Home>>read Verslaafd aan jou free online

Verslaafd aan jou(21)

By:Sylvia Day


    Mijn keel brandde. Ik was opgewonden en kwaad en voelde me ontzettend opgelaten. Ik had me nog nooit van mijn leven op zo’n manier laten gaan. En ik haatte het dat ik dat had gedaan bij hem, een man die zo klinisch met seksuele intimiteit omging dat ik al depressief werd als ik eraan dacht.

    Ik rukte mijn kin weg. ‘Zie ik eruit alsof het gaat?’

    ‘Je ziet er prachtig en neukbaar uit. Ik wil je zo graag dat het pijn doet. Ik ben gevaarlijk dicht bij de neiging om je naar de sofa te dragen en je te laten klaarkomen tot je me smeekt te stoppen.’

    ‘Je kan er niet echt van worden beschuldigd dat je een fluwelen tong hebt,’ mompelde ik, me ervan bewust dat ik niet beledigd was. De rauwheid van zijn honger werkte zelfs als een behoorlijk sterk lustopwekkend middel. Ik pakte het hengsel van mijn tasje en ging op mijn trillende benen staan. Ik moest bij hem vandaan. En als mijn werkdag erop zat, moest ik alleen zijn met een groot glas wijn.

    Cross stond met mij op. ‘Ik ben om vijf uur klaar, en dan kom ik je ophalen.’

    ‘Nee, daar komt niks van in. Dit verandert helemaal niets aan de zaak.’

    ‘Natuurlijk doet dat het wel.’

    ‘Wees nou niet zo arrogant, Cross. Ik was eventjes mijn verstand kwijt, maar ik wil nog steeds niet wat u wilt.’

    Zijn vingers krulden om de deurkruk. ‘Jawel, dat wil je wel. Je wilt het alleen niet zoals ik het aan je wil geven. Dus moeten we nog eens naar de plannen kijken en die aanpassen.’

    Nog meer businesspraatjes. Standaardformuleringen. Ik rechtte mijn rug.

    Ik legde mijn hand op die van hem, gaf een ruk aan de deurkruk en glipte onder zijn arm door de deur uit. Zijn assistent stond gauw op, met open mond, net als de vrouw en de twee mannen die op Cross aan het wachten waren. Ik hoorde hem achter me iets zeggen.

    ‘Scott zal u naar binnen laten. Ik ben zo terug.’

    Hij haalde me in bij de receptie, en sloeg zijn arm om de onderkant van mijn rug om me bij mijn heup te pakken. Omdat ik geen scène wilde trappen, wachtte ik tot we bij de liften waren voor ik me lostrok.

    Hij stond kalm te wachten en drukte op het knopje. ‘Vijf uur, Eva.’

    Ik staarde naar het verlichte knopje. ‘Dan kan ik niet.’

    ‘Morgen dan.’

    ‘Ik kan het hele weekend niet.’

    Hij ging voor me staan en vroeg nijdig: ‘Wat ga je doen dan?’

    ‘Dat gaat u niks...’

    Zijn hand bedekte mijn mond. ‘Niet doen. Zeg me dan wanneer. En voordat je “nooit” zegt, moet je even goed naar me kijken en zeggen of je een man voor je ziet die zich makkelijk laat afpoeieren.’

    Zijn gezicht was hard, met samengeknepen ogen en een vastberaden blik. Ik huiverde. Ik was er niet zo zeker van dat ik een gevecht in wilskracht van Gideon Cross zou winnen.

    Ik slikte en wachtte tot hij zijn hand weg zou halen. Toen zei ik: ‘Ik denk dat we allebei even moeten afkoelen. Een paar dagen moeten nemen om na te denken.’

    Hij hield vol. ‘Maandag na het werk.’

    De lift stopte en ik stapte erin. Ik draaide me naar hem toe en antwoordde: ‘Maandag om lunchtijd.’

    Dan hadden we maar een uur, een gegarandeerde ontsnappingsroute.

    Vlak voor de deuren dichtgingen, zei hij: ‘Het gaat gebeuren, Eva.’

    Het klonk eerder als een dreigement dan als een belofte.



‘Maak je niet druk, Eva,’ zei Mark toen ik bijna een kwartier na tweeën bij mijn bureau aankwam. ‘Je hebt niets gemist. Ik had een late lunch met meneer Leaman. Ik ben zelf net terug.’

    ‘Dank je.’ Wat hij ook zei, ik voelde me nog steeds vreselijk. Mijn geweldige vrijdagochtend leek wel dagen geleden.

    We werkten gestaag door tot vijf uur. We overlegden over een klant in de fastfood-business en we dachten na over een paar mogelijke aanpassingen aan een advertentie voor een keten biologische groentewinkels.

    ‘Over bizarre combinaties gesproken,’ had Mark opgemerkt, terwijl hij zich er niet van bewust was hoe toepasselijk dat was met betrekking tot mijn privéleven.

    Ik had net mijn computer uitgezet en was bezig mijn tasje uit de la te halen, toen mijn telefoon ging. Ik keek op de klok, zag dat het precies vijf uur was, en dacht erover niet op te nemen omdat mijn werkdag er officieel op zat.