Home>>read Waarheen De Storm Ons Voert free online

Waarheen De Storm Ons Voert(60)

By:Kathleen Woodiwiss


Zijn aandacht scheen nu helemaal geconcentreerd te zijn op de wereld buiten hun kamer. Zij zag zijn gezicht van de zijkant en bemerkte dat zijn voorhoofd een en al rimpel was. Af en toe was het geluid van de koetsen en karren beneden te horen, maar meestal waren het de kreten van de bedelaars en landlopers, die tot haar doordrongen.

Zij liep naar het bed en maakte het zo geruisloos mogelijk op. Nadat ze dit gedaan had, ging ze op de rand van het bed zitten en wachtte af tot haar man zich zou bewegen of haar een bevel zou geven. Zij wachtte een eeuwigheid. Haar rug begon pijn te doen en zij leunde met haar hoofd tegen de bedstijl. Zij deed haar ogen dicht om ze echter direct weer nerveus te openen. Haar maag knorde van de honger. Tenslotte bewoog Brandon zich. Zij veerde overeind en schoof de afzakkende jurk weer over haar schouders. Zijn ogen bekeken haar ongeïnteresseerd.

‘Ben je van plan tot vanavond hier te blijven zitten of kom je naar me toe om je jurk te laten vastmaken? Als je nog wat eten wilt, zul je moeten opschieten.’

Omdat zij niet anders durfde, gleed zij snel van het bed en liep op hem toe. Haar tanden beten op haar onderlip en haar hart bonsde heftig, toen zij haar ogen naar hem opsloeg.

‘Ik bedoelde niets kwaads met die borstel,’ zei ze, niet op haar gemak. ‘Mijn haar zat zo in de war, omdat ik het gisteravond niet geborsteld had. Ik kon er niets mee beginnen.’

Even keek hij op haar neer. Zijn gezicht vertoonde geen emotie, maar plotseling verschenen de rimpels weer.

‘Het geeft niets,’ zei hij kortaf. ‘Draai je om, zodat ik je jurk kan vasthaken.’

Terwijl de kleur uit haar gezicht wegtrok, gehoorzaamde zij. Daar hij duidelijk had laten blijken dat het gebruik van de borstel hem niet zo veel kon schelen, vermoedde zij dat hij nog steeds kwaad op haar was in verband met de afgelopen nacht, ofschoon zij zich met de beste wil van de wereld niet kon voorstellen waarom.

Bij het ontbijt knikte George vluchtig tegen haar en mompelde: ‘Hallo, mum,’ Hij hield een stoel voor haar klaar, praatte even met zijn kapitein en haastte zich toen weg. Heather’s ogen volgden hem naar de deur. Terwijl er een paar rimpels in haar voorhoofd verschenen, vroeg zij zich af aan hoeveel mensen de bediende van haar echtgenoot verteld had, dat zij al eerder aan boord van de Fleetwood geweest was en wat daarop allemaal gevolgd was. Hij scheen heel wat af te weten van de zaken van zijn kapitein.

Ofschoon zij maar even naar de bediende gekeken had, was dat niet aan Brandon’s aandacht ontsnapt.

‘Om George hoef jij je geen zorgen te maken, liefste,’ verzekerde hij haar plotseling. ‘Hij is heel discreet. Misschien stelt het je gerust als ik je vertel dat hij weet dat jij geen straatmeid bent en dat het hem spijt, dat hij jou in moeilijkheden gebracht heeft. Misschien ben jij het er niet mee eens, maar hij is niet dom. Hij zag de vlekken van je maagdelijkheid, toen hij de lakens die morgen uit mijn kajuit haalde. Hij nam terecht aan dat jij ontmaagd was.’

Heather had het gevoel dat zij van schaamte sterven zou. Haar werd niets bespaard. Nooit meer zou zij de bediende durven aankijken, nu hij dit wist. Even kreunde zij en verborg zij haar vuurrood gezicht in haar handen.

‘Je hoeft niet bang te zijn, mijn beste,’ zei hij luchtig. Een grijns deed zijn mond aan een kant trillen. ‘Het is niet iets om je over te schamen. Er zijn heel wat vrouwen, die zouden willen dat zij zo’n bewijs van kuisheid voor hun man konden meebrengen als zij voor het eerst met hem naar bed gaan. Weet je, een man vindt het fijn als hij weet dat er niemand voor hem geweest is.’

‘En vond jij het fijn?’ snauwde zij, terwijl haar ogen de zijne zochten. Hij lachte haar weer uit en dat ergerde haar.

Zijn grijns werd breder en hij sloeg zijn oogwimpers neer. ‘Ik ben niet anders dan andere mannen, liefje. Ik vond het inderdaad fijn. Maar ik had de vlekken op het laken niet nodig als bewijs. Je weet zelf, wanneer ik me van het feit bewust werd dat jij nog ongeschonden was. Zacht uitgedrukt, het was een grote schok voor me. Misschien had ik me moeten terugtrekken en je om vergeving moeten smeken, als ik ook maar het geringste vermoeden gehad had dat jij niet een gewillige beginneling in het vak was.’ En als verontschuldiging voegde hij er zacht lachend aan toe: ‘Maar ik ben bang dat jij op dat moment logisch denken onmogelijk maakte.’

‘Waarom was dat dan nodig?’ vroeg zij bitter. ‘Het onheil was toch al geschied.’

Hij grinnikte en zijn blik bracht haar weer in de war, zoals het ook al de vorige dag gebeurd was.

‘Niet helemaal waar, schat. Toen had ik jou nog niet dat deel van mij gegeven, dat je nu bij je draagt. Als ik me toen uit je teruggetrokken had, zou er geen zwangerschap geweest zijn. Maar ik deed het niet en nu groeit er een nieuw leven in jou, waaraan ik schuld ben. Je oom en tante maakten het mij erg gemakkelijk er echt zeker van te zijn dat het mijn kind was.’