Madison keek hem verrast aan, en Caleb deelde die verrassing. Was hij dit nu wel of niet van plan geweest? Hij wist het niet meer, maar hoe dan ook, nu was het te laat om nog terug te krabbelen.
'Ik dacht dat u... Wie bent u dan?' vroeg Madison.
'Caleb Trovato.' Hij stak zijn hand uit in het vertrouwen dat ze zijn naam niet herkende. Hij schreef onder zijn pseudoniem Thomas L. Wagner, naar de grootvader van zijn moeder. De brieven die hij haar en Danny had gestuurd, had hij ook met die naam ondertekend omdat hij ze uit hoofde van zijn werk als schrijver had gezonden.
'Caleb Trovato...' herhaalde ze, aarzelend zijn hand schuddend. 'Als u hebt gebeld, heeft mijn oppas dat niet genoteerd.'
Haar vingers voelden tenger aan, en ze stond zo dichtbij dat hij iets van haar parfum kon bespeuren. 'Ik heb niet gebeld. Ik zag het bordje toevallig toen ik voorbijreed. Eigenlijk woon ik in San Francisco, maar ik moet hier in de buurt zijn voor zaken.'
'Voor hoelang?'
'Dat staat nog te bezien.'
'O.' Ze keek van hem naar Sanderson. 'Wil een van u beiden een huurcontract tekenen?'
'Ik heb u al telefonisch laten weten dat ik me niet voor een langere termijn kan verbinden,' zei Sanderson. 'Daarvoor is mijn situatie te onzeker.'
'Ik teken het huurcontract wel,' zei Caleb, beseffend hoe dwaas hij handelde. Hij had onlangs zijn nieuwe appartement in San Francisco ingericht en was van plan daar spoedig naar terug te keren. Van deze unieke gelegenheid moest hij echter gebruikmaken. Misschien lukte het hem deze keer eindelijk om de zaak van de Sandpoint Strangler op te lossen: voor zichzelf, zijn lezers, de politie, en - het belangrijkst van allemaal - voor de familie van de slachtoffers. Misschien zou hij zelfs het akelige voorgevoel kunnen sussen dat hij had sinds hij op de hoogte was van Susans verdwijning.
Als Purcell inderdaad de Sandpoint Strangler was, was de kans dat Susan nog leefde, een stuk groter. Willekeurige moorden kwamen niet zo vaak voor. De meeste doodslag op vrouwen kwam voort uit een verbroken relatie, en volgens Holly had Susan meer dan drie jaar geen relatie meer gehad. Ze was alleen een paar maanden lang met Lance uitgegaan.
Hoe dan ook, Caleb kon net zo goed van hieruit op zoek gaan naar Susan als vanuit het huis van zijn ouders op Fidalgo. Als alles achter de rug was, kon hij het huurcontract gewoon afkopen.
'Hebt u huisdieren?' vroeg ze.
'Zou dat een probleem vormen?'
'Dat hoeft niet. Een hond of een kat zou wel kunnen. Ik heb alleen liever geen huis vol dobermann pinchers.'
'Geen dieren.'
'Zelfs geen hamster?'
'Zelfs geen hamster.'
'En kinderen?' vroeg ze.
Hij trok een wenkbrauw op. 'Wilt u daar ook liever geen huis vol van?' Dat was te begrijpen, als ze allemaal net zo stuurs waren als haar dochter.
'Dan zou ik graag willen dat u ervoor zorgde dat ze uit mijn kruidentuin bleven.'
'De kruidentuin is veilig,' zei hij. 'Ik heb geen kinderen.'
'Mooi zo.' Het leek alsof ze wilde glimlachen maar het nog net kon tegenhouden. 'Wat voor zaken voeren u eigenlijk naar Seattle?'
Hij dacht snel na, op zoek naar een antwoord waarmee hij zichzelf niet verried. 'Ik ben adviseur voor het kleinbedrijf,' antwoordde hij, want dat was het eerste wat in hem opkwam.
'U hebt dus vast werk?'
'Zeker.'
'Voor welke termijn wilt u huren? Een jaar?'
'Een half jaar,' antwoordde hij. Uit zijn toon liet hij blijken dat ze niet meer uit hem los zou kunnen krijgen.
'En wanneer zou u erin willen trekken?'
'Morgenochtend al, als dat schikt.'
'Dat is prima,' zei Madison. Nu was er werkelijk een glimlachje om haar mond verschenen, net voor ze zich weer tot Sanderson wendde. 'Ik heb uw telefoonnummer, Mr. Sanderson,' zei ze. 'Als de referenties van Mr. Trovato niet in orde zijn, bel ik u nog.'
Sanderson leek niet verheugd over de gang van zaken, maar er was niets aan te doen. Madison liep met hem mee naar buiten, waarschijnlijk om zich te verontschuldigen voor zijn vergeefse reis. Brianna bleef achter met nog steeds die nijdige blikken voor Caleb.
'Wil je niet dat ik hier kom wonen?' vroeg hij.
Ze stak haar bovenlip naar voren. 'Nee.'
'Waarom niet?'
'Omdat dit ons huis is. Mijn mama tekent hier, en ik en Elizabeth gaan hier vaak dansen.'
'Ik blijf niet zo lang,' zei hij ter geruststelling. Toen schoot hem te binnen dat Madison hem op de oprit iets had willen zeggen. 'Wat zei je vader gisteren over het idee het koetshuis te verhuren?'
Beschermend stak Brianna haar speelgoedkonijn onder een arm. 'Hij zei dat je nooit een deel van je huis moet verhuren.'
'Waarom niet?'
'Omdat je nooit weet wie er dan bij je komt wonen.'
4
Een luid gebons op de voordeur sleurde Madison weg uit de diepten van de slaap. Met een wazige blik staarde ze naar de wekker op haar nachtkastje. Het was pas elf uur. Normaal ging ze op vrijdagavond niet zo vroeg naar bed. In het weekend bleef ze juist meestal op om haar papierwerk en emails af te handelen en op de computer te werken.