Home>>read Wat de doden weten free online

Wat de doden weten(6)

By:Laura Lippman


Naar studentenmaatstaven was het nog vroeg en hij had de studentflat al bijna verlaten voor hij nog een student tegenkwam, een lomp meisje met grote ogen dat zich niet van haar stuk liet brengen door de aanwezigheid van een geheel andere levensvorm. Niet alleen mannelijk, maar ook nog in pak en veel ouder, dus overduidelijk geen student en zelfs geen docent.

‘Politie,’ zei hij. ‘District Baltimore.’

Dit leek haar niet echt gerust te stellen. ‘Is er iets gebeurd?’

‘Nee hoor, ik doe alleen een routinecontrole. Vergeet je deur niet op slot te doen en zorg ervoor dat je de donkere gedeeltes van de parkeergarage vermijd.’

‘Ja, agent,’ zei ze plechtig.

Het was een koude ochtend in maart en de campus was verlaten. Hij vond zijn auto fout geparkeerd terug op een plek niet ver van de slaapvertrekken. Hij had gedacht dat het een appartementencomplex was toen hij haar gisteravond af kwam zetten. De herinnering aan gisteravond kwam weer terug. Hij had behoefte gehad aan afwisseling met zijn stamkroeg Wagner's, waar zijn collega's meestal naartoe gingen, dus hij was naar Souri's gegaan. Er had een stel snaterende meisjes aan het uiteinde van de bar gestaan en hoewel hij zich had voorgenomen alleen een snel drankje te doen, kon hij het toch niet laten om er eentje uit de kudde te lokken. Hij had niet de aantrekkelijkste gekregen, maar het meisje dat hij had meegenomen was niet verkeerd. Ze was in ieder geval iemand die je graag behaagde, want in zijn auto op Allegheny Avenue had ze hem gepijpt. Hij had haar afgezet bij deze armetierige verkeersheuvel, waar het rond twee uur 's nachts stil en rustig was. Het was zijn bedoeling geweest om toe te kijken terwijl ze haar sleutel in het slot draaide, daarna kort te toeteren en door te rijden, maar ze had duidelijk meer van hem verwacht en dus was hij haar naar haar kamer gevolgd. Hij wist vrij zeker dat hij er een goede show van had gemaakt voor hij in slaap was gevallen. Dus wat was er met die zure doos aan de hand vanmorgen?

Een campusagent stond op het punt een prent op zijn auto te leggen, maar Infante toonde zijn insigne en de man liet hem met rust, ondanks dat hij duidelijk stond te springen om een woordenwisseling. Vast het lichtpuntje van de dag voor die zielenpoot, ruziemaken om een bon. Hij luisterde zijn voicemail af; Nancy Porter, zijn voormalig partner, fluisterde dringend in de telefoon: ‘Waar ben je?’ Shit, hij had het appèl weer gemist. Als hij nog een soort van op tijd wilde komen moest hij kiezen tussen een douche en een ontbijt, Hij besloot dat hij een paar uur misselijk zijn beter aankon dan zijn eigen stank en dus reed hij naar zijn appartement in noordwest Baltimore. Hij kon altijd nog zeggen dat hij achter een aanwijzing aan moest voor de… de zaak-McGowan, dat was het. De inspiratie kwam tot hem terwijl hij onder de douche stond en langer dan eigenlijk zijn bedoeling was geweest liet hij het hete water op zich neervallen en de geuren van de afgelopen nacht uit zijn poriën opstijgen. Hij was op zoek geweest naar de ex van het meisje, niet de meest recente of die daarvoor, maar twee vriendjes terug. Nu hij erover nadacht was dat helemaal nog niet zo'n slecht idee. De dood van het meisje, een ouderwetse steek-en-dumppartij in het Gunpowder Falls State Park, was van een wreedheid die een vreemdeling maar zelden kon opbrengen. Het was niet genoeg geweest om haar aan gort te snijden. De moordenaar had haar lichaam ook nog in brand gezet door de kleine struik aan te steken waar de brandweerwagens op af waren gekomen, terwijl ze anders misschien dagen, weken of zelfs maanden onontdekt had kunnen blijven liggen. Burgers waren er altijd verbaasd over als een agent geen lichaam kon vinden, maar ondanks de eindeloze uitbreidingen van de metro in Baltimore waren er nog altijd hectares braakliggend land. Zo nu en dan struikelde er een jager over een hoopje boten en dan bleek het om een slachtoffer van vijf of zelfs tien jaar geleden te gaan.

In het begin van zijn carrière had Infante al eens aan zo'n zaak gewerkt, waarbij overduidelijk sprake was van een moord, maar het lichaam niet kon worden gevonden. De familie was rijk en had genoeg connecties en middelen om de afdeling tot waanzin te drijven. Toen hun werd verteld dat de dingen die ze graag gedaan wilden zien – zoekacties, vergezocht laboratoriumonderzoek – het overgrote deel van de jaarbegroting van de afdeling zou kosten, haalden ze hun schouders op en zeiden: ‘Dus?’ Het duurde drie jaar voordat het lichaam gevonden werd, nog geen tien meter van een provinciale weg naar de noordkust, gevonden door iemand die met hoge nood de bosjes in was gegaan. Stomp trauma, veroorzaakt door geweld, constateerde de patholoog-anatoom, dus het was inderdaad moord geweest. Maar op dat moment kon er niets meer worden afgeleid uit het lichaam en was de echtgenoot, die al die tijd de hoofdverdachte was geweest, dood. De enige vraag die in Infantes hoofd bleef hangen was of de fatale klap een ongeluk was geweest, de zoveelste ruzie op zaterdagavond in een huis dat volop strijd had gezien, of dat er meer opzet achter had gezeten. Hij had veel tijd doorgebracht met de echtgenoot tot die aan slokdarmkanker was bezweken. De echtgenoot was zelfs gaan geloven dat Infante langskwam uit vriendschap of vriendelijkheid. Hij toonde zich bijzonder verdrietig over de vermissing van zijn vrouw en Infante constateerde dat de man zichzelf als het slachtoffer zag. In zijn hoofd had hij haar slechts een duw, een zetje gegeven, niet erger dan enige andere duw of zet die hij de jaren daarvoor had uitgedeeld. Het enige verschil was dat ze deze keer niet meer opstond. En dus had haar liefhebbende echtgenoot haar opgepakt, haar in de bossen gedumpt en zich tot aan de laatste dag van haar leven onschuldig gewaand. Je zou zeggen dat de rest van de familie blij moet zijn geweest dat hij doodging, snel en ellendig ook nog, maar zelfs dat was nog niet genoeg voor hen. Voor sommige mensen was het ook nooit genoeg.