Een paar weken later, de dag voordat hij daadwerkelijk met pensioen ging, haalde hij het dossier van de zaak-Bethany nog een laatste keer tevoorschijn. Toen hij het dossier weer terugzette was iedere verwijzing naar de biologische afkomst van de meisjes verwijderd. Dave Bethany had altijd benadrukt wat een dood eind dit gedeelte van het verhaal was – niet veel anders dan Algonquin Lane zelf. Toen de meisjes nog maar pas waren vermist, hadden er vreemde figuren langs het huis gereden, die overduidelijk naar binnen probeerden te kijken gezien het feit dat ze aan het einde van de straat weer omdraaiden. Anderen waren naar de winkel gekomen en hadden kleine spulletjes gekocht om van hun schuldgevoel af te komen. Wat hadden die mensen Dave een pijn aangedaan, wat was hij gekwetst gewest. ‘Ik ben verdomme een soort circusattractie,’ had hij herhaaldelijk tegen Chet geklaagd. ‘Noteer alle kentekennummers,’ adviseerde Chet hem. Maak een notitie als iemand met cheque of met creditcard betaalt. Je weet maar nooit wie er voorbij komt.’ En Dave zou Dave niet zijn als hij dat niet precies zo had gedaan. Hij noteerde kentekens, schreef iedere opgehangen telefoontje op, schudde zijn gezinsleven overhoop alsof het een sneeuwbolletje was, zette het daarna weer op tafel en wachtte af om te zien hoe het tableau zou veranderen. Maar ongeacht hoe hij die zestien jaar bleef schuiven, alle elementen kwamen steeds weer op dezelfde plek terug – met uitzondering van Miriam.
DEEL IX
Zondag
37
‘We zouden over de botten kunnen liegen,’ zei Infante.
‘Maar we hebben geen botten,’ zei Lenhardt. ‘We kunnen geen botten vinden.’
‘Precies.’
Infante, Lenhardt, Nancy en Willoughby zaten in de lobby van het Sheraton te wachten tot Miriam Toles klaar was om mee te gaan ontbijten, een ontbijt waarbij ze zouden toegeven dat ze geen flauw idee hadden wat de identiteit was van de vrouw die ze vandaag hoopte te ontmoeten, de vrouw voor wie ze meer dan drieduizend kilometer had gereisd. Misschien was ze Miriams dochter. Of misschien was ze een briljante leugenaar die had besloten een week lang iedereen overstuur te maken. En waarom? Om geld? Uit verveling? Volslagen gekte? Of probeerde ze haar huidige identiteit te beschermen omdat er een arrestatiebevel was uitgevaardigd voor de persoon die ze eigenlijk was? Dat was de enige verklaring die Infante logisch leek. Hij geloofde geen seconde dat ze zich zorgen maakte over haar privacy. Uit zijn observaties maakte hij op dat ze zwelgde in alle aandacht, dat ze genoot van ieder gesprek. Nee, ze had iets anders te verbergen en ze verborg het achter de identiteit van Heather Bethany, gebruikte deze beruchte oude moordzaak om hen af te leiden.
‘We hebben ons druk gemaakt over de botten vanwege alles wat ze zouden kunnen bevestigen. We hebben niet met de biologische ouders te maken, maar de zusjes waren wel echt aan elkaar verwant, toch?’
Willoughby knikte. Volgens Nancy hadden ze hem nog maar vierentwintig uur geleden moeten overhalen om bij het verhoor toe te kijken. Nu was hij niet weg te slaan, en Lenhardt liet hem maar, liever dit dan het risico nemen hem te beledigen en hem 's avonds terug te zien op het journaal. Infante kon er nog steeds niet over uit hoe hij met het dossier van de zaak had gerommeld en hen daarna ronduit aangemoedigd had om Miriam terug te brengen naar Baltimore voor ze goed en wel wisten wat wat en wie wie was. Wat dacht die kerel in vredesnaam? Hoe kwam hij erbij om cruciale informatie te verwijderen? Wat Infante betrof, kon er geen enkele mogelijkheid worden uitgesloten. Het enige wat Nancy hem over oude zaken had verteld was dat de naam van de dader altijd al in dossier staat.
‘We hebben haar al verteld dat we de botten niet hebben gevonden,’ zei Lenhardt.
‘We hebben haar verteld dat we ze niet hebben gevonden op het adres dat ze ons had gegeven. Maar ik kom toch net terug uit Georgia, waar Tony Dunham woont? Voor hetzelfde geld heeft die zoon de boten opgegraven en ze weggehaald voordat zijn vader de boel verkocht, om te voorkomen dat ze ontdekt zouden worden.
‘Dat zou indrukwekkend zijn,’ zei Lenhardt. ‘Ik krijg mijn zoon nog niet zover om het gras te maaien.’
‘Serieus…’
‘Nee, ik luister naar wat je zegt, ik probeer het even te overdenken. Dus we vertellen haar dat we de botten van haar zus hebben. Als ze liegt dan geeft ze het op, omdat ze dan weet dat ze allerlei testen zal moeten laten doen en omdat die zullen bewijzen dat er geen verwantschap is. Maar deze dame is behoorlijk geslepen. Wat als ze nu zegt: “Nou, dat kan wel een heel ander lichaam zijn. Wie weet hoe vaak Stan Dunham dit heeft gedaan, hoeveel meisjes hij al heeft vermoord?”’
‘Het is toch de moeite om het te proberen. Ik ben op dit moment tot alles bereid om zo snel mogelijk een antwoord van haar te krijgen, zodat we de moeder op de hoogte kunnen stellen en haar niet de ellende van een ontmoeting en een gesprek met haar hoeven te laten doormaken. Als we haar zover kunnen krijgen dat ze bekent…’