Home>>read Vierspel free online

Vierspel(65)

By:Jane Fallon


Lorna, die weer bij haar positieven komt door Joshua’s optreden, laat zich door mij haar kantoor in manoeuvreren. Ik doe de deur dicht. Geen idee wat ik nu tegen haar zou moeten zeggen, maar ik moet iets doen. Ik zet haar in haar stoel en ze gaat zitten. De tranen stromen nog altijd over haar gezicht en ze doet geen enkele moeite om ze weg te vegen. Ik geef haar een tissue uit een doos in haar boekenkast.

‘Zal ik iets te drinken voor je halen of zo?’

‘Nee, laat me met rust.’

Dat is verleidelijk. ‘Lorna, hij is het niet waard. Alex. Hij gebruikt mensen. Hij heeft jou gebruikt.’

‘Wat weet jij daar verdomme van?’ schreeuwt ze, en ik denk: oké, misschien toch niet zo’n strak plan om hier binnen te komen. We staan op het punt om de ruzie uit te vechten die al maanden broeit. Zij is in elk geval niet meer te houden.

‘Ik ken Alex. Ik ken hem al sinds mijn twintigste, weet je nog?’ Ik praat zachtjes, in de hoop dat zij mijn toon overneemt. Helaas pindakaas.

‘Nou, jij beweert dat hij al die tijd stapelverliefd op jou is geweest zonder dat je het wist, dus zo goed kun je hem niet kennen, of wel soms?’

Touché. ‘Ik ken hem in elk geval een stuk beter dan jij. En hij is het niet waard dat jij je leven zo laat verpesten of je baan op het spel zet.’

‘Hoe bedoel je, mijn baan op het spel zet?’ Ze staart me beschuldigend aan. ‘Hoe durf je?’

‘Je bent de laatste tijd een beetje… laten we zeggen dat je er niet helemaal bij bent met je hoofd. Dat zeg ik niet om je te zieken, ik zeg het alleen omdat…’

‘O, nee, ik snap het al,’ zegt Lorna kwaad. ‘Jij bent jaloers omdat ik promotie heb gemaakt en jij niet, dus nu probeer je me onderuit te halen. Wat denk je dan dat ze doen: mij ontslaan en jou mijn baan geven? Joshua en Melanie vinden jou helemaal niet geschikt.’

Ze denkt dat dit mij raakt, maar het kan me niet schelen. ‘Ik wil jouw baan helemaal niet, zelfs al zouden ze hem me aanbieden. Ik wil dat soort verantwoordelijkheid niet. En jij bent hier heel goed in. Tenminste, meestal. Dat ben je echt. En jij zou anders nooit de boel op je werk zo laten verzieken door je privéleven, als je helder kon denken.’

‘Dus die arme Lorna heeft zo’n leeg leven naast haar baan. Geen gezin, geen vriend, dus ja, ze moet wel carrière maken, want wat heeft ze verder nog? Niks!’

‘Dat zeg ik helemaal niet. Ik probeer je duidelijk te maken dat je op een gegeven moment over Alex heen bent, en dan vraag je je af wat je ooit in hem hebt gezien, en als het zover is, dan wil je niet om je heen kijken en zien dat hij ook nog eens je carrière heeft verziekt. Dat kan je nu misschien niks schelen, maar straks wel.’

‘Als ik loopbaanadvies van je had gewild, dan had ik daar wel om gevraagd. En aangezien ik dat niet heb gedaan, kun je er gerust van uitgaan dat het me niet boeit wat jij te zeggen hebt.’

‘Dat is ook prima,’ zeg ik. ‘Ik heb gezegd wat ik te zeggen had. Hoe jij je leven wil leven is jouw probleem. Ik heb er verder ook niets mee te maken.’

‘Ik had het zelf niet beter kunnen verwoorden,’ zegt ze uit de hoogte. ‘En ga nu maar weer aan je werk, voordat ik een klacht over je moet indienen.’

‘O, alweer?’ zeg ik sarcastisch.

‘Ja,’ antwoordt ze. Alweer.’





20


VOOR IK OP ME IN kan laten werken wat Alex net tegen me heeft gezegd, vind ik dat ik Kay uitleg verschuldigd ben. Dus ik zet de telefoons op de voicemail en neem haar mee naar de pub. Als het hen niet bevalt, jammer dan. Het kan mij allemaal geen moer meer schelen. Nou, dat is niet helemaal waar. Voor we gaan sluip ik bij Melanie naar binnen. Die zit aan de telefoon, dus ik doe een mimeact om haar duidelijk te maken dat Kay en ik naar buiten gaan, en of dat goed is. Ze glimlacht en knikt, dus dat interpreteer ik maar als een ja.

Kay is helemaal de kluts kwijt, en dan druk ik het nog zacht uit. Ik bestel een glas rode wijn voor haar en probeer haar dan in grote lijnen uit te leggen hoe onze complexe relaties in elkaar steken. Ik probeer me tot de feiten te beperken – althans, een verkorte versie van die feiten – en ik geef geen mening over Alex en Lorna. Ik ben bang dat ze me niet meer zo aardig zal vinden als ik haar vertel dat ik Lorna heb ingelicht over Alex’ liefdesverklaring aan mij, maar ze knikt alleen maar en hoort het allemaal aan.

‘Hij lijkt me verschrikkelijk. Het spijt me zeer, ik weet wel dat hij jouw vriend is en zo…’

‘Hij is ook verschrikkelijk,’ antwoord ik. ‘Dat zie ik ook pas sinds kort. Ik kan niet geloven dat ik dacht hem te kennen.’

‘En,’ zegt Kay, ‘ik weet best dat het mijn zaken niet zijn, maar wat vind jij dan van wat hij allemaal over jouw man zei?’