stilte voor een storm die elk moment kon losbarsten. Ze wist alleen niet uit welke richting ze hem kon verwachten. Het liefst pakte ze haar spullen en zocht ze een hotel in de buurt, maar afgezien van het feit dat ze daar geen geld voor had, raakte ze het gevoel maar niet kwijt dat ze hier moest blijven als ze de waarheid wilde achterhalen. Het gevecht moest gevoerd worden in het hol van de leeuw en het werd tijd dat ze zich eens dapper ging gedragen.
Voordat ze achter de balie van de receptie dook, keek Sophie nog eens goed om zich heen. De ruimte waar ze zich in bevond was nog steeds leeg en stil. Oom Dieter lag waarschijnlijk te slapen. Hoewel ze zich daar tot op heden ontzettend aan had geërgerd, kwam het haar nu goed uit. Ze liet haar ogen over het sleutelrek glijden en keek of er een afwijkend exemplaar tussen hing dat op een hangslot zou passen. Op het eerste gezicht was dat niet het geval. Teleurstelling maakte zich van haar meester. Ze speurde de balie af. Behalve die vaas met foeilelijke droogbloemen en de bel stond er niets op. Eronder kijken dan maar. De hoeveelheid opbergvakjes met nietszeggende frutsels deed haar de moed in de schoenen zinken. Moest ze die allemaal een voor een doorlopen? Er zat weinig anders op. Na de zoveelste verzameling paperclips, elastiekjes, notitieblokjes en pennen begon ze wanhopig te worden. Haar grootste ontdekking tot nu toe was dat de stofdoek hier al heel lang niet fatsoenlijk doorheen was gehaald. Met een laatste restje moed en een beetje tegen beter weten in ging ze door tot ze elk vakje had onderzocht. Shit. Hoe kon ze dat vervloekte slot nu zonder sleutel open krijgen?
Gerammel aan de deur haalde haar uit haar gedachten en deed haar opschrikken. In een reflex trok ze zich op aan de balie en kwam overeind, maar dook meteen weer naar onder in een uitsparing waar geen opbergvakken waren. Het laatste wat ze wilde was betrapt worden achter de receptiebalie waar ze niets te zoeken had. De uitsparing was groot genoeg om in weg te kruipen. De deur van het hotel ging open. Wie kon dat zijn? Mara? De politie? De vloerbedekking maakte het onmogelijk om de voetstappen van die persoon goed te horen en eruit af te leiden of het om een man of een vrouw ging. Ze hield haar adem in en beet op de knokkels van haar gebalde vuist. Er klonk een kuchje dat aan niemand anders dan een vrouw kon toebehoren. Een kuchje dat ze de afgelopen dagen al eerder had gehoord. Mara! Ze was dus toch buiten geweest om te roken zoals oom Dieter had gesuggereerd, want een walm sigarettenlucht drong haar neus binnen. Maar waarom had ze Mara dan niet zien staan toen ze buiten naar haar had gezocht? Waarom was ze zo lang weggebleven? Had ze een hele slof sigaretten weg staan paffen? Ze bedwong de neiging om haar nu meteen aan te spreken en de vragen te stellen die op haar tong brandden. Iets zei haar dat ze zich beter even niet kon vertonen. Mara zou het niet kunnen waarderen dat ze achter háár balie aan het rondsnuffelen was. Ze zou het ongetwijfeld doorvertellen aan oom Dieter en die zou haar dan misschien wel het hotel uit schoppen. Dan was ze nog verder van huis.
Ze dook nog verder in elkaar toen ze gesnuf hoorde dat wel erg dichtbij klonk. Een neus werd gesnoten. Zo te horen stond Mara bij de balie. Als ze er maar niet achter keek. Ze hoorde lange nagels tikken op het hout. Er werd wat geschoven met de bel. Angstig keek Sophie omhoog naar de planken boven haar hoofd. Boden ze genoeg beschutting om haar aanwezigheid te verhullen? Ze fronste haar wenkbrauwen. Zag ze daar nou een knopje zitten? Ze keek nog eens goed, en ja, er zat echt een knopje onder de balie. Een alarmknop? Ze moest zich bedwingen om er niet meteen op te drukken. Ze bad dat Mara het vertrek zou verlaten zodat ze de knop kon uittesten maar bovenal ongezien weg kon komen. Er klonk wat geschuifel en vlak daarna de bel van de lift. Pas toen ze de liftdeuren hoorde sluiten, durfde ze weer hoorbaar adem te halen.
Ze kroop onder de balie vandaan en controleerde het vertrek voordat ze zich concentreerde op het knopje onder de desk. Toen de kust echt veilig was legde ze haar vinger er aarzelend op. Er zat een risico in dat het om een stil alarm ging. Mocht dat zo zijn dan moest ze maken dat ze hier wegkwam. Misschien moest ze op het knopje drukken en dan snel naar buiten rennen om af te wachten wat er gebeurde? Ze telde tot drie en drukte op de knop. Ze wilde zich al omdraaien om naar buiten te rennen maar haar nieuwsgierigheid won het van haar angst toen ze een mechanisch geluid hoorde. Een plat, breed laatje dat onzichtbaar verwerkt was in de balie, ging open. Nieuwsgierig keek ze erin. Vooraan lag een parelvormige oorbel. Ze kon zich herinneren dat ze Mara een gelijksoortig paar had zien dragen. Ze graaide verder in het laatje. Het zat vol met duur uitziende kettingen, ringen en een horloge. Gebruikte Mara dit laatje als persoonlijke kluis of was het van oom Dieter? Als het van Mara was, hoe kwam ze dan aan al die sieraden? Ze zag er nou niet bepaald welvarend genoeg uit om geloofwaardig te kunnen verklaren dat ze die in de loop van haar leven had verzameld. Waren dit de sieraden van tante Eva? Maar wat deden die dan hier? Waarom had oom Dieter ze niet opgeborgen op een veiligere plek? Er was toch wel ergens een echte kluis voor waardevolle dingen in het hotel aanwezig? Ze kon ernaar gissen, maar verder dan een vermoeden kwam ze niet tenzij ze oom Dieter en Mara zou vragen hoe het zat. Het was de vraag of ze dat wel moest doen, omdat ze dan meteen haar eigen gesnuffel in andermans spullen zou verraden. Maar als dit echt tante Eva’s sieraden waren, dan was er geen sprake van andermans spullen. Tante Eva had haar nichtjes tenslotte aangewezen als erfgenamen van haar juwelen. Theoretisch gezien had ze dan dus haar eigen kettingen in handen. De sieraden hadden haar even afgeleid van haar uiteindelijke doel: de sleutel van het hangslot vinden. Ze besloot de hele la leeg te halen en de spullen uit te stallen op de balie. Dat was de enige manier om zeker te weten dat ze niets over het hoofd zag. Ze pakte de wirwar aan kettingen in een keer op en legde ze voor zich neer. Voorzichtig probeerde ze de in elkaar hakende boel te ontwarren. Het lukte haar om alles onbeschadigd los te krijgen. Het horloge en de oorbel legde ze ernaast. Vervolgens voelde ze tot diep achter in de la om zeker te weten dat hij echt leeg was. Ze vond een envelop met een aantal brieven. Nieuwsgierig pakte ze er een uit en vouwde hem open. Er stond niet veel tekst op het papier. Vluchtig las ze wat er stond: