Home>>read Troost en Geluk free online

Troost en Geluk(62)

By:Catherine Cookson


'Ga je nog naar de O'Connors?' vroeg ze.

'Nee, natuurlijk niet. Ik ben toch niet gek? Ze zou me in het gezicht spugen. Ze wilde niet eens meer bij me in de auto stappen, weet je nog?'

'Ze... ze heeft intussen de tijd gehad om erover na te denken. Ga je haar later nog opzoeken?'

'Nee. Wil je even niet vergeten dat ze erbij was! Toe nou toch, mam.'

Ze zweeg, tot hij zei: 'Ik ga maar weer eens terug.'

'Wat? Maar je bent er net. En het is zo'n eind! Eet tenminste eerst wat.'

'Ik hoef niets... O, het spijt me.' Hij stak zijn hand uit om haar schouder aan te raken. 'Ik ben helemaal over mijn toeren. Ik zei toch dat ik die ordinaire kleine slet wel kon wurgen. Want dat is ze, een...'

'Wind... wind je niet zo op. Het komt allemaal uiteindelijk wel weer goed.'

'... Uiteindelijk? Ja, dat weet ik wel.' Hij schudde smalend het hoofd. 'Net zo goed als jouw leven uiteindelijk... Ach, ik kan beter weggaan, anders moet ik me blijven verontschuldigen.'

Hij pakte zijn jas en pet en liep naar de deur. Ze stak haar hand naar hem uit, maar liet die meteen weer zakken. Hij wilde actie, zo gingen jonge mensen hun problemen nu eenmaal te lijf. Door actie te ondernemen. Daarin verschilden ze wel van elkaar. Zij had haar problemen lijdzaam ondergaan, zoals een hen die op de eieren bleef zitten. Daarmee had ze nieuwe gevoeligheden uitgebroed, haar zenuwen tot het uiterste gespannen.

Ze gaf hem een zoen en liet hem gaan.



'Mevrouw Stapleton is hier geweest. Ze heeft gevraagd of je even boven kon komen om met haar te praten. Dat vroeg ze toch, Florence?' Hannah keek van Kathy naar Florence en Florence zei: 'Ja.

Ze ziet er nogal bezorgd uit, de laatste tijd. Hoe gaat het met Peter, trouwens?'

'O, goed hoor,' antwoordde Kathy.

'Waar neemt hij je deze week mee naartoe? Naar de film?' wilde Hannah weten.

'Nergens. Hij heeft het te druk met zijn werk.'

Hannah keek even naar Florence. Vincent stond bij de deur en toen ze zijn waarschuwende blik opving, veranderde ze van onderwerp.

'Zul je die kinderen niet vreselijk missen?' vroeg ze.

'Ja, ik denk het wel.'

'Ay, maar je zult het zo druk hebben als je in een echt ziekenhuis werkt dat je geen tijd meer hebt om ook maar ergens aan te denken. Wat zal het geweldig zijn om je in dat mooie uniform te zien... je moet meteen een foto van jezelf laten maken.'

Ze babbelden verder over het ziekenhuis tot het donker was en Vincent de keuken binnenkwam. Hij keek naar Kathy en zei: 'Zou je niet eens naar boven gaan? De tijd vliegt en voor je het weet moet je al weer terug.'

Ze keek hem aan en zei: 'Goed, ik ga al...'

Het was vijf uur toen Kathy naar de Hall ging en om zes uur was ze nog niet terug. Vincent slenterde de heuvel op en bleef wachten bij de bron. Hij wachtte zeker twintig minuten voordat hij gedempte stemmen en Kathy's kwieke tred op de stenen hoorde. Toen ze van het terras afstapte scheen hij rond met zijn lantaarn om haar te laten weten dat hij er stond en ze riep: 'Vin?' 'Ja.'

'Sorry, dat het zo lang duurde.'

'Geeft niks,' zei hij luchtig.

'Het verpest jouw hele avond, dat je me nog moet wegbrengen.'

'Wat valt er te verpesten aan mijn avond?'

Hij pakte haar hand om haar over de heuveltop te leiden en net voor de afdaling vroeg hij: 'En?' Ze bleef staan en zei aarzelend: 'Het ging over Peter.'

'Dat dacht ik al. Wat is er met hem? Hebben jullie ruzie gehad?' 'Nee, niet echt.'

'Wat dan?'

'O, dat kan ik je niet vertellen, Vin.'

'Waarom niet?' Zoiets had hij nog nooit van haar gehoord. Volgens hem moest ze bijna alles met hem kunnen bespreken. Hij had haar tenslotte ongeveer opgevoed. Ze stonden elkaar erg na, want in de eerste drie maanden van haar leven had hij eindeloos met haar rondgelopen. Vanaf het moment van haar geboorte had ze gehuild en hij had Florence en Hannah elke nacht afgelost, opdat ze om beurten konden uitrusten.

Kathy was het tweede meisje dat Hannah had gekregen, na haar afwezigheid van tien jaar. Het andere dochtertje was binnen een maand na de geboorte gestorven. Alle dochters van Hannah waren de eerste drie maanden huilbaby's geweest, terwijl de jongens kalme, tevreden zuigelingen waren. Zelfs Vincent was zo geweest. Hij zei nog eens: 'Waarom kun je dat niet?'

Ondanks de duisternis ving hij haar steelse blik op. 'Omdat... omdat je kwaad zou kunnen worden.'

Het bleef even stil en toen vroeg hij: 'Heeft hij... ? Wilde hij... ?'

'Nee. O, nee.'

'Nou, wat is er dan?' Zijn stem klonk bars. 'Het moet iets speciaals zijn geweest als ze jou erover wilde spreken. Wat heeft hij uitgespookt?'

'Hij heeft niets gedaan. Hoewel... O, hij heeft niets gedaan. Niets, dat zeg ik toch.'

'Voor de draad ermee.'

'Het zal je niet bevallen, Vin, echt niet.'

'Dat zal ik zelf wel beoordelen. Vertel.'

Dus vertelde ze hem alles en toen ze klaar was vroeg hij: 'En wat had ze daarover te zeggen?'

'Ze zei dat hij altijd al verschrikkelijk de pest had gehad aan Ada, maar dat zij altijd gek op hem was geweest. Voor deze keer is ze al twee keer eerder zwanger geweest. Constance zegt dat ze puur slecht is. Ik... heb gezegd dat mensen die baby's kregen daarom niet automatisch slecht waren. Ik zei dat Hannah tien baby's had gehad.' 'Dat is iets anders.'