Home>>read Troost en Geluk free online

Troost en Geluk(36)

By:Catherine Cookson


Bij de deur gekomen vroeg ze stroef: 'Denk je dat Harry direct uit school komt?'

'Ja. Ik denk van wel, Connie.'

'Kom dan met hem naar onze flat, Millie, want ik... moet hem vermoedelijk dingen vertellen die hij niet zal geloven, tenzij jij erbij bent om ze te bevestigen.'

Ze staarden elkaar weer aan. Na een tijdje zei Millie treurig: 'Ik begrijp het, en ik kan het je niet kwalijk nemen.'

'Wat! Wat zeg je daar?' schreeuwde Peter terwijl hij in zijn dikke haardos greep. 'Dat kun je niet menen!'

'Peter, ik... maak geen grapjes... en dat weet je best. Ik wist wel dat er iets was.'

'Wacht even!' schreeuwde hij weer. 'Dat had er niets mee te maken. Allejezus! Je neemt aanwijzingen aan voor bewijs. Ik kan je vertellen wat me gisteren dwarszat, maar... dat doe ik niet. Ik doe het niet!'

'Zeg het me.'

'Nee. Dat is de kwestie niet. Jij presteert het om hier te komen en openlijk te zeggen dat jij denkt dat ik... Met haar! Ada! Die zou ik nog niet willen aanraken met boothaak! Je weet dat ik haar niet kan uitstaan. Je weet dat ik haar

'Luister, Peter. Luister.'

Hij was voor haar teruggedeinsd en ze stak smekend haar armen naar hem uit. 'Luister alsjeblieft naar me.'

'Ik luister niét naar je! Jij gelooft dat? Jij gelooft dat echt?'

'Ik geloof het niet, Peter... maar je moet wel uitleggen wat er die avond in haar kamer is gebeurd.'

'Die avond waar?'

'Toen je met haar meeging om naar platen te luisteren en oom Harry binnenkwam en...'

'O,mam! Bedoel je... wil dat zeggen dat hij me daarom beschuldigt?'

'Niet... alleen daarom. Ada zegt...'

'Ada liegt!' Hij schreeuwde het weer uit. 'Die avond in haar kamer trok ze mijn das los. Ze stortte zich op me, liet me ronddraaien en toen vielen we op het bed. Dat was alles. We waren nog geen vijf minuten binnen, dus hoe konden we nou... ?'

'Hij gaat ervan uit dat jullie verdergingen...' zei ze hoofdschuddend en keek onderzoekend naar zijn gelaatsuitdrukking. 'Ik vertel alleen maar wat tante Millie denkt. Ze zegt dat als... als jullie toen zo bezig waren... er andere keren geweest moeten zijn...'

'Ze liegen allemaal. Ik ben al een jaar niet meer met haar alleen geweest en toen was ze zo handtastelijk dat ik heb gezworen dat het de laatste keer was geweest. En die avond... je weet best dat ik ongeveer verplicht werd om naar haar kamer te gaan.' Hij stak zijn dunne nek uit zijn halsboord. 'Ik ga er nu heen en ik wring de waarheid uit haar.'

'Dat is zinloos. Ze is niet thuis. En tante Millie en oom Harry kunnen elk moment hier zijn. Ik heb... de hele middag op je zitten wachten om je... erop voor te bereiden. Waar was je al die tijd?'

Hij keek haar even grimmig aan. 'Dat heb ik je gisteravond al verteld. Ik moest iemand spreken.'

Ze geloofde hem evenmin als gisteren.

Hij stond over de leuning van de bank gebogen alsof hij maagpijn had en vanuit die houding vroeg hij: 'Weet hij hiervan?'

'Nee.'

Op hetzelfde moment hoorden ze de sleutel in het slot van de voordeur en Peter veerde op. Hij ging met zijn rug naar haar toe op de bank zitten en zei: 'Toe, ga het hem maar vertellen.'

Toen ze niet bewoog wendde hij zijn bleke gezicht naar haar toe en herhaalde schor fluisterend: 'Toe dan. Toe dan. Vertel het hem.'

Ze liep naar de hal waar Jim zijn jas stond uit te trekken. Ze wachtte tot hij hem in de kast had gehangen en zei: 'Kan ik je even spreken in je werkkamer?'

Hij keek haar aan. Zijn gezicht was niet langer vertrokken van woede, zoals de laatste keer dat ze hem had gezien. 'Waarom? Wat is er?' En Constance vertelde het hem met verstikte stem.

Op een bepaald moment zag ze een sprankje van spot in zijn houding, maar over het geheel genomen nam hij de zaak serieus. 'Ze is een listig klein kreng,' zei hij. 'En een hoer zoals ik er geen tweede ken.'

Ze kwam even in de verleiding om te antwoorden dat hij het vast kon weten, maar dat zou ook weer niet terecht zijn geweest. Haar man was geen hoerenloper. Ze had vaak gewenst dat hij dat wel was, want dat zou de dingen eenvoudiger hebben gemaakt. Hij vroeg nu: 'Heeft hij het ontkend?'

'Absoluut. En ik geloof hem.'

'Ja, natuurlijk geloof jij hem. Dat is logisch.' Milder voegde hij eraan toe: 'Maar in dit geval ben ik geneigd het met je eens te zijn. Hij zou niet eens het lef hebben om haar te pakken. Niet Ada. Niettemin kan ze hem hebben verleid. Dat kind kan je verkrachten met haar ogen.'

Kreng, hoer, verleiden, verkrachten, al deze woorden waren haar een gruwel. Ze haatte de mensen en de dingen die ermee verband hielden. Hij scheen dat te voelen en zei: 'In elk geval zet het jou met je beide benen op de grond. Dergelijke dingen gebeuren namelijk.'

'Ik heb zoiets niet nodig om met beide benen op de grond te komen, om jouw woorden te gebruiken. Laat mij er even buiten en bedenk wat je tegen Harry gaat zeggen.'

'Wat ik tegen Harry ga zeggen?' riep hij. 'Ik heb Harry helemaal niets te zeggen. Als ik Harry een beetje ken, zal hij het woord voeren. Wat ik hem niettemin zou kunnen zeggen is dat hij er zelf om heeft gevraagd, omdat hij zijn dochter verpest heeft sinds de dag van haar geboorte.'