Home>>read Wei Zhi free online

Wei Zhi(27)

By:Wei Zhi


                ‘Echt, Merel?’ Haar vader kijkt haar onderzoekend aan. ‘Want hoe is het nu voor jou om in twee huizen te wonen?’

                Merel haalt haar schouders op. ‘Gewoon, goed.’

                ‘Niet onrustig?’

                Merel hoort de bezorgde klank in de stem van haar vader. ‘Nee hoor,’ stelt ze hem gerust. ‘Alleen soms dat ik mijn tas in moet pakken en dat ik dan dingen vergeet, dat is soms lastig.’

                ‘Het kán anders…’ begint hij dan voorzichtig.

                ‘Ik wil niet anders,’ zegt Merel gauw. ‘Als ik langer bij jou woon, moet ik mama meer missen, en als ik vaker bij mama woon, mis ik jou zo.’

                Het blijft stil. Merel kijkt van de een naar de ander en ziet dat haar moeder even langs de buitenkant van haar oog wrijft en ze ziet ook hoe haar vader een paar keer achter elkaar de laatste slok koffie opdrinkt.

                ‘Ach meisje…’ zegt haar moeder.

                ‘Nou,’ zegt haar vader als hij zijn kopje eindelijk neerzet. ‘Juf Nienke zei dat we er maar eens over moesten nadenken. Laten we dat alle drie doen.’

                Einde discussie? Gelukkig!

                Haar moeder staat op. ‘Dan ga ik maar.’

                Merel haalt opgelucht adem. ‘Dag mam,’ zegt ze tegen haar moeder, die haar een kus geeft.

                Het was vast de bedoeling dat de deur naar de gang achter hen dicht werd getrokken, maar hij blijft op een kier openstaan. Merel hoort hun stemmen vanuit de gang.

                Haar vader (op een heel neutrale toon): ‘Als Merel ooit op één adres komt te wonen, lijkt het me het beste als ze hier woont.’

                Haar moeder (spottend): ‘Waarom? Lekker rustig met een baby en twee kleine jongetjes.’

                Haar vader (hartstochtelijk): ‘Ik vind echt dat meer regels en meer structuur goed zouden zijn voor Merel.’

                Haar moeder (zeer beheerst): ‘En jij zegt dus nu eigenlijk dat ik die niet kan bieden?’

                Haar vader (ongeduldig): ‘Kijk toch eens eerlijk naar je eigen huishouding, Karina! Ik ken je langer dan vandaag.’

                Haar moeder (kattig): ‘En kijk jij eens naar je hoeveelheid geduld, dat is ook wat waard.’

                Haar vader (geërgerd): ‘Ik ben het er niet mee eens als Merel de hele week bij jou zou wonen.’

                Haar moeder (boos): ‘En ik ben het er niet mee eens als Merel de hele week bij jóú zou wonen.’

                Haar vader (kortaf): ‘Nou, dat is duidelijk, hier komen we niet zo gemakkelijk uit.’

                Haar moeder (lacherig): ‘Zijn we het tenminste nog over één ding eens.’

                De voordeur klapt dicht, wat klinkt als een slotzin. Merel heeft haar knieën opgetrokken en zit als een ineengedoken vogeltje op de bank, terwijl allerlei vragen onrustig door haar hoofd fladderen. Moet zij kiezen waar ze wil wonen? Hebben anderen zo veel last van haar? Is zij misschien de oorzaak van hun scheiding?

                Ze knijpt haar lippen op elkaar en haar vuisten duwen in de bank. Haar vader komt binnen en gaat naast haar zitten, terwijl hij haar handen in zijn handen neemt. ‘Mereltje…’ Hij maakt haar vuist los en streelt haar vingers.