Ze schudde haar hoofd. Waar dacht ze aan? Nee, nee, nee! Het was een bespottelijk, waanzinnig idee. Volslagen onmogelijk. Ze had hem dan wel gezegd dat het haar niet kon schelen wat andere mensen van haar dachten, maar wat Emma van haar dacht, was wel degelijk belangrijk. En ook wat de andere vriendinnen van de Debutantenclub van haar dachten.
Ze schudde haar hoofd. Ik ga niet. Punt uit. Ze stond op het punt het ticket doormidden te scheuren, maar stopte nog net op tijd. Het zou natuurlijk zonde zijn om dat ticket te vernietigen. Misschien kon hij zijn geld nog terugkrijgen. Ze zou het aan hem terugsturen via de post. Met een briefje. Een lief briefje dat ze in gedachten al formuleerde: Bedankt voor je geweldige uitnodiging, maar je begrijpt vast wel waarom ik niet met je mee kan gaan. Ik hoop dat je een geweldige week zult hebben.
Ja, dat zou ze doen. Ze was net op weg naar de dossierkast om een envelop te pakken toen de buitendeur openging.
Jeetje, wat is het warm!’ Rita, die haar gezicht afveegde met een tissue, liep naar de tafel en deponeerde daar de boeken met voorbeelden van uitnodigingen en bedankkaartjes die ze had meegenomen om aan een nieuwe klant te laten zien. ‘Ik zal blij zijn als de zomer voorbij is.’
‘Dat geldt ook voor mij,’ mompelde Felicity.
Rita keek haar bevreemd aan. ‘Wat is er aan de hand?’
Felicity haalde haar schouders op. ‘Niets. Ik ben gewoon moe.’
‘Wel liefje, dat is geen wonder, hè? Wanneer ben je voor het laatste met vakantie geweest?’
Dat waren precies dezelfde woorden die Reed ook had gebruikt. ‘Ik zou het niet weten.’
‘Ik wel. Al meer dan twee jaar geleden.’
Felicity beet op haar lip. Ze moest vechten tegen haar tranen en dat was natuurlijk absurd. Wat mankeerde haar toch?
‘Felicity…’ Rita raakte haar arm even aan. ‘Voel je je echt wel goed? Is er iets gebeurd toen ik weg was? Heeft dat afschuwelijke mens van Newhouse soms alweer gebeld?’
Felicity slikte. De verleiding om Rita alles te vertellen, werd haar bijna te machtig. Rita fungeerde op een tal van manieren als de moeder die ze niet meer had. Maar ze kon haar niet in vertrouwen nemen. Als Emma ooit te horen kreeg wat Reed had voorgesteld…
Ze verafschuwde het dat ze geen vertrouwen meer kon stellen in Rita, maar die chantagebrieven die enkele vrienden van haar hadden gekregen na de dood van Bunny Talbot, waren verontrustend. En de laatste tijd had ze zich meermalen afgevraagd of Rita daar iets mee te maken had. Ze nam in Rita’s bijzijn immers nooit een blad voor haar mond. Maar tegelijkertijd dacht ze niet dat haar assistente werkelijk iets te maken had met die chantagepogingen; ze voelde zich zelfs schuldig dat ze in die richting had gedacht. Maar als er ook maar de geringste kans bestond dat Rita er wel bij betrokken was, of dat ze onopzettelijk haar mond voorbij had gepraat tegen iemand die daar wel iets mee te maken had, dan… Wel, ze kon maar beter het zekere voor het onzekere nemen.
Met een diepe zucht schudde ze haar hoofd. ‘Nee, ze heeft niet gebeld. Zoals ik al zei, ik ben gewoon moe. Weet je wat? Ik neem vanmiddag vrij.’
‘Dat is een goed idee,’ zei Rita. ‘Ga naar huis, neem een lang bad en een groot glas wijn en bestel een pizza of iets dergelijks. Klinkt dat niet goed?’
Onwillekeurig schoot Felicity in de lach. Ja, eigenlijk klonk dat heel goed. Ze sloeg een arm om Rita heen en knuffelde haar even. ‘Bedankt, Rita. Ik voel me meteen al een stuk beter.’
Reed hield zich voor dat het hem niet kon schelen dat Felicity zijn aanbod had afgewezen. In een resort zoals het Grand Cozumel wemelde het vast van de mooie vrouwen.
Bovendien duurde het nog vier dagen voordat het maandag was. Misschien kon hij voor die tijd nog bedenken hoe hij Felicity van gedachten kon laten veranderen.
Die nacht droomde Felicity van Reed. In die droom lagen ze samen in een zacht bed in een zonnige kamer. Boven hun hoofden draaide een ventilator die de dunne gordijnen om het bed zacht liet deinen. Via de luiken voor de geopende ramen zweefde mariachimuziek naar binnen. Reed fluisterde iets in haar oor, terwijl hij zijn handen langzaam over haar lichaam liet dwalen… Strelend, liefkozend, verkennend.
Felicity kromde haar lichaam. Ze slaakte een gesmoorde kreet en… werd wakker.
Toen ze besefte dat ze niet in dat bed met Reed had gelegen en dat alles slechts een droom was geweest, was haar teleurstelling zo groot, dat ze het liefst had gehuild.
Haar lichaam snakte naar het zijne. Maar hij was er niet. Ze was alleen. Net zoals ze de afgelopen drie jaren was geweest. Drie eenzame jaren. En dat zat nu precies het probleem. Ze was gefrustreerd en snakte naar seks. Met andere woorden, haar leven was een grote puinhoop.
Misschien werd het tijd om een plastic ‘vriendje’ aan te schaffen, dacht ze verdrietig, zich herinnerend dat zij en haar vriendinnen hadden gelachen om een ‘vriendje dat op batterijen werkte’.