Home>>read Troost en Geluk free online

Troost en Geluk(65)

By:Catherine Cookson


'Ze moet nog een dag of twee binnenblijven van de dokter.' Peter draaide zich half om op de plek waar hij op zijn knieën de locomotief van Barneys speelgoedtreinset zat aan te prijzen.

Vincent keek weer naar Constance. Ze glimlachte bleekjes en zei: 'Ik moest er absoluut uit. De bungalow leek zo klein en vol, na de flat en... en ik verlangde ernaar om weer hier te zijn.' Ze keek keurend de kamer rond.

'Dat kan ik begrijpen. Het zou ook prima zijn als het hier goed warm was, maar dat vuur geeft pas over een paar uur echte hitte,' zei hij, en hij knikte naar de haard. 'Als ik had geweten dat jullie kwamen had ik hem vanochtend al aangemaakt. Hij heeft bijna elke dag gebrand.'

'O, dank je.'

'Het beste zou zijn als je nu meteen naar beneden gaat en daar blijft totdat we het vuur goed aan de praat hebben gekregen. Vooruit met jullie!' Hij keerde zich energiek naar de jongens en Moira. 'Neem zo veel mee als je dragen kunt. Wat moet er mee naar beneden?' De vraag was voor Peter bedoeld en die zei: 'Deze dozen.' Hij wees naar de hoge kartonnen dozen.

'Laat die maar voor mij. Let jij maar op je moeder. De storm steekt op en ze zou nog wegwaaien. Pak je goed in.' Hij knikte naar Constance, bukte zich, nam een kartonnen doos onder elke arm en stapte naar de deur. De kinderen liepen met hun armen vol achter hem aan.

'Laat ik de lamp aan?' riep Peter naar Vincent, die terugriep: 'Doe maar. We komen straks nog weer terug.'

Peter keek naar Constance en vroeg: 'Zal ik je jas en je andere spullen beneden brengen?' Hij klonk opgewonden en ze zei: 'Nee, ik moet nog even naar boven. Geef me eens een kaars.'

In haar slaapkamer pakte ze een bontmantel uit de kast en trok die langzaam aan. Vervolgens wond ze een sjaal om haar hoofd. Ze moest bukken om in de spiegel van de kaptafel te kunnen kijken. In de omlijsting van de donkere bontjas en de donkerblauwe sjaal leek haar gezicht spookachtig. Ze zei: 'Ik ben thuis en ik ga hier niet meer weg.'





5


'Dit is de mooiste oudejaarsavond die ik ooit heb meegemaakt,' zei Hannah. 'Kijk die tafel toch eens. Heeft er ooit zoiets moois in de keuken gestaan?' Ze wees op de lange houten tafel, gedekt met een sneeuwwit kleed. Aan de twee uiteinden, tussen de schalen met eten, stonden schemerlampen met identieke roze kapjes van satijn op een crèmekleurige voet. De elektriciteitsdraden waren aan het plafond bevestigd en liepen vandaar naar een stekkerdoos aan de wand, maar dat deed niets af aan het wonder. 'Stel je voor,' zei Hannah, 'je hoeft alleen maar op het knopje te drukken en dan gaat alles aan. Dat heb ik nog nooit gezien. Ze zijn veel te mooi voor een slaapkamer. Vind je ook niet, Vin?'

Vin kwam aanlopen met zijn armen vol flessen en zei: 'Je wilt ze toch niet het hele jaar op die tafel laten staan?'

'Nee, natuurlijk niet. Maar ze zullen heel mooi staan in de salon.'

'Je hebt ze gekregen voor in je slaapkamer, dus gebruik ze dan daar.'

'Je hebt gelijk, Vin. Je hebt helemaal gelijk. Hoewel ik waarschijnlijk geen oog dicht zal doen omdat ik er altijd maar naar moet kijken... Moet je dat toch horen, daarbinnen!' zei ze tegen Florence.

'Ze zijn al begonnen. Wat een prachtige radio is dat van Peter. Je hoort helemaal geen ruis. Ay, heb je ooit een jongen gelukkiger gezien? En onze Kathy dan. Ik zal nooit vergeten hoe ze keek toen ze binnenkwam en hem bij de tafel zag staan. En onze Vin, die haar helemaal is gaan halen en die de hele weg heeft verzwegen dat Peter hier wachtte. Ze was volslagen overdonderd en ze kreeg niet de kans om een smoel te trekken. Hij lijkt ouder geworden. Vind je ook niet, Florence?'

'Wel twee maanden,' zei Florence.

'Toe, je begrijpt best wat ik bedoel. En hij is een brave jongen, dat hij zo goed voor zijn moeder heeft gezorgd in zijn vakantie. En hoe hij Michael probeerde uit te horen of Kathy de laatste tijd nog was uitgegaan met een jongen. Och gottegot, hij wist niet waar hij aan begon, want die pestkop van een Michael liet hem geloven dat ze met wel twintig jongens uit was geweest. Gelukkig dat onze Moira toen net in de buurt was, anders was dat zijn laatste geintje geweest... Hoe lang hebben we nog, Florence?'

'O, nog twintig minuten, denk ik. De klok in de salon is met etenstijd nog gelijkgezet.'

'Maar je weet dat die voorloopt,' zei Hannah.

'Dat geeft niet,' zei Florence, 'we horen de kerkklokken wel.'

'Ja, misschien wel, maar misschien ook niet, met die sneeuwstorm. Zei ik niet dat we sneeuw zouden krijgen?' Hannah ging bij Florence staan, die bezig was een schaal vol te stapelen met sandwiches, en vroeg zachtjes: 'Ben je nu gelukkig, Florence?'

Het duurde even en toen zei Florence: 'Ja, Hannah. Heel gelukkig.'

'We hebben samen al heel wat nieuwe jaren ingeluid, hè?'

'Nou en of, Hannah.'

'Ik heb een voorgevoel voor het jaar dat komt, Florence.'

Florence maakte plaats op de tafel voor de schaal met sandwiches, liep terug naar het aanrecht en begon een andere schaal te vullen. Ze hield daar ineens mee op en keek naar Hannah. 'Ik hoop maar... dat het een goed voorgevoel is, Hannah.'