Home>>read Troost en Geluk free online

Troost en Geluk(55)

By:Catherine Cookson


'Nee, ik vrees van niet,' antwoordde Constance glimlachend. Sean legde zijn hoofd achterover en zei: 'Waarom zou iemand ook, tenzij hij geïnteresseerd is in vee. Ik had deze weken best durven wedden dat u nauwelijks een geit van een schaap kon onderscheiden en dat u zou denken dat een galloway een mijnpony was.'

'Is dat dan niet zo?'

'Ziet u wel?' Hij schaterde het uit. 'Welnee, het is een koeienras dat hier gefokt wordt.' Sean vond het heerlijk om de vakbekwame landbouwer te spelen.

Kathy kwam binnen met een dienblad met daarop een bewerkte zilveren koffiepot en bijbehorende kan. Ze zette alles neer op de tafel, onder handbereik van haar moeder. Florence keek naar haar op en zei kalm: 'Roep Hannah eens. Zeg haar dat ze alles laat staan... zeg haar dat ze hier komt.'

Een paar minuten later kwam Hannah achter Kathy aan de kamer binnen en zei: 'Ik kom echt niet hier de hele avond op mijn krent zitten, met dat stel hiernaast.' Ze zwaaide een waarschuwende vinger naar Florence: 'Dus probeer maar niet me op andere gedachten te brengen.' Florence zei glimlachend: 'Ga dan ten minste eventjes zitten en drink een kopje koffie.'

Terwijl ze de koffie uitschonk vroeg Florence de gasten of ze melk wensten of niet. Ze gaf de volle kopjes door aan Vincent, die eerst de gasten bediende, daarna Hannah, vervolgens Kathy en pas als laatste zijn vader. Zelf ging hij met een kopje in de hand aan het uiteinde van de canapé staan. Er was plaats genoeg op de canapé, maar hij bleef staan totdat Hannah, die naast Florence was gaan zitten, naar hem keek en zei: 'Maak je niet moe, jongen. Ga toch even zitten.' Na enige aarzeling nam hij plaats naast Constance.

Rechts van hen zat Jim Stapleton in een leunstoel. Naast hem, op een poef, zat Kathy. Een eindje bij haar vandaan, tegenover haar en links van Sean, zat Peter.

Het gesprek viel uiteen. Sean vroeg Peter wat hij ging doen op de universiteit. Peter antwoordde, maar keek af en toe naar zijn vader, die Kathy aan het lachen maakte. Florence, in haar stoel naast de canapé, sprak af en toe met Hannah, en Hannah, die naast Constance zat betrok haar bij het gesprek, maar Constance en Vincent O'Connor zeiden geen woord tegen elkaar.

De algemene conversatie, behalve het gesprek tussen Jim en Kathy, stokte toen de deur openging en de jongste drie jongens en Moira duwend en trekkend de kamer binnenvielen. Ze stoven op hun moeder af en riepen in koor: 'We gaan naar bed, ma.' Een voor een omhelsden ze haar. Daarna, weer met veel geduw en gegiechel, kreeg Hannah een nachtzoen.

'Kalm een beetje!' vermaande Florence streng. 'Zeg meneer en mevrouw Stapleton ook goedenacht.'

'Goedenacht, mevrouw Stapleton. Goedenacht, meneer Stapleton. Goedenacht, meneer...' Ze keken vragend naar Peter. Joseph en Davie duwden elkaar weer en lieten hun hoofden hangen. Peter zei lachend: 'Zeg maar Peter.' Waarop ze weer lachten en de kamer uit holden.

Kathy keek nu naar Vincent en vroeg: 'Het is ongeveer tijd, hè?' Hij keek op zijn horloge en bevestigde: 'Ja, ik denk het wel.'

'Ga je vanavond nog terug naar Newcastle?' Jim ging over de armleuning van zijn stoel hangen om Kathy te kunnen aankijken en ze knikte stralend naar hem: 'Ja, we moeten om half elf binnen zijn.'

'O, dan zet ik je daar wel even af.'

Nog voordat Kathy kon antwoorden, veerde Peter overeind op zijn stoel en riep schel: 'Nee! Nee, dat doe je niet. Ik breng haar terug.'

Er viel een doodse stilte, waarin Peter naar zijn vader staarde en toen zijn hoofd boog.

Kathy stond op van haar lage poef, keek eerst naar Peter, toen naar Jim en zei: 'Dank u... Dank u allebei, maar Vincent brengt me altijd weg.' Ze liep de kamer door en toen ze Vincent passeerde zei ze: 'Een momentje.' Hij stond ook op, knikte en liep achter haar aan.

Jim Stapletons gezicht was bloedrood, zijn mond vormde een grimmige streep en hij keek strak naar zijn zoon. Intussen babbelde Hannah tegen Constance over hoe streng het in zulke instellingen was, dat het personeel werd behandeld als kleine kinderen. Als je niet stipt op tijd binnen was dan zwaaide er wat, dan werd je de volgende ochtend op het matje geroepen. Ze moesten niet alleen voor een hele bende kinderen zorgen, maar ook nog al dat papierwerk doen. Wat moesten ze dan allemaal opschrijven? Het was toch net zoiets als het vullen van een emmer die al vol zat? Want ze moesten gewoon opschrijven wat ze de hele dag hadden gedaan. Onzin toch? Wat een gedoe.

Toen Kathy een paar minuten later terugkwam om afscheid te nemen, stonden de Stapletons al klaar om te vertrekken. Ze ging naar Constance toe en zei zacht: 'Tot ziens, mevrouw Stapleton.'

'Tot ziens, Kathy.'

Ze draaide zich om naar Jim en zei op dezelfde toon: 'Tot ziens, meneer Stapleton.'

'Dag.' Hij noemde haar naam niet en glimlachte ook niet meer.

Kathy ging nu naar Peter toe, keek hem even intens aan en zei toen: 'Dag, Peter. Tot ziens.' En hij antwoordde: 'Dag, Kathy. Ja, tot ziens.'