Home>>read Winterberg free online

Winterberg(64)

By:Suzanne Vermeer


‘Loop maar weer weg, lafbek.’ Böhmer sloeg met zijn vuist op tafel. Inmiddels schrok Daan daar al niet meer van.

‘Je kunt wel steeds wegduiken, maar uiteindelijk kun je je niet verstoppen. De waarheid komt op den duur toch bovendrijven en het recht zegeviert altijd.’

‘Ik wil terug naar mijn cel,’ herhaalde Daan futloos. Hij was murw van de valse beschuldigingen die onophoudelijk naar zijn hoofd werden geslingerd, moe van het gescheld en de agressieve bejegening.

‘Voor je naar je cel gaat hebben we nog een kleine verrassing voor je.’ De grijns op Böhmers gezicht beloofde niet veel goeds.

‘Wat nu weer?’ verzuchtte Daan.

‘Je wordt vader.’

‘Wat?’

‘Je vrouw is zwanger.’ Daan keek hem ongelovig aan. Sophie zwanger? Ze waren nog helemaal niet toe aan kinderen, daar hadden ze het pas nog over gehad. Ze gebruikten alle voorzorgsmaatregelen om ongelukjes te voorkomen. Was het echt waar wat Böhmer hem vertelde? Sophie mocht hij niet bellen, de enige bij wie hij deze beweringen kon checken was zijn advocaat.

‘Haar zwangerschap is een belangrijke reden om van je te scheiden, naast haar eigen twijfel over je oprechtheid. Ze wil niet dat haar kind een band opbouwt met een moordenaar en zijn weekenden slijt met bezoekjes aan de gevangenis. Dringt het eigenlijk wel tot je botte hersens door? Je krijgt een kind. Een kind dat zijn biologische vader nooit zal kennen als het aan je vrouw ligt. Of moet ik haar al je ex-vrouw noemen? Dan kun je vast aan het idee wennen.’

Böhmer richtte zich tot Dieckmann. ‘Laat hem naar zijn cel brengen. Hij heeft genoeg stof tot nadenken lijkt me zo.’ Hij stak een dreigende vinger Daans kant op. ‘Bij het volgende verhoor wil ik een getekende bekentenis hebben, begrepen? Stop met liegen want je hebt niets meer te verliezen. Je hebt in elk geval niets om naar terug te gaan als je hier ooit nog wegkomt.’ Weer een dreunende vuist die vlak voor hem op de tafel neerkwam. Het geluid klonk twee keer zo hard als in werkelijkheid en resoneerde na in Daans gehoorgangen. Hij was volledig de kluts kwijt en dreigde het laatste beetje controle te verliezen. Als Sophie hem liet vallen dan kon hij net zo goed een einde aan zijn leven maken. Zijn leven in eenzaamheid slijten in een gevangenis was eigenlijk geen optie. Zonder Sophie had zijn leven geen zin meer. Het feit dat ze zwanger was probeerde hij te blokkeren, maar hij kreeg het beeld van zichzelf met aan zijn hand een klein jongetje in een voetbaltenuetje niet meer uit zijn hoofd sinds Böhmer de woorden had uitgesproken. Het plaatje was zo helder dat hij het bijna aan kon raken. Ooit hoopte hij een zoon te krijgen.

Hij moest zijn advocaat bellen want zelf zag hij er geen gat meer in. Hij moest weten of het waar was wat Böhmer hem verteld had over Sophie. Maar over zoiets loog je toch niet? Niet in zijn belevingswereld. Als dit een manier was om hem gek te maken en een bekentenis te laten tekenen dan was het wel heel erg onder de gordel. Hij wilde niet geloven dat de handhaver van de wet zo met mensen omging. Het zou zijn wereld- en mensbeeld voorgoed veranderen als het wel zo was.

‘Ik wil mijn advocaat bellen.’ Er werd niet gereageerd, ook niet toen hij het nog eens herhaalde. Wettelijk gezien had hij het recht om De Greef te bellen, maar hij betwijfelde of de regels in zijn geval wel nageleefd zouden worden.





43

Het schoot allemaal niet erg op. De Greef was vertrokken, want Mara was nog steeds spoorloos. Ook buiten had Sophie haar niet kunnen vinden. Oom Dieter had elk gesprek met Daans advocaat geweigerd omdat hij zich ‘niet goed’ voelde. Sophie geloofde er geen bal van. Steeds meer begon ze het vermoeden te krijgen dat er iets niet klopte in het hele verhaal en dat oom Dieter daarin een dubieuze rol speelde. Samen met De Greef had ze een poging gedaan om de ondergrondse gangen binnen te komen, maar de toegangsdeur achter de wijnkelder was inderdaad afgesloten zoals oom Dieter al had gezegd. Er zat een hangslot aan de deur. Zolang oom Dieter bleef weigeren de gangen weer open te stellen, konden ze niks beginnen. De Greef beloofde om de politie nogmaals op de gangen te attenderen. Het feit dat de toegang was afgesloten, was op zijn minst verdacht te noemen.

Gezien de houding van de politie verwachtte hij niet dat ze meteen langs zouden komen om de boel nog eens goed te onderzoeken en oom Dieter opnieuw te ondervragen. Maar Sophie wilde het er sowieso niet bij laten zitten. Ze kon het niet. Ze moest een manier verzinnen om die gangen binnen te komen zonder dat oom Dieter het in de gaten had. Ze besloot eens een kijkje te gaan nemen achter de receptie waar de kamersleutels hingen. Wie weet hing de sleutel voor het hangslot er wel gewoon tussen. Ze kon het zich bijna niet voorstellen dat dat het geval was, maar wellicht ging oom Dieter ervan uit dat ze vanwege haar claustrofobie geen serieuze poging zou doen om de gangen te bezoeken. Dat was op zich helemaal niet zo’n gekke gedachte, maar dan onderschatte oom Dieter haar gedrevenheid om de waarheid te achterhalen toch schromelijk. Inmiddels was haar angst voor smalle ruimtes steeds verder weggedrukt door de angst dat Daan voor jaren de bak in zou draaien voor een misdaad die hij waarschijnlijk helemaal niet gepleegd had.