Home>>read Storm op komst free online

Storm op komst(49)

By:Damian Dibben


‘In ieder geval een halve. En zeker niet de mijne.’

‘Maar hoe heeft iemand anders het aan kunnen raken?’

‘Ik kan niet anders dan concluderen dat iemand zich onrechtmatig toegang heeft verschaft tot mijn studeerkamer. Slechts twee mensen beschikken over de sleutels van alle vertrekken van het kasteel: ikzelf en... Jupitus Cole.’

‘Denk je dat hij de spion is?’

‘Laten we zeggen dat ik hem graag van alle verdenking wil kunnen zuiveren.’

‘Zoals je weet kunnen Jupitus en ik elkaar niet luchten of zien, maar een spion...? Zou het echt? Zijn er nog meer berichten met vingerafdrukken?’

‘Vooralsnog niet. Maar dat zegt niets. Ik ga ervan uit dat er voorzorgsmaatregelen zijn getroffen, handschoenen en dergelijke. De afdruk op dat bericht was waarschijnlijk een ongelukje. Rose, luister. Ik wil dat jij vanavond tijdens Oceanes verjaardagsfeest de vertrekken van Jupitus Cole doorzoekt.’

‘Echt? Goeie genade... Echt?’

Galliana overhandigde Rose een sleutel. ‘Hiermee kun je jezelf binnenlaten. Ga op zoek naar twee dingen: ten eerste een papier waarmee we de vingerafdruk kunnen vergelijken, en ten tweede een bewijs dat hij banden onderhoudt met Zeldt, het Zwarte Leger of een andere vijandelijke organisatie. Begrepen?’

‘Ik heb een missie!’ Rose hapte opgewonden naar adem. ‘Na vijftien jaar heb ik weer een missie!’ Ze stopte de sleutel in haar tapijttas. Toen gleed er een angstige uitdrukking over haar gezicht. ‘En Venetië? Sturen we versterking?’

‘Niet voordat we precies weten wat de situatie is. Wat me bij mijn volgende vraag brengt. Jouw neef... hoe capabel is hij volgens jou?’

Rose dacht een moment na en keek haar oude vriendin toen ernstig aan. ‘Jake? Hij is een held. Daar twijfel ik geen seconde aan!’

+++

Het konvooi rijtuigen hobbelde in de zomerse hitte voort over het Italiaanse platteland.

De jonge ‘soldaten’ – de jongens en meisjes met wie Jake zijn wagen deelde – waren allemaal ongeveer van zijn leeftijd. In fysiek opzicht was het een bont gezelschap: donker, blond, tenger, breedgebouwd. Maar het leek wel alsof hun persoonlijkheid was gewist. Ze keken allemaal strak voor zich uit en niemand sprak een woord. Het kwam Jake natuurlijk prima uit, want dan kon hij ook geen verkeerde dingen zeggen, maar hij werd er wel gespannen van.

Toen de zon bijna onderging en het koeler werd, schreeuwde Mina een commando, waarop de stoet halt hield. Jake zag haar uit haar zwarte rijtuig stappen en met haar roofvogelachtige ogen om zich heen kijken. Ze waren langs een smalle rivier in het midden van een brede vallei gestopt. Aan één kant strekte zich een donker naaldwoud uit tot aan de heuveltop in de verte. Aan de andere kant onderscheidde Jake het silhouet van een stad. Bassano, vermoedde hij. Erachter zag hij de vage contouren van een bergketen, de Alpen, waarvan de toppen bedekt waren met sneeuw.

Toen blijkbaar alles veilig was, beval Mina het kamp op te slaan.

Er ontstond een koortsachtige activiteit; de soldaten laadden de spullen uit die in de vakken onder de banken hadden gelegen en zetten een rij tenten langs de rivier op. Tijdens die rampzalige kampeervakantie in het New Forest had Jake in ieder geval geleerd hoe je een tent níét moest opzetten. Daardoor kon hij nu een professionele indruk maken.

Het eerste bouwwerk dat gestalte kreeg was Mina Schlitz’ veldpaviljoen. Het was inktzwart, net als haar koets, en twee keer zo groot als de andere tenten. Toen het eenmaal stond dook ze naar binnen.

In een cirkel van stenen brandde een vuur en een aantal soldaten was grote stukken gezouten vlees aan het braden. Net als het reizen gebeurde ook het koken in stilte en werd er alleen gesproken als ze iets nodig hadden.

Plotseling zag Jake hoog in de lucht een valk. De vogel dook omlaag en griste een vis uit de rivier. De vis wrong zich tevergeefs in bochten en sloeg machteloos met zijn staart terwijl de valk hem meevoerde naar zijn nest hoog op de steile wand. Daar werd Jakes aandacht door iets anders getrokken: een woonwagen met een opvallend gele kleur, die over de slingerende weg de heuvel af reed naar het kamp. Een van de soldaten, die het ook had gezien, liep naar de ingang van Mina’s tent en kondigde aan: ‘Fräulein Schlitz, doctor Kant is in aantocht.’

Vanuit de tentopening nam Mina met haar zwarte ogen de woonwagen zwijgend op. Ze haalde de slang uit zijn doos en streelde zijn kop. Hij wikkelde zich als een reusachtige armband om haar onderarm.

Toen de woonwagen dichterbij kwam zag Jake dat er allerlei voorwerpen aan hingen die rammelden en ratelden: instrumenten, gereedschap, potten en pannen. Er hing ook een weerzinwekkende verzameling dode beesten aan: konijnen, hazen en zelfs een compleet hert dat heen en weer slingerde. De wagen kwam vlak voor Mina Schlitz tot stilstand. Op de bok zat een jongen van hooguit twaalf: een nukkige tiener met een smerig gezicht en een loerende blik. Achter hem werd een gordijn weggetrokken. Er verscheen een grote man, die de drie houten treden van de woonwagen af kwam. Zodra Jake hem zag werd hij bekropen door een onbehaaglijk gevoel. Hij had een mager, gebruind gezicht dat glom van het zweet en een lange, warrige baard. Ondanks de hitte droeg hij een bontmuts en een dik gewaad dat met een riem om zijn magere lichaam zat. Ook aan zijn riem hing van alles: vergrootglazen, maatbekers, dolken en pistolen. Aan zijn knokige vingers droeg hij een heel stel ringen met grote edelstenen.