‘Nee.’
Will had de arrestatiefoto’s nog niet gezien, evenmin als de foto’s die Sara van Tommy Braham in de cel had genomen, maar hij wist wel dat er een politieman was neergestoken terwijl twee niet-gewonde collega’s ter plekke waren. Hij waagde een gok. ‘In wat voor toestand verkeerde Tommy op dat moment?’
Ze keek hem wezenloos aan.
‘Is hij tijdens de arrestatie soms gevallen?’
Weer nam ze alle tijd. ‘Dat zult u Frank moeten vragen. Ik probeerde Brad te helpen.’
‘U hebt Tommy in de auto gezien. In wat voor toestand verkeerde hij?’
Lena haalde een notitieboekje uit haar achterzak. Langzaam bladerde ze erdoorheen tot ze de betreffende pagina’s had gevonden. Will zag dat er losse blaadjes in het boekje waren geplakt en hij vermoedde dat dit de originelen waren die Sara de vorige avond had gekopieerd.
Lena kuchte. ‘Ik heb de verdachte, Thomas Adam Braham, gisterochtend om ongeveer halfnegen opgebracht.’ Ze keek hem strak aan. ‘Maakt u geen aantekeningen?’
‘Hoezo, wilt u me uw pen soms lenen?’
Even verscheen er een barstje in haar zelfbeheersing, en Will zag wat hij al had vermoed sinds ze de kamer was binnengelopen. Wat ze verder ook van Tommy Braham vond, zijn dood had haar geraakt. Niet omdat ze erdoor in de problemen zou kunnen komen, maar omdat hij een mens was die aan haar zorg was toevertrouwd.
‘Ik heb uw aantekeningen al gelezen, rechercheur,’ zei Will. ‘Vertel maar eens wat er niet op schrift staat.’
Ze begon aan de pleisters te pulken.
‘Wie heeft de nabestaanden in kennis gesteld?’
‘Ik.’
‘Zowel die van Spooner als die van Braham?’
‘Elba is een stadje van niks. De rechercheur die ik sprak heeft bij Allison op school gezeten. Hij vertelde me dat haar moeder al acht jaar dood is. De vader is onbekend. Er is nog een tante, Sheila McGhee, maar die is niet veel thuis. Ze werkt in een ploeg die goedkope motels in de Florida Panhandle opknapt. De rechercheur probeert haar op te sporen. Ik heb een bericht ingesproken op haar antwoordapparaat, maar dat hoort ze pas bij thuiskomst of als ze haar berichten checkt.’
Ze klonk nu als een echte rechercheur. ‘Geen mobiel?’ vroeg Will.
‘Heb ik niet kunnen achterhalen.’
‘Lag er een adresboek in Allisons kamer?’
‘We hebben geen tijd gehad om die te doorzoeken.’ Haar stem was weer afgemeten. ‘Er is gisteren heel veel gebeurd. Mijn collega lag op straat dood te bloeden.’
‘Ik hoor het graag als mevrouw McGhee u terugbelt.’
Ze knikte.
‘En Tommy’s familie?’
‘Hij heeft alleen een vader, Gordon. Ik heb hem vanochtend gesproken en hem verteld wat er gebeurd is.’
‘Hoe reageerde hij?’
‘Geen enkele vader vindt het prettig om te horen dat zijn zoon een moord heeft bekend.’