Home>>read Verblind door verlangen free online

Verblind door verlangen(7)

By:Lucy Monroe


‘Nee, dat is duidelijk.’

‘Jij hebt zelf evenmin een jeugd gehad,’ merkte hij nuchter op.

Hij zei het alsof het er in wezen niet toe deed. Dat was ook zo, dat had ze jaren geleden al besloten. Aan het verleden kon je toch niets veranderen.

‘Waarom pianolessen?’ vroeg ze hem, omdat ze niet langer wilde stilstaan bij haar treurige jeugd, laat staan erover praten.

‘Ik heb een weddenschap verloren.’

‘Met je zakenpartner?’

‘Ja.’

‘Die er kennelijk niet mee zit om geld over de balk te smijten. Ik bedoel, hij heeft honderdduizend dollar betaald voor pianolessen die jij niet eens wilt.’

‘Ik wil die lessen wel degelijk,’ hoorde Neo zichzelf tot zijn verbazing ineens zeggen.

‘O ja?’

‘Ja, als kind wilde ik dolgraag op pianoles. Destijds was geldgebrek het grote struikelblok; nu is tijdgebrek het grootste probleem.’

‘Toch maak je tijd vrij voor deze lessen.’ Opgroeien zonder piano, het enige wat de pijn nog een beetje had verzacht? Nee, daar kon ze zich niets bij voorstellen.

‘Zephyr vindt dat geld trouwens goedbesteed. Volgens hem werk ik te hard.’

‘Dus dwingt hij je om minstens één uur per week eens iets anders te doen.’ Eén miezerig uurtje per week, nou, dat was ook niet echt riant, vond Cass.

‘Precies.’

‘Dat neemt niet weg dat hij veel goedkoper lessen voor je had kunnen regelen.’

‘Zephyr en ik vinden dat je voor een klus altijd de beste mensen moet inhuren. En jij bent een toppianiste.’

‘Dat is me wel eens verteld, ja.’ Tot vervelens toe sinds werd ontdekt dat ze een muzikaal wonderkind was toen ze drie jaar was.

‘Nu is het jouw beurt om een vraag van mij te beantwoorden.’

‘Mij best.’ Jakkes, nu kwam het, de vraag waarop ze nog nooit een bevredigend antwoord had kunnen geven.

‘Waarom doneer je elk jaar lessen voor het goede doel, terwijl je een heel succesvolle pianiste en componiste bent en niet in de eerste plaats pianolerares?’

Ze was zo verbouwereerd dat hij dé vraag niet had gesteld – namelijk waarom ze nooit meer optrad – dat ze even met haar mond vol tanden zat. ‘Veel opkomende pianisten willen graag bij mij studeren. Dit is hun enige kans om dat te doen,’ wist ze ten slotte uit te brengen.

‘Akkoord, maar waarom bied je die kans überhaupt aan?’

‘Omdat ik geen kluizenaar wil worden, want dat is wel een levensgroot gevaar als je zoals ik teruggetrokken leeft en nieuwe gezichten liever vermijdt.’

‘Was je teleurgesteld toen je ontdekte dat je lessen waren gekocht door een volslagen beginneling?’

‘Nee, maar doodeng vond ik het wel.’ Ze lachte vol zelfspot. ‘Ik heb mijn manager zelfs gesmeekt ervoor te zorgen dat ik die lessen niet hoefde te geven.’

‘Wat hij kennelijk weigerde, want hij heeft noch Zephyr, noch mij benaderd.’

‘Klopt.’

‘Waarom vond je dat eigenlijk zo eng? Ik bedoel, je had toch al eerder leerlingen gehad?’

‘Maar nog nooit een succesvolle miljardair.’

‘Ik ben net als alle andere mannen, hoor.’

‘Voor een man die prijs stelt op oprechtheid, rolde die leugen wel heel gemakkelijk van je lippen. Want je maakt mij niet wijs dat je echt gelooft dat jij precies hetzelfde bent als alle andere mannen.’

Die bijna glimlach zweefde weer rond zijn lippen. ‘Je bent nog opmerkzamer dan ik dacht.’

‘Je bent niet net als alle andere mannen, dat is gewoon een feit, dus kun je onmogelijk geloven wat je zegt.’

Hij schokschouderde. ‘Het soort brandende ambitie dat nodig is om te doen wat Zephyr en ik hebben gedaan, is nu eenmaal zeldzaam.’

‘Is Zephyr bang dat die ambitie je uiteindelijk de das om zal doen?’

‘Volgens Gregor, mijn huisarts, steven ik af op een hartinfarct als ik zo blijf doorjakkeren. Tja, en als ik je nu vertel dat Gregor en Zephyr dikke golfmaatjes zijn, dan weet je zeker wel genoeg, hè?’

‘Je was vast flink van slag toen je het advies van je dokter hoorde, hè?’

‘Hoe weet je dat?’

‘Je komt op me over als een man die er alles voor doet om lichamelijk in topconditie te blijven. Letterlijk alles. Toch had je kennelijk één factor over het hoofd gezien, en daar stond je natuurlijk raar van te kijken.’

‘Ik dacht dat jij pianiste was, geen psycholoog.’

Dat kon ze in elk geval wel verklaren. ‘Omgaan met mensen is voor mij lastig, ze alleen observeren is stukken simpeler. Tja, en een nieuwsgierig aagje zoals ik, wil dan natuurlijk ook weten wat hen beweegt.’

‘Je analyse van daarnet was griezelig accuraat.’

‘Bedankt dat je het wil toegeven. Ik waardeer eerlijkheid ook.’