Een man met een kaalgeschoren hoofd kwam binnen en zei: ‘Hij is hier niet. Maar de anderen zijn er wel.’
Nu kwam er ook een vrouw binnen. Haar haar zat verborgen onder een bivakmuts en ze bewoog zich met soepele bewegingen. ‘Ik wist dat die hond niet zomaar zat te janken,’ zei ze. De twee in het zwart geklede indringers bleven naast elkaar staan en bekeken de geknevelde gevangenen. De vrouw liet haar blik op Claire rusten en zei: ‘Wij kennen elkaar. Kun je je mij nog herinneren, Claire?’
Claire staarde haar aan en zag opeens weer de koplampen die in volle vaart op haar af waren gekomen. Ze herinnerde zich hoe de wereld op zijn kop was komen te staan, en het geluid van brekend glas en van pistoolschoten. Ze herinnerde zich ook de beschermengel die uit het niets tevoorschijn was gekomen en haar uit de auto had geholpen.
Pak mijn hand, Claire. Als je in leven wilt blijven.
De vrouw richtte haar blik nu op Will, die met open mond naar haar staarde. ‘En jij kent mij ook, Will.’
‘U was daar,’ fluisterde hij. ‘U bent…’
‘Iemand moest je redden.’ Ze haalde een mes tevoorschijn. ‘En nu moet ik weten waar die man is.’ Ze hield het mes opgeheven, als een beloning voor het juiste antwoord.
‘Snij me los,’ zei Sansone op een verbeten toon, ‘dan zal ik u helpen hem te overmeesteren.’
‘Sorry, maar dit spel is niet voor burgers,’ zei de vrouw. Ze keek de gezichten langs. ‘Waar is Teddy?’
‘Teddy kan de pest krijgen,’ zei Claire. ‘Hij is een vuile verrader. Hij heeft ons in deze val gelokt.’
‘Teddy is misleid,’ zei de vrouw. ‘Ze hebben hem iets voorgelogen. Jullie moeten me helpen hem te redden.’
‘Hij komt heus niet tevoorschijn. Hij heeft zich ergens verschanst.’
‘Weet je waar?’
‘Op het dak,’ zei Claire. ‘Daar moest hij op de uitkijk staan.’
De vrouw wierp een snelle blik op haar partner. ‘Naar het dak.’ In plaats van Sansone te bevrijden, knielde de vrouw achter Claire en sneed de tape rond haar polsen door. ‘Jij kunt ons helpen, Claire.’
Met een zucht van opluchting wreef Claire haar polsen en voelde de bloedcirculatie in haar handen weer op gang kwam. ‘Hoe kan ik u helpen?’
‘Omdat jullie leeftijdgenoten zijn, zal hij naar jou luisteren.’
‘Juist niet,’ zei Will. ‘Hij helpt die man.’
‘Die man,’ zei de vrouw tegen Will, ‘is gekomen om jullie te vermoorden. En niet alleen jullie, maar ons ook. Ik jaag al drie jaar op hem.’ Ze keek Claire aan. ‘Hoe kom je op het dak?’
‘Via een deur in de torenkamer.’
‘Wijs ons de weg.’ De vrouw trok Claire overeind.
‘En zij?’ Claire wees naar de anderen.
De vrouw gooide het mes op de grond. ‘Zij mogen zich van hun boeien ontdoen, maar ze moeten hier blijven. Dat is veiliger.’
‘Wat? Waarom?’ Claire stribbelde tegen toen de vrouw haar meetrok.
‘Ik wil niet dat ze me voor de voeten lopen.’ De vrouw deed de deur dicht.
Ze hoorden Sansone vloeken. Hij riep: ‘Doe die deur open!’
‘U moet ze daar niet opgesloten laten zitten,’ zei Claire.
‘Het is voor iedereen echt het beste, voor hen, voor jou, zelfs voor Teddy.’
‘Ik geef geen zak om Teddy.’
‘Maar ik wel.’ De vrouw rukte aan Claire’s arm. ‘Wijs ons de weg naar de toren.’
Ze liepen de trap op naar de keuken waar Beer nog steeds stond te blaffen, half verstikt vanwege zijn verwoede pogingen om los te komen. Claire wilde hem losmaken, maar de vrouw trok haar mee naar de bediendentrap. De man ging voorop en keek bij elke tree spiedend naar boven. Claire kende niemand die zich zo geruisloos kon voortbewegen als deze twee. Het waren net katten. Hun voetstappen waren onhoorbaar en hun ogen gingen voortdurend heen en weer. Claire zat tussen hen in en kon daarom niets zien, niet boven en niet beneden, dus keek ze maar naar de traptreden en probeerde zich net zo geruisloos te bewegen als de man en de vrouw. Ze moesten een soort geheim agenten zijn, dacht ze, die waren gekomen om hen te redden. Ze wilden zelfs die schoft van een Teddy redden. Claire had veel tijd gehad om over alles na te denken toen ze geboeid in de kelder had gezeten, luisterend naar het gejammer van de kokkin en de fluitende neusgeluiden die meneer Pasquantonio maakte bij het ademhalen. Ze had nagedacht over alle aanwijzingen waar ze geen aandacht aan had besteed. Dat niemand ooit het computerscherm van Teddy mocht zien, dat hij altijd op ESCAPE klikte als je binnenkwam. Hij had die man natuurlijk berichten zitten sturen, dacht ze. Al die tijd was hij de handlanger geweest van de man die nu was gekomen om hen te vermoorden.