Home>>read Wat de doden weten free online

Wat de doden weten(111)

By:Laura Lippman


‘Niemand kan zich wapenen tegen wat jij allemaal hebt meegemaakt, Dave. Ook geen agent. Ik moet je dit waarschijnlijk niet vertellen, maar… Het dossier ligt vaker bij me thuis dan niet. En nu moet het weer terug in verband met mijn pensioen, maar het zal altijd in mijn hoofd blijven zitten. Ik geef je mijn woord dat ik er voor je zal zijn. Niet alleen vandaag, niet alleen op déze dag, maar iedere dag voor de rest van mijn leven. Zelfs als ik écht met pensioen ga zal ik in de buurt blijven. Ik zal niet naar Florida of Arizona verhuizen. Ik blijf in de buurt.’

De woorden van de rechercheur hadden hem tot rust gebracht, ogenschijnlijk in ieder geval. Maar Dave had de hele ochtend al ruzie gezocht en die bui ging niet over. De zaak-Steinberg had hem gek gemaakt sinds hij achttien maanden geleden de krantenkoppen was gaan domineren, en de veroordeling van vorige week had al die gevoelens weer aangewakkerd. Ieder verhaal over kindermisbruik of verwaarlozende ouders maakte Dave gek. Lisa Steinberg was in hetzelfde weekend vermoord waarin Jessica, dat kleine meisje uit Texas in een put was gevallen, en daar had Dave zich ook over opgewonden. Waar waren die ouders? Door zijn ervaring was hij minder meelevend geweest. Hij veroordeelde anderen zoals anderen hém hadden veroordeeld. Adam Walsh, Etan Patz, die hele kliek van rouwverwerkend broederschap – hij wilde er niets mee te maken hebben.

De windtriangel zong toen hij de winkel binnenkwam, die nu bekend stond als DBG, of met kleine letters eigenlijk: dbg. Toen hij de verandering had doorgezet had hij erover gedacht om de hele naam te proberen, dmmdbg, maar zelfs hij snapte wel dat dit nogal een mond vol was. De afdeling kleding had net zoveel ruimte gekregen als de afdeling folklorekunst. Het was het soort winkel geworden waar Miriam hem de oren van het hoofd over had gezeurd, veel toegankelijker. Het was een groot succes. Hij vond het vreselijk.

‘Hé baas,’ zei Pepper, zijn huidige manager, een frisse jonge vrouw met dertien ringen in haar linkeroor en donker haar dat van achteren was opgeschoren, maar aan de voorkant lang was gelaten, zodat het voor haar ogen viel. Ze was bezig met de vitrinekast. Pepper maakte zich druk over de winkel alsof hij van haarzelf was. Dave was er nog niet over uit hoe ze op zo'n jonge leeftijd al zo verantwoordelijk was. Ze had een talent voor onderwerpen vermijden en ze wist altijd om onthullingen heen te dralen. Dave had dezelfde neiging, maar hij wist hoe hij zo geworden was. Misschien had Pepper ook pijn en verdriet gekend, maar hij kon zich niet voorstellen dat deze zonnige, gezonde, jonge vrouw – want ondanks haar kapsel en die dertien ringen was ze toch een fris, typisch Amerikaans type – echt iets tragisch had meegemaakt. Hij had erover gedacht om Willoughby te vragen of hij haar eens door wilde lichten, zogenaamd omdat hij het vermoeden had dat ze van doen had met iets of iemand die met de verdwijning van de meisjes te maken had. Maar hij had zijn vermiste dochters nooit op zo'n manier gebruikt en daar wilde hij ook niet mee beginnen.

Pepper was mooi, het soort jonge vrouw dat werd opgemerkt door onwillige vriendjes en echtgenoten die de winkel in werden gesleurd. Maar Dave zag dit alleen maar op een abstracte manier. Als hij een vrouw ontmoette dan schatte hij haar leeftijd in door haar te vergelijken met hoe oud zijn dochters zouden zijn. Als ze niet ten minste vijftien jaar ouder was, wilde hij niets met haar te maken hebben. Sunny zou dit jaar negenentwintig zijn geworden, bedacht hij met een steek in zijn hart. Dus hij kon geen vrouwen van onder de vijfenveertig overwegen. Dat zou goed nieuws zijn geweest voor de middelbare vrouwen uit Baltimore, een succesvolle, beschikbare man die nooit een jongere vrouw zou willen, ware het niet dat Daves relaties nooit werkten. Het was inmiddels gangbaar om naar iemands verleden te verwijzen met het woord ‘bagage’, maar Daves verleden was zoveel groter, zoveel zwaarder, dat het nooit zou kunnen worden begrepen als één object dat hij achter zich aan sleepte. Zijn verleden was zoiets als een monster met een zwiepende staart berijden. Hij hield er onwillig aan vast, wetend dat hij door die meedogenloze poten zou worden vermorzeld als hij ooit zijn grip liet vieren.

Het was een rustige ochtend, dus hij ging met Pepper door de boekhouding en gaf haar daarmee meer inzicht in hoe dbg ervoorstond dan hij iedere andere werknemer ooit had geboden. Hij herinnerde haar aan de Lentebeurs en vroeg haar of ze hem daar wilde vertegenwoordigen. Ze gilde van plezier en beet gelukkig op haar knokkels.

‘Maar dan ga je wel met me mee, toch? Ik durf al die beslissingen niet zelf te nemen.’

‘Ik denk dat je het wel kan. Je hebt er gevoel voor, Pepper. Alleen al de manier waarop je alles neerzet, je aandacht voor hoe de winkel erbij staat. Echt, zelfs als ik iets afschuwelijks koop dan weet je het nog zo te brengen dat mensen het daadwerkelijk willen hebben.’