Lena trok een rubberen handschoen aan voor ze de deurknop van de laatste kamer beetpakte. Weer ging haar andere hand naar haar wapen toen ze de deur openduwde. Maar ook hier troffen ze niets verrassends aan. ‘Dit zal dan wel Allisons kamer zijn.’
De kamer was schoner dan de rest van het huis, wat niet veel wilde zeggen. Allison Spooner was bepaald niet de netste vrouw ter wereld geweest, maar ze slaagde er in elk geval in de vloer vrij van kleren te houden. En ze had nogal wat kleren. T-shirts, bloesjes, broeken en jurken hingen zo dicht opeen in de kast dat de stang in het midden doorboog. Ze had kleerhangers aan de gordijnrail en aan de rand boven de kastdeur gehaakt. Over een oude schommelstoel lagen nog meer kleren.
‘Volgens mij hield ze van kleren,’ constateerde Will.
Lena pakte een spijkerbroek van een stapel bij de deur. ‘Seven jeans. Die zijn niet goedkoop. Ik vraag me af hoe ze aan het geld kwam.’
Will durfde wel een gok te wagen. De kleren die hij als jongen had gedragen, kwamen over het algemeen van de grote hoop. Je moest afwachten of je de juiste maat vond, om over je favoriete stijl maar te zwijgen. ‘Waarschijnlijk heeft ze haar hele leven afdankertjes gedragen. Ze woonde nu op zichzelf en verdiende geld. Misschien waren mooie spullen heel belangrijk voor haar.’
‘Of misschien stal ze uit winkels.’ Lena wierp de spijkerbroek weer op de stapel. Ze ging door met zoeken, tilde de matras op, schoof haar hand tussen kleren, raapte schoenen op en zette ze weer terug. Will bleef in de deuropening staan kijken terwijl Lena de kamer doorzocht. Ze leek zekerder van zichzelf. Hij zou weleens willen weten wat er veranderd was. Een biecht was goed voor de ziel, maar haar nieuwe houding was niet uitsluitend terug te voeren op haar bekentenis over Tommy. De Lena die hij die ochtend had achtergelaten had elk moment in tranen kunnen uitbarsten. Dat Tommy schuldig was had voor haar buiten kijf gestaan. Ze had ergens anders mee gezeten, maar dat
was nu verdwenen.
Haar zelfverzekerdheid stemde hem achterdochtig.
‘Wat zit daarin?’ Will wees naar het nachtkastje. De la stond op een kier. Met haar in rubber gestoken vingers trok Lena hem helemaal open. Er lagen een blocnote, een potlood en een zaklantaarn in.
‘Hebt u ooit Nancy Drew-boeken gelezen?’ vroeg hij, maar Lena was hem voor. Ze streek met het potlood over het papier.
Het resultaat liet ze aan Will zien. ‘Geen geheim briefje.’
‘Het was het proberen waard.’
‘We kunnen deze hele kamer wel overhoophalen, maar er valt me niks bijzonders op.’
‘Geen roze boekentas.’
Ze keek hem aan. ‘Heeft iemand u verteld dat Allison een roze boekentas had?’
‘En ook dat ze een auto had.’
‘Een verroeste rode Dodge Daytona?’ raadde ze. Ze had ongetwijfeld over het opsporingsbericht gehoord dat Faith die ochtend had verspreid.
‘Laten we de badkamer eens bekijken,’ stelde Will voor.
Hij liep achter haar aan de gang door. Weer liet Will Lena het onderzoek verrichten. Ze opende het medicijnkastje. Dat bevatte de gebruikelijke verzameling damesspullen: vrouwenmiddeltjes, een flesje parfum, tylenol en andere pijnstillers, en een haarborstel. Lena maakte het doosje anticonceptiepillen open. Er was nog geen derde van over. ‘Ze hield het goed bij.’