Een mislukkeling.
Hij was niet van plan geweest zijn hele carrière bij de politie door te brengen. Lang geleden was hij van plan geweest om maar een jaar of vijf bij de politie te gaan, daarna over te schakelen naar het team van de procureur-generaal, zich kandidaat te stellen als officier van justitie, als de kandidaat die de wet op ieder niveau kenden, en misschien zelfs proberen om ooit gouverneur te worden. Als jonge, frisse man, net klaar met zijn rechtenstudie, had hij zijn toekomst uiteengezet met dat soort zelfvertrouwen: vijfjarenplannen, tienjarenplannen, twintigjarenplannen. Op zijn dertigste kwam hij als agent bij Moordzaken terecht en hij besloot om wat langer te blijven, om misschien een beroemde zaak of twee op te lossen die zijn staat van dienst zouden sieren. Al in dat eerste jaar had hij de zaak-Bethany gekregen. Hij was nog vijf jaar gebleven, daarna nog eens tien jaar.
Het had niet alleen met de zaak-Bethany te maken gehad, niet echt. Maar justitie leek hem steeds minder belangrijk. De rechtszaal was geen plek van antwoorden. Het was een wereld van epilogen, van het inrichten van het toneel waar de spelers precies dezelfde feiten verzamelden, ze aan elkaar verbond. Hoe had deze jonge vrouw het ook alweer genoemd? Ja, net als lego. Dit is mijn versie, dat is zijn versie, welke vindt u het mooiste? Lego. Er zijn oneindig veel manieren om lego in elkaar te zetten. Hij dacht aan de lokale bibliotheek rond Kerstmis, waar de etalages waren gevuld met reusachtige legobouwwerken van lokale architectenbureaus. Hij bedacht hoe gedachteloos hij had aangenomen dat hij met zijn eigen kinderen en later met zijn kleinkinderen langs die ramen zou wandelen. Maar ze kwamen erachter dat zijn vrouw geen kinderen kon krijgen. ‘Je zou kunnen adopteren,’ had Dave tegen hem gezegd. Willoughby had zonder na te denken geantwoord: ‘Dan weet je maar nooit wat je krijgt.’
Het sprak voor Dave dat hij alleen maar had gezegd: ‘Dat weet niemand, Chet.’ Hij had nog altijd het gevoel dat hij Dave iets was verschuldigd, een zwaar gevoel waar hij nooit vanaf zou komen. Zijn enige poging om iets voor hem terug te doen was in dit debacle uitgemond: Miriam in het vliegtuig, rechercheurs die aannamen dat ze op de wetenschap konden rekenen, dat ze als alle andere middelen faalden een dagvaarding konden regelen om te bewijzen dat de vrouw loog, door middel van haar bloed of haar tanden. Of de epitheliale cellen van haar moeder. Ja, het zou voor iedereen beter zijn als het verhaal van deze vrouw kon worden rechtgezet voordat Miriam vanavond aankwam.
‘Ik zal met je meegaan,’ zei hij uiteindelijk. ‘Ik ga niet naar binnen, maar je kan me om advies vragen als het nodig is. Maar ik moet nu eerst wat eten en daarna kun je maar beter een dosis cafeme voor me regelen. Dit wordt een lange middag, en ik doe normaal gesproken altijd even een lekker middagslaapje.’
Hij wist dat hij haar nu reden gaf om hem te bespotten vanwege dat dutje. Ze zou het waarschijnlijk rondvertellen op het bureau. ‘Hij moet zonodig z'n slaapje doen.’ Maar dat had altijd bij zijn politiepersoonlijkheid gehoord. Hij had de andere agenten bewust toegestaan hem af en toe voor paal te zetten, hun reden gegeven om zijn maniertjes te bespotten.
Hij had nooit begrepen waarom ze zo wantrouwig waren over zijn motieven om agent te worden. De beste rechercheurs waren dol en trots op hun werk. Ook zij zouden meer geld kunnen verdienen als ze ander werk deden, maar ze hadden voor politiewerk gekozen. Chet deed eenvoudigweg hetzelfde, en zijn liefde was in feite nog puurder. Toch begrepen ze dat nooit. Uiteindelijk durfden ze de kerel die zijn loonstrookje aan het einde van de maand niet zo hard nodig had niet echt te vertrouwen. Dit meisje met haar rode wangen was geen uitzondering. Op dit moment had ze zijn hulp nodig, of dat dacht ze in ieder geval. Maar als alles voorbij was zou ze hem achter zijn rug om uitlachen. Dat moest dan maar. Hij zou dit doen voor Dave… en Miriam.
Hij vroeg zich af hoeveel ouder ze eruit zou zien, hoeveel grijs er in haar donkere haar zou zitten, wat Mexico met die prachtige olijfkleurige huid had gedaan.
29
De leegte in haar paspoort hielp Miriam eraan herinneren hoe immobiel ze de laatste vijftien jaar was geweest. Ze was nauwelijks buiten San Miguel geweest, laat staan voorbij de Mexicaanse grens. Ze had al niet meer gevlogen sinds lang voor 11 September, maar ze wist niet of ze de veranderingen zou hebben opgemerkt als ze er niet op was geattendeerd. De douane van Dallas-Fort Worth was waarschijnlijk ook in de meest hoopvolle tijden bepaald geen aangename ervaring geweest. Ze was niet verbaasd over hoe onbeschoft ze werd behandeld of hoe ze eerst naar haar staarden en daarna naar de foto op het paspoort dat een jaar later zou verlopen. In 1963 was ze Amerikaans staatsburger geworden omdat dat alles eenvoudiger maakte. In tegenstelling tot wat mensen vaak dachten, werd je niet automatisch staatsburger zodra je met een Amerikaan trouwde. Als de meisjes er niet waren geweest had ze misschien wel nooit haar staatsburgerschap laten omzetten. Al in 1963 had ze het gevoel gehad dat ze niet was voorbestemd een ‘Amerikaan’ te zijn zoals inwoners van de Verenigde Staten zichzelf zo achteloos noemden, alsof er geen andere landen op het continent bestonden. Maar ze had die identiteit voor haar gezin toch aangenomen.