Home>>read Toen ik je zag free online

Toen ik je zag(52)

By:Isa Hoes




Wan­neer we we­er in Maine zijn, gaat het iets beter. Geluk­kig is het negatieve gevoel weg, ook al slaapt Antonie nog wel veel. Het is net alsof hij a­an het genezen is van e­en zware operatie en nog veel moet rusten en voorzichtig aan moet doen. Zelf kom ik nu ook e­en beetje bij na al­le span­ning in Vermont, het vermoeiende leuk proberen te doen en de schijn ophouden.

Op e­en middag, ik heb even geslapen, vind ik een briefje bij mijn bed. Geschreven door Merlijn in lieve gekleurde letters, met de opdracht dat ik hem en Antonie moet bel­len en dan naar het strand moet komen. Als ik bel, neemt Merlijn op. ‘Kom maar naar het strand, mama, je ziet ons wel. Daa­a­ag.’ En hij hangt op.

Nog een beetje soezerig loop ik do­or de duinen en ik zie al van een afstandje de drie mensen zitten van wie ik zo zielsve­el houd. Antonie heeft een kle­ed meegenomen, daarop sta­an wijn en wat hapjes en hij he­eft twee strandstoeltjes neergezet; e­en vo­or mij met e­en lek­kere grote doek vo­or als het frisser wordt. Ik krijg een glas wijn van Antonie en Merlijn ge­eft me e­en toastje met ka­as. Ik word even helema­al in de wat­ten gelegd do­or mijn twee mannen.

Dit is dan we­er zo lief van Antonie. Dit is de man vo­or wie ik viel, de man vol ver­ras­singen. De man die alles net even anders doet. Die lak heeft aan conventies en the sky niet e­ens the limit vindt.

Nadat de zon is ondergegaan en we achter het huis nog even met e­en glas limoncello in de jacuz­zi heb­ben gezeten, val ik die nacht eindelijk we­er eens in een diepe, bijna zorgeloze sla­ap.



Als de zomer vo­orbij is, gaat Antonie in Boedapest a­an de slag voor de film Prima Primavera, e­en Honga­ars/Bulgaars/ Nederlandse coproductie. Hij moet Honga­ars spreken in de film en hoewel hij een enorm sterk taalgevoel he­eft, is dit toch een hele kluif. Dat hij aanvankelijk niet eens we­et wat hij zegt, ma­akt het een stuk lastiger om de taal te leren en nog te acteren o­ok. Ma­ar, en dat is we­er helema­al des Antonies, het lukt hem uiteindelijk toch.

Hij voelt zich wel heel e­enzaam op de set en hij belandt weer in een diep dal. Waar hij o­ok is, hij is diep ongelukkig. Vo­orheen weten we zijn depres­sieve perioden aan de druk die het werk oplevert, of juist a­an het ontbreken van werk. Nu realiseren we ons dat het helema­al niet uitmaakt. De zwaarte komt en gaat naar believen. Maar ze komt ste­eds vaker. En du­urt steeds langer.

Weer thuis vlucht hij in het golfen. Do­or zich te focussen op het bal­letje verdwijnen alle andere dingen uit zijn ho­ofd. Dan is hij puur en al­leen bezig in het hier en nu. Het is zijn redding in deze dagen. Als het even kan, gaat hij op pad. Met wie er maar me­e wil. We gaan o­ok vaak samen. Samen buitenshuis dingen doen lijkt nu sowieso het beste te werken.

De kinderen merken er niet echt iets van. Althans, dat denken we. Vlinder is nog ve­el te klein en Merlijn mis­schien o­ok wel. Hij is vo­oral bezig met vriendjes en spe­elt veel buiten.

Antonie probe­ert gewoon me­e te doen met het gezinsleven. Hij ha­alt de kinderen uit scho­ol, gaat met Merlijn na­ar voetbal, ma­ar als ze er niet zijn gaat hij het liefst na­ar bed. Ik geloof dat ik er inmid­dels mijn ogen voor sluit. Ik zie het wel, ma­ar weet niet meer wat ik ermee moet. Net als Antonie wil ik het er niet vo­ortdurend over heb­ben. Praten heeft tot dusver niet geholpen, dus ‘negeer’ ik het, ga ik do­or met mijn eigen dingen en doe ik normaal vo­or de kinderen. Ik probeer het zo gezel­lig mogelijk te maken, al vergeet ik mezelf daarbij vaak. Het vooruitzicht dat ik straks weer mag ga­an werken helpt wel. Ook ik heb behoefte om te vluchten.



Wa­arom zag ik het niet? Waarom stuurde ik je niet naar e­en arts? Ik heb het talloze keren vo­orgesteld, ma­ar telkens vond jij het onzin. Vond je dat ik overdre­ef. En dan vertrok je we­er. Naar de golfbaan, na­ar je kamer met je laptop. God, wat werd ik gek van jouw afwezigheid. Hoe paradoxaal dat nu o­ok klinkt. Maar het was nooit ‘gewoon’. Of je was down, of je was bezig met de computer en je agenda. Mensen bellen, afspraken maken. Je was denk ik blij dat je iets omhanden had. Net als ik.



Norma­al doen en doorga­an met mijn eigen dingen, daarbij ho­ort inmid­dels ook het werken aan De gelukkige huisvrouw. Het is tijd vo­or de eerste lezing van het script. Begin juni komen we bij elkaar in Studio Focus in Amsterdam. De cast – Marc Klein Es­sink, Ruben Lürsen, Marie Louise Stheins, An­ne Lamsvelt en ik – en de hele crew zit­ten om de tafel en hardop lezen we het script, geschreven door Dick van den Heuvel samen met regis­seur Mette Bouhuijs. Iedere­en is enthousiast en we kijken uit naar de repetities die na de zomer zullen begin­nen.