‘Oom Brian!’ gilde hij. ‘Tante Lynn!’
Hij holde naar het huis, maar een muur van vuur belette hem door te lopen. Hij werd achteruit gedreven door de hitte die zo intens was dat het schroeide in zijn keel. Terwijl hij hoestend achteruitdeinsde, rook hij de stank van zijn verschroeide haar.
Ik moet hulp halen! De buren! Hij draaide zich om naar de weg en begon te rennen, maar na een paar stappen stopte hij.
Er kwam een vrouw naar hem toe. Ze was van top tot teen in het zwart gekleed en was zo slank en soepel als een panter. Haar blonde haar was tot een paardenstaart gebonden. Het flikkerende licht speelde over haar scherpe gelaatstrekken.
‘Help!’ schreeuwde hij. ‘Mijn oom en tante zijn in het huis!’
Ze keek naar de boerderij, die in een vuurzee was veranderd. ‘Het spijt me. Voor hen is het te laat.’
‘Nee! Het is niet te laat! We moeten ze redden!’
Ze schudde spijtig haar hoofd. ‘Ik kan hen niet helpen, Will. Maar jou kan ik redden.’ Ze stak haar hand uit. ‘Ga met me mee. Als je in leven wilt blijven.’
3
Er waren meisjes wie roze goed stond. Er waren meisjes die er met strikjes en roesjes in ruisend satijn lieftallig en vrouwelijk uitzagen.
Jane Rizzoli was niet zo’n meisje.
Ze staarde in haar moeders slaapkamer naar haar spiegelbeeld en dacht: Dit overleef ik niet. Ze kunnen me net zo goed nu meteen afmaken.
De jurk was hardroze en had een brede, geplooide clownskraag. De wijde klokrok bestond uit laagjes die met kant waren afgezet. Rond de taille zat een brede satijnen band met een reusachtige strik. Zelfs Scarlett O’Hara zou gillend zijn weggelopen.
‘O, kijk nou toch eens!’ zei Angela Rizzoli. Ze klapte opgetogen in haar handen. ‘Je bent zo mooi dat je mij nog naar de kroon zult steken. Wat vind je zelf?’
Jane wist van ellende niet wat ze moest zeggen.
‘Je moet er natuurlijk wel hoge hakken bij aan. Satijnen pumps, lijkt mij. En dan een boeket van roze rozen met gipskruid erbij. Of is dat ouderwets? Vind je dat ik iets moderners moet nemen, witte aronskelken misschien?’
‘Mam…’
‘Ik zie dat ik de taille iets moet innemen. Ben je afgevallen? Eet je wel goed?’
‘Mam, dit meen je toch niet, hè? Wil je echt dat ik deze jurk aantrek?’
‘Wat is er niet goed aan?’
‘Hij is… roze.’
‘En hij staat je prachtig.’
‘Wanneer heb je mij ooit in roze gezien?’
‘Ik maak er precies zo een voor Regina. Jullie zullen er snoezig uitzien samen. Moeder en dochter in dezelfde jurk.’
‘Regina zal er snoezig uitzien. Ik niet.’
Angela’s lip begon te trillen. Dat was net zo’n onheilspellend teken als het eerste klikje van de tijdklok van een atoomreactor. ‘Ik heb het hele weekend aan die jurk gewerkt. Ik heb hem steek voor steek in elkaar gezet. En nu wil jij hem niet aan? Niet eens voor mijn bruiloft?’
Jane slikte. ‘Dat heb ik niet gezegd. Niet precies.’
‘Maar ik zie het aan je gezicht. Je vindt hem niet mooi.’
‘Nee, mam, de jurk op zich is erg mooi.’ Voor een Barbiepop.
Angela ging op het bed zitten met een zucht die een op sterven liggende heldin waardig was. ‘Misschien moeten Vince en ik er gewoon vandoor gaan en in het geheim ergens trouwen. Het zou voor iedereen beter zijn. Dan ben ik van Frankies gezeur af en hoef ik niet meer te piekeren over wie ik wel en niet zal uitnodigen. En jij hoeft geen jurk aan die je niet mooi vindt.’
Jane ging naast haar zitten. De rok bolde op. Ze sloeg hem plat. ‘Mam, je bent nog niet eens officieel gescheiden. Je hebt massa’s tijd om je bruiloft voor te bereiden. Daar gaat het toch om? Om de voorpret? Waarom zou je je haasten?’ Ze keek op toen er gebeld werd.
‘Vince is ongeduldig. Weet je wat hij zei? Dat hij zijn bruid helemaal voor zichzelf wil hebben. Vind je dat niet romantisch?’
Jane stond op. ‘Ik ga even kijken wie er aan de deur is.’
‘We kunnen in Miami trouwen,’ riep Angela haar na. ‘Veel eenvoudiger, en ook goedkoper, omdat ik dan niet de hele familie te eten hoef te geven!’
Jane deed open en zag twee mannen die ze op deze zondagochtend liever niet had gezien.
Haar broer Frankie schoot in de lach. ‘Wat heb jij aan?’
Haar vader, Frank senior, liep naar binnen en zei: ‘Ik moet je moeder spreken.’
‘Het komt niet erg gelegen, pa,’ zei Jane.
‘Ik zou niet weten waarom niet. Waar is ze?’ Hij liep de woonkamer in en keek om zich heen.
‘Ik denk niet dat ze met je wil praten.’
‘Ze zal wel moeten. We moeten een punt achter deze waanzin zetten.’
‘Waanzin?’ zei Angela, die de slaapkamer uitkwam. ‘Hoor wie het zegt.’