Home>>read Tegenlicht free online

Tegenlicht(79)

By:Esther Verhoef


Maar nu moest ik iets doen.

Ik moest contact opnemen met Nico.

Mijn onverstoorbare Zeeuw stond op het punt een grote fout te maken, en alleen ik kon hem daarvan af zien te brengen.

Maar wat had ik hem te bieden? Mijn hoofd en lijf waren vervuld van verwarrende gevoelens die ik voor Aron had opgevat, vermengd met die van spijt en tergende onzekerheid als ik aan Lucien dacht. Daardoorheen sijpelde de pijn om Hans’ naderende dood.

De constante dreiging van verandering die ik vóór Florida al had gevoeld, drong zich alsmaar sterker aan me op en manifesteerde zich in elke trilling in de atmosfeer.

Ik pakte de telefoon.

Mijn vingers bleven boven de toetsen hangen, in het luchtledige. Uiteindelijk toetste ik het nummer in.

‘Petfood Division International, goedemiddag, u spreekt met Barbara?’

‘Met Vera Zagt, kunt u mij doorverbinden met Kees de Boer van Marketing?’

‘Een momentje graag.’



Na beëindiging van het telefoongesprek, waarvan ik weinig wijzer was geworden, schonk ik een kop thee in en doodde de tijd met doelloos surfen op internet. Ik las nieuwsberichten die nauwelijks tot me doordrongen. Ze leken over een andere wereld te gaan.

Om vijf uur was het donker geworden. Ik sloot alle openstaande pagina’s af, als laatste mijn Gmail, en logde uit.

‘Laffe trut,’ mompelde ik, toen ik mijn jas aantrok en het kacheltje uitzette.





Tweeënveertig





Er lopen meer gekken buiten

dan binnen de hekken.



Het valt papa tijdens het eten niet op dat ik zo stil ben.

Oma wel. Ze vraagt ernaar: ‘Je zegt zo weinig. Was het niet gezellig bij je vriendin?’

‘O, jawel hoor,’ zeg ik.

‘Hebben jullie huiswerk gemaakt?’

Ik knik en neem een hap rookworst.

‘Hoe heet ze eigenlijk?’

‘Sabine.’

‘En verder?’

‘Eh… Van de Boom.’

‘Een kleindochter van Jan van de Boom, van de schoenenwinkel?’ vraagt papa.

‘Nee, ik geloof van niet.’

‘Neem haar eens mee, dan kunnen wij haar ook leren kennen.’

‘Zal ik doen,’ zeg ik.

Liegen gaat me steeds beter af.



Ik spoel mijn tandenborstel schoon en zet hem terug in het bekertje. Wip op mijn tenen en kijk in de spiegel. Trek een gek gezicht. En nog eentje.

Mijn moeder is gek. Soms zitten er besjes in haar hoofd, spuit er jam uit haar oren.

Wat zegt dat over mij?

Ik moet ook steeds denken aan Els-van-de-bomen. Wat zij heeft met bomen, heb ik ook een beetje, maar dan met dieren. Ik hoef ze niet eens aan te raken om te weten hoe ze zich voelen.

Laatst was ik met oma op de verjaardag van een van haar zussen, tante Betsie. Op tafel in de woonkamer stond een kom met twee goudvissen. Ze hingen maar wat rond in het water, ze schommelden, alsof ze moeite hadden hun evenwicht te bewaren, en ze hielden hun vinnen samengeknepen. De vissen ademden veel te snel en hun ogen stonden wanhopig, verdrietig. Niet blij. Helemaal niet blij. Misschien waren ze ziek. Misschien smaakte het water wel heel smerig. Misschien prikte het op hun schubben of in hun gevoelige kieuwen. Op de bodem van de kom lagen vlokken vissenvoer, op en tussen het gekleurde grind. Onder het wateroppervlak dreven takjes groen die al een beetje kaal en bruin waren geworden. Ik stelde me voor hoe het moest zijn om te leven met rottend voedsel om me heen, alle deuren en ramen dicht.

Ik zei tegen tante Betsie: ‘Uw goudvissen zijn ongelukkig.’

Tante Betsie zette haar kopje op het schoteltje. Ze vroeg: ‘Ongelúkkig? De víssen?’

Iemand begon te lachen.

‘Ik denk dat ze ziek zijn.’

‘Ze hebben vast kougevat,’ grapte oma. ‘Doe gauw de deur dicht, Bets, de visjes staan op de tocht.’

Iedereen schoot in de lach.

‘Het is geen grap!’ riep ik.

Het gezelschap hield op met lachen. Ze keken me allemaal aan en daarna draaiden ze hun hoofden naar oma.

‘Zo kan-ie wel weer, Vera,’ zei oma. Ze zei het heel streng.

Later in de auto beet ze me toe dat ik haar voor schut had gezet. ‘Ongelukkige vissen! Je bent echt te oud om nog zulke onzin uit te kramen. De mensen gaan er wat van denken. Hou die flauwekul voortaan voor je.’

Het is niet best als de bomen je verhalen gaan vertellen, dan word je opgesloten in het Dingemans Instituut. En het is blijkbaar evenmin goed om te kunnen zien dat de vissen zich niet lekker voelen.

Misschien kunnen alleen gekken dat.

Of… misschien denken gekken alleen maar dat ze kunnen praten met bomen, en dat ze dieren begrijpen, maar is dat helemaal niet zo.

Weten de gekken zelf eigenlijk wel dat ze gek zijn?

Ben ik gek?

Bij mama is het pas begonnen toen ze mij had gekregen, vertelde ze. Dus kan het bij mij ook later komen, pas als ik een kind krijg, als ik zelf moeder word, dat het dan pas zichtbaar wordt. Dat dan bijvoorbeeld opeens mijn hoofd leeg raakt en dan weer volloopt. Met bessen.