Antonie houdt niet zo van veranderingen, zeker niet zo extreem als het nu bij mij gaat. ‘Jouw openheid maakt je kwetsbaar,’ vindt hij. Hoe open hij zelf ook overkomt, hij is uiteindelijk voorzichtiger en blijkbaar banger dan ik. Altijd op zijn hoede voor wat mensen van hem vinden, altijd bezig om aardig gevonden te worden.
Nog steeds vind ik dat gek. Waarom was het zo belangrijk dat iedereen je aardig vond? Werkelijk íédereen, niemand uitgezonderd. Hoe vermoeiend moet dat zijn geweest. En als ze je dan aardig leken te vinden, geloofde je dat dan wel? Niet echt, hè? Het hield maar niet op, mensen pleasen. En daarna instorten. Omdat je zo moe was, jezelf vergat.
De opnames gaan goed, in drie maanden draaien we maar liefst zesentwintig afleveringen. Ik vind het een inspirerende ervaring. Rozengeur & Wodka Lime is vernieuwend, het is de eerste Nederlandse vrouwenserie die misschien een beetje lijkt op Sex and the City, maar toch heel anders is. Dit zou zomaar eens een succes kunnen worden.
De serie wordt inderdaad een doorslaand succes en we gaan door. In het begin van het tweede seizoen van Rozengeur draaien we vier dagen in Barcelona. Ik heb een hotelkamer naast Medina en voor de grap kloppen we op de muur of we elkaar kunnen horen. Op een avond, nadat ik met Antonie aan de telefoon heb gezeten en we niet echt heel lekker hebben opgehangen, klop ik weer. Heel zachtjes, misschien slaapt ze al. Ik stuur er bijna meteen een sms’je achteraan. ‘Slaap je al?’
‘Nee,’ krijg ik terug.
Ik moet lachen. ‘Mag ik even bij je langskomen?’
‘Ja.’
Ik lag al in bed, dus sluip ik in mijn T-shirt naar de buurvrouw. Zij lag nog wat te lezen en er brandt alleen een klein lampje. We gaan op haar bed liggen en beginnen te praten. Nog niet eerder heb ik zoveel intieme dingen gedeeld; over mijn relatie met Antonie, hoe ik veranderd ben sinds ik in Rozengeur zit, en hoe Antonie daarop reageert. In no time komen Medina en ik erachter dat we over veel dingen hetzelfde denken. Als ik iets vertel, roept Medina vaak: ‘Nou ja, dat is precies wat ik net dacht!’ Het is fijn om iemand te hebben die me begrijpt zonder dat ik iets hoef uit te leggen. Die dezelfde taal spreekt als ik. Het voelt ontzettend vertrouwd. Medina is een soulmate. Dat het wederzijds is, maakt het helemaal bijzonder. Misschien komt het door de donkere kamer waarin het makkelijker praten is, maar deze avond is de basis van een nog intensere vriendschap.
Antonie zit ondertussen ook niet stil. Hij speelt in Soul Assassin, een Nederlandse film met een Amerikaanse regisseur. Hij is heel blij dat hij een Engelstalige rol mag spelen, precies wat zijn Amerikaanse agent van hem vroeg. Het publiciteitscircus dat na de première volgt vraagt ook veel van hem.
We hebben het nu allebei zo druk dat we onze dagen samen echt moeten plannen. We zetten allebei een groot hart op zo’n dag in onze agenda’s; ‘dagje liefde’, noemen we het. Soms gaan we naar de film, soms naar de sauna en bijna altijd uit eten. Dat zijn elke keer weer erg fijne dagen. We praten eindeloos over wat ons op dat moment bezighoudt, discussiëren over de laatste films. Of over de mensen die naast ons aan een tafeltje in het restaurant zitten en die de hele avond niet of nauwelijks tegen elkaar praten. Wie zijn het, waar komen ze vandaan, wat doen ze, zijn ze gelukkig? Antonie moet altijd lachen om mijn fantasieën over mensen die ik helemaal niet ken. We komen weer dichter bij elkaar en zijn aan het einde van zo’n dag vaak weer straalverliefd, net als in het begin.
Wanneer draaide dat om? Ik weet het niet meer. Ik weet wel dat ik steeds meer de behoefte kreeg om alleen te zijn. Ik had last van jouw onzekerheid. Telkens was het alsof je voor het eerst ging acteren, hoe groot je successen en kicks, en hoe lovend de recensies ook waren. Als je down ging, ging je ook helemaal down. En was je weer terug bij af.
Ik kon er heel lang in meegaan, onzeker als ik was over mijn eigen carrière. Maar stapje voor stapje worstelde ik me hieruit. Soms kon ik je meetrekken, weg uit die sombere buien. De ene keer lukte dat snel, de andere keer met veel geduld en veel gesprekken. Maar soms kwam je niet meer achter me aan. Heb je toen al gevoeld dat het misging?
Ik heb heel lang gedacht dat we er samen wel uit zouden komen. Toch ging ik steeds meer mijn eigen weg. Dat had ik van jou geleerd. Maar jij volgde jouw pad niet meer. Ik weet nog dat we daar veel gesprekken over hadden. Dat ik zei dat ik zeker wist dat er voor jou zoveel deuren zouden opengaan, als jij de eerste stap maar zette.