Home>>read Waarheen De Storm Ons Voert free online

Waarheen De Storm Ons Voert(15)

By:Kathleen Woodiwiss


Hij boog zich voorover om haar oor te kussen en beet zachtjes in het lelletje. Voordat zij het in de gaten had, gingen haar ogen open bij zijn aanraking.

‘Goeiernorgen, schat,’ fluisterde hij zacht en kwam wat omhoog om haar lippen te kussen.

Zij lag volkomen roerloos, want zij was bang dat de geringste beweging van haar hem weer in vuur en vlam zou zetten. Maar zijn lendenen stonden al in brand en het vuur laaide met de seconde hoger op. Zijn kussen gingen van haar mond over haar ogen en haar keel naar haar schouder, waar hij zijn tanden even inzette, zodat de rillingen over haar rug liepen. Zij staarde hem vol afschuw aan, toen hij zijn ongeschoren lippen om de rose top van haar borst sloot en die zacht met de tong bewerkte.

‘Niet doen!’ hijgde zij. ‘Doe dat niet!’

Glimlachend richtte hij zijn gloeiende ogen op haar. ‘Jij zult moeten wennen aan mijn liefkozingen. ma petite.’

Zij maakte zich los van zijn spottende blik en vocht om los te komen, terwijl zij hem probeerde te vermurwen. ‘Nee, alstublieft, niet nog eens. Doe me niet opnieuw pijn. Laat me toch gaan.’

‘Deze keer zal ik je echt geen pijn doen, schat,’ fluisterde hij in haar oor en kuste het zacht.

Het gewicht van zijn lichaam hield haar op haar rug. Nu begon Heather zich echt te verzetten. Zij kneep haar knieën zo hard mogelijk tegen elkaar, terwijl ze hem probeerde te krabben en te klauwen, waar ze maar kon. Maar steeds was er een arm of een elleboog om haar poging te doen mislukken. Hij lachte, alsof hij van haar tegenstand genoot.

‘Vanmorgen heb je heel wat meer fut, m’lady.’

Toen werden haar armen langzaam omhoog getrokken aan weerszijden van haar hoofd. Een van zijn handen kon ze daar gemakkelijk vasthouden. Zijn andere hand bedekte een borst. Hij speelde ermee en genoot er klaarblijkelijk van terwijl zij kronkelde en vocht tegen zijn overweldigende sterkte. Zijn knie wrong zich langzaam tussen haar dijen en drukte ze van elkaar. Opnieuw voelde zij zijn mannelijkheid diep in haar.

Deze keer waren er geen tranen, maar angst en haat begonnen zich van haar meester te maken.

Toen hij van haar afrolde, schoof zij van hem weg en kroop in elkaar in een hoek van de kooi. Haar ogen waren groot en vol van de pijn en de angst van een gewond reekalf. Niet begrijpend bekeek hij haar. Zijn voorhoofd was een en al rimpel en hij ging dicht bij haar zitten. Hij stak zijn hand uit om haar wang te strelen, want hij voelde de behoefte haar te troosten. Maar zij kroop weg voor zijn hand alsof die van gloeiend ijzer was. Met enige verbazing constateerde hij dat zij bang was voor hem. Hij fronste diep zijn voorhoofd en zijn vingers gleden door haar haren. Zacht kamde hij de zijden strengen, die nu nog slechts een wilde, zachte, warrelige massa waren.

‘Jij hebt me nieuwsgierig gemaakt, Heather,’ mompelde hij zacht. ‘Jij had een koninklijke beloning kunnen eisen voor datgene, wat jij een paar uur geleden aan mij kwijtgeraakt bent en toch liep jij door de straten te dwalen als een ordinaire slet. Bovendien hebben ze me verteld dat je gewillig meeging zonder zelfs te proberen je diensten te verkopen. Je maakte er zelfs geen zinspeling op dat je nog ongeschonden was, een maagd. En evenmin probeerde jij je aan mij te verkopen. De jurk die je droeg was duur, meer waard in ieder geval dan veel van die straatmadelief jes in één jaar verdienen. Maar ik weet zeker dat jij tot een heel ander soort behoort, zo anders, dat ik me zelfs niet kan voorstellen, waarom jij met je maagdelijkheid zo maar ventte en de kans liep dat je aangerand werd en haar voor niets kwijtraakte.’

Heather staarde hem sprakeloos aan, niet in staat de betekenis van zijn woorden te begrijpen.

‘Jij schijnt van goede komaf te zijn en niet van het allooi dat door de straten zwerft of de kost verdient in dit beroep. Er zijn maar weinig vrouwen die jouw schoonheid kunnen evenaren, jij draagt dure kleren, en toch…’ mompelde hij en nam een van haar handen in de zijne en draaide die om. ‘… en toch tonen jouw handen dat je gewerkt hebt.’ Teder liet hij een vinger over de palm van haar hand glijden en drukte er dan een kus op. Terwijl hij er nog steeds naar keek, ging hij zacht verder: ‘Toen jij hier gisteren aankwam, was je kalm en koel, maar een paar minuten geleden verzette je je met hand en tand en gaf je me geen kans om lief tegen je te zijn.’

Terwijl hij zo praatte, liet zij haar gedachten de vrije loop. Hij was geen politieman? Goeie genade, welke prijs had zij dan moeten betalen voor haar angst en haar paniek! Het zou beter geweest zijn als zij gebleven was, in plaats van hier, onteerd en beschaamd tot in het diepst van haar hart. Het zou zelfs beter geweest zijn als zij helemaal niet naar de stad gekomen was.

‘Maar je hoeft niet bang te zijn. Heather. Ik zal goed voor je zorgen en het zal je aan niets ontbreken. Ik ben gisteren uit Carolina hier aangekomen en ik zal lang in deze haven blijven. Jij blijft bij me zolang ik hier ben. Ik zal zorgen datje een eigen huis krijgt, ingericht zoals jij wilt, voordat ik…’