‘Dat heb ik nooit gezegd, Mus,’ zei een mannenstem.
De drie vrouwen draaiden zich met een ruk om. Emily zette grote verschrikte ogen op; Angela en Serena sperden eveneens hun ogen open, maar niet op een verschrikte manier.
‘Jake?’ fluisterde Emily.
‘Ja, Jake,’ zei hij koel. ‘En daar mogen jullie wel dankbaar voor zijn. Wat mankeert jullie? Om de deur open te laten staan, zodat Jan en alleman zomaar naar binnen kan lopen?’
Angela keek naar Serena, die begon te blozen. ‘Vergeten. Ik droeg laarzen omdat het zou gaan sneeuwen, en die trok ik buiten uit…’
‘Jake?’ Emily’s hart leek uit haar borstkas te willen springen. Ze drukte haar hand er tegenaan. ‘Jake, wat doe je hier?’
Zonder te antwoorden staarde Jake naar Emily. Hij was van plan geweest haar flink de wind van voren te geven, haar erop te wijzen dat een goede DA haar baas nooit zo in de steek zou laten. Hemel, hij had het zelfs een paar keer gerepeteerd. Nu hij voor haar stond, kon hij echter geen woord uitbrengen.
Ja, wat een wonder! Welke tijdzone was dit? Welke dag? Welk jaar? Gisteren had hij nog in Californië gezeten, in een vergadering waarvoor hij evenveel aandacht had gehad als een chimpansee voor ballet. Mensen hadden feiten en cijfers op hem afgevuurd, maar hij had er alleen aan kunnen denken wat er zou gebeuren als hij Emily verloor.
Ten slotte had hij zich geëxcuseerd bij de verbijsterde voorzitter en was hij naar de gang gelopen om haar te bellen. Op kantoor werd er niet opgenomen, en toen hij haar privénummer had gebeld, had hij de ingeblikte boodschap gekregen dat het nummer was opgeheven.
Op dat moment was zijn bloed in ijs veranderd.
Nadat hij de voorzitter met een smoes had afgescheept, was hij als een haas naar het vliegveld vertrokken. Daar was hij Emily blijven bellen, tot de accu van zijn mobiel het uiteindelijk had opgegeven.
Ze was weg, had als een litanie door zijn hoofd gemaald. Zijn lieve kleine mus, zijn onmogelijke koppige mus, was verdwenen uit zijn leven.
Hoe moest hij haar weer vinden? Een privédective? De politie?
Pas in het vliegtuig had hij een heldere ingeving gekregen. Mrs. Levy! Hij had haar adres. Er was een telefoon in het vliegtuig…
‘Jake? Ik vroeg je wat. Hoe heb je me gevonden?’
‘Mrs. Levy heeft me verteld waar je was.’
Blindelings tastte Emily naar een stoel. Haar benen voelden heel slap aan. Jake zag er zo boos uit. Zo woedend.
Zo knap.
O, zo knap. En zo verwilderd. Zijn haar stond alle kanten op en hij had zich niet geschoren. Die donkere stoppels riepen onwelkome herinneringen op. Aan hoe ze hadden gevoeld tegen haar huid. Tegen haar borsten…
De vlammen sloegen haar uit.
‘O, jeetje,’ fluisterde Angela. ‘Serena?’
‘Ja,’ fluisterde Serena terug, en ze bevochtigde haar lippen. ‘Emily? Is dit de man?’
‘Nee.’ Emily hief trots haar kin op. ‘Hij is niet dé man. Hij is gewoon een man.’
‘O, maar het is wel een stuk,’ zei Serena zachtjes.‘Vind je ook niet, Ange?’
Jake vernauwde zijn ogen tot spleetjes. ‘Wie zijn deze vrouwen, Emily?’
‘Mijn zussen.’ Haar mooie zussen, die praktisch stonden te kwijlen. Dat zou Jake ongetwijfeld ook doen, zodra hij eens goed naar hen keek. ‘Dit is Serena. En dat is Angela.’
‘Hoi,’ kweelde Angela met een glimlach.
‘Hallo,’ zong Serena met een glimlach.
‘Hallo,’ zei Jake bijna bars. ‘En zouden jullie nu alsjeblieft willen ophoepelen, zodat wij eens rustig kunnen praten?’
Geschokt knipperde Emily met haar ogen.
Dat deden Angela en Serena ook. Daarna begonnen ze te grijnzen, kusten Emily, elk op een wang, waarna ze stilletjes weg slopen.
Emily gaapte Jake stomverbaasd aan. ‘Je… je stuurde mijn zussen weg.’
‘Ja, natuurlijk.’
‘Maar… maar ze zijn hartstikke mooi.’
‘O, ja?’ Hij schokschouderde. ‘Dat was me niet opgevallen.’
‘Dat bestaat niet. Serena en Angela zijn… ze zijn… Jake. Jake, wat doe je?’
‘Ik ga je kussen,’ antwoordde hij, zijn handen begravend in haar krullen.
Het werd geen tedere kus. Of een beschaafde. Zijn mond eiste de hare op met alle honger die hij had opgekropt in zijn eenzame hunkerende hart.
Emily hield zichzelf voor dat ze er niet op moest reageren. Dit was gewoon seks. Meer niet…
Het was seks, en het was ook liefde, althans, voor haar. Want ze kon geen enkele plek bedenken waar ze liever wilde zijn dan hier, in zijn armen.
Uiteindelijk verbrak hij de kus. ‘Verdorie,’ zei hij schor. ‘Ik kan je wel wat doen, Mus.’ Hij kuste haar nogmaals. ‘Ik zou je over mijn knie moeten leggen om je een flink pak slaag te geven.’