Calebs lippen vormden een medelijdend glimlachje. 'Ze hebben dus al je meisjesgeheimen blootgelegd?'
'Tot op deze dag blijf ik zelfs nog uit de buurt van luchthavens. Ik heb er geen zin in de beveiliging door mijn bagage te zien rommelen.'
Ondanks haar poging het gesprek luchthartig te houden, bleef Caleb ernstig.
'En wat denk je er zelf van?' vroeg hij.
'Waarvan?'
'Ik neem aan dat je je vader minstens net zo goed kende als anderen.'
Opeens voelde ze de intensiteit van zijn blik, die zo in tegenspraak was met zijn ontspannen houding.
'Heeft hij het gedaan?'
Deze vraag was haar al eerder gesteld, tientallen malen zelfs. Altijd had ze een antwoord - zij het een hartstochtelijk - klaar gehad. Dat was echter vroeger, vóór de vondst van die doos. Moest ze hem zeggen wat ze tijdens het onderzoek naar de moord altijd had gedacht, of moest ze toegeven dat ze er mogelijk naast gezeten had?
Ze deed net haar mond open om hem te vertellen dat ze niet wist wat ze ervan moest denken, toen de telefoon hen onderbrak. 'Neem me niet kwalijk,' zei ze, waarna ze opnam.
'Goed nieuws,' zei Annette aan de andere kant van de lijn. Haar stem klonk opgewekt.
'Wat dan?' Madison keek door de gang naar Brianna's kamertje, want haar dochtertje kon ook wel wat goed nieuws gebruiken.
'Ik heb besloten het huis te verkopen.'
'Wat?'
'Nu kan ik het. Het heeft lang geduurd voordat ik zover was, maar nu wordt het tijd.'
Een visioen van haar moeder die bij het inpakken de schoenen en het ondergoed tegenkwam - en niet te vergeten het medaillon en het touw - schoot door Madisons hoofd. 'Zo'n haast heeft dat toch niet, mama?' vroeg ze, zich van Caleb afkerend. 'Wacht je niet liever tot het voorjaar?'
'Nee, want ik wil hier niet nog een keer de kerstdagen doorbrengen zonder Ellis. Denk je dat je dit huis binnen een paar maanden zou kunnen verkopen?'
'Dat... Dat weet ik niet.'
'Als je denkt dat het niet lukt, ga ik het verhuren. Nu ik mijn besluit eindelijk heb genomen, begin ik last te krijgen van de herinneringen.'
'Dat begrijp ik, maar...'
'Maar wat?'
Madison keek naar Caleb. Weer wenste ze dat ze hem niet zo veel persoonlijke dingen had toevertrouwd. Ze moest voorzichtiger zijn. 'Begin nog maar niet in te pakken,' zei ze.
'Waarom niet?'
'Ik wil je graag komen helpen.'
'Je hebt het al druk genoeg. Zorg jij er nou maar voor dat dit huis snel wordt verkocht. Toby van de buren wil wel komen helpen.'
'Wanneer?' vroeg Madison. Ze begon in paniek te raken.
'Hij kon het weekend na dit weekend komen.'
Dan al... Die doos moest daar weg. En ze had er maar twee weken de tijd voor.
Caleb had een binnensmondse verwensing niet tegen kunnen houden toen de telefoon hen onderbrak. Hij had Madison net zover gekregen dat ze hem over haar vader zou vertellen. Ze was open en warm geweest, zo heel anders dan hij van haar had verwacht.
Maar toen belde haar moeder.
Hij nam nog een pannenkoek en probeerde die zo langzaam mogelijk op te eten in de hoop dat ze hun gesprek konden hervatten zodra Madison het telefoontje had beëindigd. Toen ze oplegde, zag ze er echter bleek uit.
'Hoe gaat het met je moeder?' vroeg hij. Hij legde zijn servet naast zijn bord.
'Goed.'
'Woont ze in de buurt?'
Ze begon de borden op te ruimen. 'Vlak achter de universiteit -voor zolang het nog duurt.'
'Zolang het nog duurt?'
Ze liet warm water in de gootsteen lopen. 'Ze had het er net over dat ze wilde verhuizen.'
'Vind je dat vervelend?'
Ze keek over haar schouder naar hem. Als hij zich niet vergiste, lag er in haar blik een argwaan die er eerder, tijdens hun gesprek niet in had gelegen. 'Nee, hoezo?'
'Gewoon, omdat je wat gespannen lijkt te zijn.'
'Ik had haar zelf voorgesteld om te gaan verhuizen,' zei ze. 'Het valt niet mee in het huis te blijven wonen waar alles zo verkeerd is gegaan.' Opeens draaide ze de kraan dicht. 'Wil je me even excuseren?'
'Maar natuurlijk.'
Ze ging de gang door, en even later kon hij haar op zachte toon tegen haar dochtertje horen praten. 'Begrijp je waarom ik het niet fijn vond wat je aan tafel zei, Bri? Wil je proberen wat beter aan je manieren te denken? Goed, kom, geef me een dikke knuffel... Ik weet wel dat het allemaal niet gemakkelijk is geweest, de afgelopen tijd, maar het zal beter gaan, prinsesje... Kom je nu eten?'
Het werd bijna tijd voor Caleb om te vertrekken. Hij moest nog een aantal mensen spreken. Ook wilde hij contact opnemen met Jennifer Allred, de vrouw die Holly pas had gesproken, om te zien of hij nog bijzonderheden uit haar geheugen los kon peuteren.
De merkwaardige verandering die Madison had ondergaan, deed hem geloven dat er meer achter dat telefoongesprek met haar moeder stak dan ze wilde laten merken. Voordat hij wegging, hoopte hij erachter te komen waar het om ging.
'Dat was een lekker ontbijt,' zei hij, toen ze hand in hand met Brianna terugkwam.
'Dank je,' zei ze. 'Heb je altijd iemand gehad om voor je te koken en schoon te maken?'