'Zo is het niet gegaan,' zei hij.
'Hoe dan?'
'Zou het wat uitmaken als ik dat vertelde?'
'Wat denk je zelf?'
Hij woelde met een hand door zijn haar. 'Dat weet ik niet,' zei hij met een zucht. 'Maar we moeten praten.' Zijn sombere uitdrukking en toon maakten duidelijk dat er meer te bespreken viel dan alleen hun relatie.
Op haar rug voelde ze speldenprikken van angst. Had hij iets ontdekt? Iets wat ze niet leuk zou vinden?
'Oké,' zei ze. Ze hield de deur voor hem open, zich wapenend voor wat er ook mocht volgen.
Op dat moment kwam echter Danny's Jaguar de oprit op rijden, en Brianna stapte uit.
'Hoi, Caleb,' riep ze uit. Ze rende het gras over om hem te omhelzen. 'Ik ben vroeg thuis!'
Madison wachtte op haar beurt voor een omhelzing van Brianna, waarna ze het natte gras over liep om Brianna's logeertas bij Danny te halen. 'Het is pas tien uur,' zei ze toen hij die aan haar gaf. 'Waarom ben je zo vroeg?'
'Ik wil vandaag naar kantoor. Ik ben achter met mijn werk.'
'Had je me niet even kunnen bellen om te zeggen dat je Brianna eerder kwam brengen?'
'Je hebt me zelf gevraagd of ze eerder kon komen,' zei hij.
Madison slaakte een zucht. 'Toch zou het wel aardig zijn geweest als je het even had laten weten.'
Schokschouderend kroop hij terug achter het stuur. 'Ik wist dat je toch wel thuis zou zijn,' zei hij, waarna hij wegreed.
Madison draaide zich om en ging terug naar Caleb en Brianna.
Caleb had Brianna opgetild, en ze vertelde hem over de nieuwe vis die haar vader dit weekend voor haar aquarium in zijn huis had gekocht.
'We gaan naar binnen, daar is het lekker droog,' zei Madison. Ze voelde de druk van Calebs hand op haar rug toen ze naar binnen gingen. Hij liet haar los om de deur dicht te kunnen doen, en ze merkte dat ze ondanks alles nog steeds naar zijn aanraking verlangde.
Waarschijnlijk was ze een nog grotere dwaas dan ze al had gedacht. 'Nou?' vroeg ze toen hij Brianna had neergezet.
Hij knikte subtiel om Madison te kennen te geven dat Brianna niet moest horen wat hij te zeggen had. 'Kunnen we ergens even alleen zijn?'
'Johnny is hier ook,' vertelde ze.
'Dan kan ik beter naar huis gaan. Ik bel je wel.' Hij vertrok echter niet meteen. Hij bleef haar aanstaren, waardoor ze zich bewust werd van haar vochtige, verwarde haar en haastig aangeschoten ochtendjas, ook al was zijn aandacht voornamelijk op haar lippen gericht.
'Hé. Waarom is iedereen zo vroeg wakker?' vroeg Johnny. Geeuwend stommelde hij de woonkamer binnen.
Dankbaar voor de afleiding verbrak Madison het oogcontact met Caleb. 'Brianna is weer thuis,' vertelde ze haar broer.
Onderweg naar zijn slaapkamer trok Caleb zijn kleren uit, van plan onder de dekens te kruipen en een paar uurtjes te slapen. Hij moest alleen Madison nog bellen om haar erop voor te bereiden dat Tye waarschijnlijk gearresteerd zou worden. Hij wist dat ze daarover gemengde gevoelens zou hebben. Afschuw dat haar eigen halfbroer zulke vreselijke misdrijven kon hebben gepleegd. Medelijden met zijn vrouw en kinderen. Een gevoel van rechtvaardigheid omdat ze al die tijd gelijk had gehad met betrekking tot haar vader.
Hij schopte zijn spijkerbroek uit en liet die liggen waar hij neerkwam, waarna hij de telefoon van zijn nachtkastje pakte en in zijn boxershorts in bed stapte. Nooit had een matras zo lekker aangevoeld...
Lang kon hij zich echter niet ontspannen. Madison nam bijna meteen op. 'Ja?'
Hij staarde naar het plafond. Voor zijn geestesoog zag hij haar amandelvormige ogen naar hem op kijken, haar mond met die verleidelijke glimlach van die avond dat ze waren gaan dansen. 'Met mij.'
Er volgde een korte stilte, een stilte vol spanning. 'Wat is er gebeurd?' vroeg ze.
Met zijn ogen dicht probeerde hij zijn gevoelens voor Madison gescheiden te houden van zijn algemene gevoelens. 'Ik vrees dat ik je iets moet vertellen wat je liever niet wilt horen.'
'Wat dan?'
Aan haar stem kon hij horen dat ze zich op het ergste voorbereidde. 'Er is mogelijk een verband tussen Tye en de moord op mijn schoonzus.'
Zijn bewering werd in stilte verwerkt. 'Daar was ik al bang voor,' fluisterde ze na een tijdje. Weer volgde een lange pauze. 'Hoe ben je daarachter gekomen?'
'Ik heb een foto van Susan op de nacht van haar verdwijning. Op de achtergrond staat een blauwe Ford truck, net zo een als van je vader.'
'Er zijn bendes van zulke trucks.'
'Niet met hetzelfde nummerbord. Tyes buurman heeft hem op de nacht van Susans verdwijning in je vaders truck zien rijden. Volgens hem heeft Tye de truck mee naar huis genomen en een tijdlang langs de stoep geparkeerd laten staan.'
'Dat hij in mijn vaders truck reed, bewijst nog niet dat hij iemand iets heeft gedaan,' zei ze, maar haar stem klonk niet overtuigd.
Caleb wist dat ze geloofde dat Tye er in elk geval bij betrokken was, ook vanwege het medaillon en de andere dingen die uit de doos waren gehaald.
'We gaan verder met het onderzoek. Ik bel je zodra ik meer weet.'