Ik zeg: ‘Wat voor ziekenhuis is dat eigenlijk, als ze mensen niet eens beter kunnen maken? Waarom brengen jullie mama niet naar een ánder ziekenhuis?’
Ze legt een hand op mijn schouder. ‘Het is een goed ziekenhuis, Vera. Maar soms zijn mensen zó ziek, dat zelfs de beste dokters ze niet beter kunnen maken.’
‘Als ze toch niet beter wordt, waarom blijft ze dan niet gewoon bij ons?’
‘De dokters zorgen ervoor dat het niet erger wordt.’
‘Kunnen we niet naar haar toe?’
Haar gezicht betrekt. ‘Nee. Dat kan niet. Uitgesloten.’
‘Maar ik –’
‘Het is veel te ver. In het buitenland.’
‘Tante Cora is toch ook naar Lourdes geweest? Met de bus? En kinderen uit mijn klas gaan op vakantie naar Spanje en Duitsland. Kunnen wij niet –’
‘Het is te ver voor met de bus,’ doet ze het af.
26
‘Papa, papa! Een Mickey Mouse-bed!’
‘Een hele Mickey Mouse-slaapkamer zul je bedoelen! Laura, heb je die kast gezien?’
‘En hier…? Wat is dit voor –’
‘Een poolbiljart! Djiezus, dit is echt niet normaal meer.’
‘PlayStation!’ Chiels schrille stem sloeg over van enthousiasme. ‘Noa, kijk nou: PlayStation!’
Ik haastte me door de villa achter het groepje aan. Bij aankomst op de eindbestemming was er een golf energie vrijgekomen. De kinderen renden voorop; hun kreten een voorbode van wat er in de volgende ruimte te zien was.
Er kwam geen einde aan. Tot nu toe had ik vijf slaapkamers geteld, vier volledig ingerichte badkamers, twee woonkamers en twee keukens, een game room met apparaten die in een professionele speelhal niet zouden misstaan, een fitnessruimte met spiegelwand en een kelder waarin een luxueuze bank, een enorme televisie en een poolbiljart waren geplaatst.
Zeven nachten zouden we verblijven in deze ‘self catering’ luxe villa, en daarna nog twee nachten in een hotel aan de baai van Tampa, een paar honderd kilometer ten westen van Orlando. Daar wilde Hans gaan vissen.
‘Zwembad! Zwembad!’
Chiel en Noa hadden een schuifdeur opengetrokken en rolden over elkaar heen het terras op, dat evenals de rest van de tuin volledig was omsloten door fijn horgaas. Het was alsof je in een volière stond. Bij huizen in de omgeving waren de achtertuinen op dezelfde manier afgeschermd. Ik liet mijn vingertoppen over het zwarte gaas gaan.
‘Tegen de muggen,’ zei Rosalie. ‘Daar barst het hier van.’
Hans vulde haar aan: ‘Nu valt het wel mee, maar ’s zomers is het echt erg. Moerasgebied, hè?’ Hij verhief zijn stem en richtte zich tot Lucien. ‘Weet je nog dat we op die camping zaten in Frankrijk, vlak bij La Grande Motte in de Camargue, waar we die eerste nacht allemaal onder de muggenbulten kwamen te zitten?’
Lucien wist het nog.
Ik keek naar het rimpelloze wateroppervlak en wreef over mijn armen. Het kippenvel sprong op. De staat Florida had de naam subtropisch te zijn, maar zo heel warm voelde het niet. Misschien rilde ik wel van vermoeidheid.
‘Dit is denk ik een bubbelbad.’ Laura zat aan de andere kant van het zwembad op haar hurken, geflankeerd door haar kinderen. Chiel lag op zijn buik en bewoog zijn armpje in het water. ‘Het water is best warm, mam.’
‘Pas op voor je mouw!’
Hans liep op hen af. ‘Meestal zitten de knoppen aan de zijkant.’
Robert had ze al gevonden. Er klonk een zacht gezoem, dat enkele seconden aanhield. Daarna sloeg binnen in het betegelde plateau tussen de hot tub en het zwembad iets aan, werd het gezoem sterker en verschenen er bubbels aan het wateroppervlak.
Noa voelde zich niet te groot om naast haar kleine broer op de tegels te gaan liggen en haar hand in het water te steken. Ze giechelden aan één stuk door.
‘Mogen we erin, mam?’
‘Ah, toe?’
Laura schudde haar hoofd. Ze gaapte en keek op haar horloge. ‘Het is in Nederland één uur ’s nachts, geen wonder dat ik aan het inkakken ben.’
‘Je kunt nu beter niet gaan slapen,’ zei Hans. ‘Dan raakt je lichaam helemaal de kluts kwijt. We gaan zo meteen wat eten, en daarna naar bed.’
‘Hadden jullie zoiets verwacht?’ vroeg Hans zijn kleinkinderen naar de bekende weg.
Ze hoorden hem niet eens, ze renden gillend bij het zwembad vandaan en doken het huis weer in, hongerend naar nog meer verrassingen in deze onmetelijk grote sprookjesvilla. De kinderen was niets verteld over Hans’ ziekte; de wetenschap dat ze hun opa binnenkort zouden kwijtraken, zou deze bijzondere belevenis zwart kleuren. Dat wilde niemand op zijn geweten hebben.
Lucien en ik volgden het groepje naar binnen. Aron slenterde achter ons aan.
Laura maakte foto’s van slaapkamer nummer zes. Ze had een zilverkleurig cameraatje bij zich dat ze wat onhandig vasthield en ze koos regelmatig een ongunstige hoek. De helft van de foto’s zou mislukken, de andere helft zou met een beetje goede wil acceptabel genoemd kunnen worden, type vakantiekiekje. Ik moest me inhouden er iets van te zeggen en haar ongevraagd tips en aanwijzingen te geven.